Hamas gaat over lijken, maar heeft Israël schone handen?
Het Reformatorisch Dagblad is pro-Israël, schreven we een week na 7 oktober 2023. Kan het RD dat nog volhouden, anderhalf jaar na dato, nu Israël alom beschuldigd wordt van genocide? Werken er op de redactie geen barmhartige Samaritanen?

Het leed van de inwoners van Gaza laat zich nauwelijks in woorden vatten. Twee miljoen mensen waren maandenlang vrijwel verstoken van voedsel, water, brandstof en medische zorg. Israël intensiveert de bombardementen weer, baby’s sterven van honger, ziekenhuizen moeten de poorten sluiten. Dieptepunt was de aanval op 23 maart bij Rafah, gericht op vijf ambulances. Vijftien hulpverleners kwamen om het leven. Getuigen hebben verklaard dat er geen twijfel over bestaat dat zij door Israëlische soldaten geëxecuteerd zijn.
Hoe lezen christenen die vanouds Israël steunen deze berichten? „De reformatorische wereld lijkt het echter niet zo te deren”, schreef Matthijs Klaassen in een opinieartikel (RD 07-05). Organisaties als de SGP en Christenen voor Israël spreken met meel in de mond, terwijl er sprake is van oorlogsmisdaden, stelt Klaassen. Hoeveel slachtoffers moeten er nog vallen vóór de SGP duidelijk afstand neemt van het beleid van de Israëlische regering? Blijven refo’s de regering-Netanyahu steunen, terwijl het bloed van diens handen drupt?
Klaassen gaf met zijn opinieartikel woorden aan de gevoelens van velen in de gereformeerde gezindte die met deze vragen worstelen. Je voelt je verbonden met Israël, in het bijzonder met het Joodse volk, maar je kunt je ogen niet sluiten voor het drama dat zich nu in Gaza voltrekt. Die vragen zijn terecht, want in Gods ogen is het leven van een Palestijnse baby niet minder waardevol dan dat van een Israëlisch kind. Israël heeft het recht om zich te verdedigen, maar toch niet het recht om oorlogsmisdaden te plegen?
Genocidale trekjes
De antwoorden op deze vragen zijn verre van eenvoudig. Veel seculiere media dringen ons een Israëlvijandig beeld op dat vaak geen recht doet aan de werkelijkheid. Neem alleen het feit dat media zich baseren op „het ministerie van Volksgezondheid in Gaza”, soms zelfs zonder erbij te vermelden dat dit een vleugel is van Hamas. Een paar weken geleden toonden Australische onderzoekers aan dat er grote tegenstrijdigheden zitten in de gerapporteerde aantallen slachtoffers, die wijzen op opzettelijk vervalste cijfers. Er zouden veel meer vrouwen en kinderen slachtoffer zijn dan mogelijk is. Waarom varen media dan blind op cijfers afkomstig van een terroristische organisatie terwijl ze de mededelingen vanuit Israël afdoen als „beweringen”?
Belangrijker nog is dat in de beeldvorming Israël steeds wordt afgeschilderd als de agressor en de Gazanen als de slachtoffers, zonder ook maar te verwijzen naar de oorzaak van deze oorlog. Dat biedt een heel ander perspectief. Op die bewuste 7 oktober 2023 was niet Israël maar Hamas uit op vernietiging van de ander. Met duivelse retoriek en genocidale trekjes: ”from the river to the sea”. Niet gericht tegen soldaten, maar tegen burgers, mannen, vrouwen en kinderen. Matthijs Klaassen vergelijkt pro-Palestijnse demonstranten met de barmhartige Samaritaan die neerknielt voor een creperende Gazaan. Maar waren er op 7 oktober ook Palestijnen die neerknielden bij creperende Israëli’s in de kibboets Be’eri? Integendeel, ze sleepten hen achter hun pick-ups door de straten van Gaza. Hier geldt de waarschuwing van Ronny Naftaniel: „Wie het échte kwaad negeert, vergroot het lijden.”
Oorlogsmisdaden
Tegelijkertijd valt niet te ontkennen dat Netanyahu en zijn huidige ministersploeg de anti-Israëlische sentimenten in de westerse wereld voortdurend voeden. Zonder schaamte zegt een van de ministers dat het leger de landstreek totaal zal verwoesten. Tussen de regels door zinspeelt Netanyahu op gedwongen evacuatie van de inwoners van Gaza, wat op zeer gespannen voet staat met oorlogsrecht.
Klaassen wijst er in zijn opiniebijdrage op dat reformatorische christenen schijnbaar weinig moeite hebben met „Israëlische oorlogsmisdaden”. Nu zijn sommige uitspraken over oorlogsrecht nog hoogst aanvechtbaar, maar het punt van Klaassen is terecht. Dat Hamas het oorlogsrecht aan z’n laars lapt, geeft Israël niet de vrijheid om over de grens te gaan.
De hele Bijbel ademt dat God een God van recht is, die het onrecht niet verdraagt. Ook niet het onrecht dat één kleuter in Gaza wordt aangedaan. Daar mogen, nee moeten, christenen zich ook tegen uitspreken. Kritiek op het beleid van de regering van Israël heeft niets van doen met antisemitisme. Het Oude Testament staat vol met felle kritiek van Godswege op onrechtvaardige leiders. Sterker: in Leviticus 18 staat te lezen dat het beloofde land zijn bewoners zal uitspuwen als ze zich niet houden aan Gods geboden en meegaan in het kwaad dat de volken rondom Israël bedrijven.
Bekering van „geheel Israël”
Daar komt bij dat christenen anders kijken naar wat er in het Midden-Oosten gebeurt dan niet-christenen. God regeert en verzamelt Zijn kinderen, door de weeën van de wereldgeschiedenis heen. Daarbij zal Hij Zijn beminde volk, waarmee Hij een eeuwig verbond oprichtte, niet uit het oog verliezen. God beloofde het land Kanaän als een eeuwigdurende bezitting voor Abraham en zijn nakomelingen. Sinds 1948 zien we dat Joden uit alle delen van de wereld terugkomen naar hun land, de staat Israël. Dat is een deel van de vervulling van Gods belofte. Maar als God een God van recht is, mogen daarbij legitieme rechten van Palestijnen die al eeuwenlang in het beloofde land hebben gewoond, niet uit het oog worden verloren. Ook Abraham hield rekening met de oorspronkelijke bewoners, ook al was het land hem geschonken. Toen hij een akker nodig had om zijn vrouw te begraven, onteigende hij die niet met Gods belofte in de hand, maar onderhandelde hij met de eigenaar en betaalde er 400 zilverstukken voor.
Christenen bidden dus niet of Gaza schoongeveegd wordt, maar of God ook het andere deel van Zijn belofte vervult, namelijk de bekering van de Joden tot de enige Messias, Die voorzegd is in Romeinen 11. En daarbij mogen ze in één adem de vinger leggen bij andere beloften: uit Psalm 72, Jesaja 19 en 60 en Micha 7, en bidden om de bekering van Arabieren.
De auteur is hoofdredacteur van het Reformatorisch Dagblad.