BinnenlandVuurwerkramp 25 jaar geleden

Ziekenhuismedewerkster Ensink maakte als jong meisje vuurwerkramp mee: ,,Glas en brokstukken vlogen ons om de oren”

De vuurwerkramp in Enschede bracht 25 jaar geleden „puin, rook, verwarring en onvoorstelbaar verdriet.” Dat zei burgemeester Roelof Bleker dinsdagmiddag bij de herdenking in de toen getroffen wijk Roombeek in Enschede.

Hannah van den Bosch,
Johannes Visscher
13 May 2025 19:25Gewijzigd op 13 May 2025 20:19Leestijd 5 minuten
Burgemeester Roelof Bleker tijdens zijn toespraak bij het herdenkingsmonument in Enschede. Het is dinsdag 25 jaar geleden dat de vuurwerkramp in Enschede zich voltrok. beeld ANP, Vincent Jannink
Burgemeester Roelof Bleker tijdens zijn toespraak bij het herdenkingsmonument in Enschede. Het is dinsdag 25 jaar geleden dat de vuurwerkramp in Enschede zich voltrok. beeld ANP, Vincent Jannink

Als de burgemeester tegenover honderden belangstellenden terugblikt op de ramp op zaterdagmiddag 13 mei 2000, veegt de 34-jarige ziekenhuismedewerkster Ensink de tranen uit haar ogen. „Er gaat deze herinneringsdag weer een laatje open”, zegt de jonge vrouw. Ze belandde als meisje van 9 jaar midden in de vuurwerkramp. De explosies bij vuurwerkbedrijf SE Fireworks kostten 23 mensen het leven. Zo’n 950 mensen raakten gewond, honderden huizen werden verwoest.

„Met mijn vader en jongere zusje waren we gaan kijken bij de brand in Roombeek”, vertelt Ensink. Na een enorme explosie renden ze weg. „Glas en brokstukken vlogen ons om de oren. Ik zag bebloede mensen, mensen die niet meer bewogen. Het was oorlogsgebied. Doordat vanwege de enorme drukgolf gasleidingen van hun plek schoven, kwamen stoeptegels omhoog. We schuilden achter muurtjes en in bosjes.”

Ze liep „een paar schrammen” op, maar overleefde de ramp. Uiteindelijk belandde ze bij familie in het nabijgelegen Lonneker. „Daar stond de wind in een gunstige richting en waren we redelijk veilig.”

Witte kaarsen herinneren aan de 23 slachtoffers van de vuurwerkramp in Enschede, 25 jaar geleden. beeld ANP, Vincent Jannink

Het jonge meisje worstelde mentaal met de verschrikkingen. „Ik had lang paniekaanvallen en hyperventilatie. Ik was bang om dood te gaan. Mijn moeder wist niet meer hoe ze met me om moest gaan.”

„Mij moeder wist niet meer hoe ze met me om moest gaan”

Ziekenhuismedewerkster Ensink, maakte ramp als 9-jarig meisje mee

Rond half vier beieren deze dinsdagmiddag kerkklokken ter nagedachtenis aan de vuurwerkramp. Her en der hangen vlaggen halfstok. Het is een zonovergoten middag – dat was 25 jaar geleden op de rampmiddag net zo. Bij een herinneringsmonument met daarop de namen van de slachtoffers leggen mensen bossen bloemen neer. „We leven altijd met jullie mee sinds die donkere dag. Het is oneerlijk! Het is verdrietig! En het blijft pijnlijk!” staat op een handgeschreven kaartje.

Gevaar

Burgemeester Bleker prijst de mensen die getroffenen hielpen. ,,Enschede werd op 13 mei 2000 in het hart geraakt. Maar nog krachtiger dan de explosies die onze stad deden beven, was de grote solidariteit en het noaberschap (onderling hulpbetoon, red) en de vele blijken van medeleven in Enschede. Op die verwoestende zaterdag zijn onnoemelijk veel mensen in actie gekomen om te helpen. Brandweermensen deden het onmogelijke en gingen ondanks het grote gevaar en het onbekende naar binnen. Die redden met gevaar voor eigen leven. Politiemensen en ambulancediensten schoten te hulp. Artsen en verpleegkundigen werkten nachten door met het oog op het herstel van de gewonden. Maatschappelijk werkers luisterden en troostten.”

Enschede heeft „zich niet laten breken”, zegt de burgemeester. „Inwoners hebben de schouders eronder gezet. We hebben geleerd samen te rouwen, samen te herdenken, samen te bouwen aan herstel. De weer opgebouwde wijk Roombeek leeft en bruist.”

Honderden mensen herdachten dinsdag de vuurwerkramp in Enschede, 25 jaar geleden. beeld ANP, Vincent Jannink

Boosheid

Roombeek veranderde 25 jaar geleden „in enkele minuten in een totaal verwoest landschap vol ontreddering en verderf”, houdt Bram Distel, voorzitter van de Stichting Vuurwerkrampherdenking de honderden toehoorders voor. „Fijn dat u vandaag met zovelen bent gekomen om betrokkenheid te tonen en medeleven te betuigen met de bevolking van Enschede.”

„Op die verwoestende zaterdag zijn onnoemelijk veel mensen in actie gekomen om te helpen”

Roel Bleker, burgemeester Enschede

De ramp moet „niet in de vergetelheid raken”, benadrukt Distel. Blijven herdenken is niet eenvoudig, geeft hij aan. „De moed daarvoor kan niet altijd door iedereen worden opgebracht. Het blijven herdenken gaat met vallen en opstaan. Er zijn gevoelens van boosheid en gelatenheid, maar gelukkig ook van dankbaarheid voor wat anderen gedaan hebben.”

„Koester het trauma,” herinnert Distel aan de woorden van trauma-expert prof. Berthold Gersons, die hulp verleende aan de getroffenen van de vuurwerkramp ,,Het heelt en geeft kracht. En doe het samen.”

Distel leest 23 namen voor, de slachtoffers van de ramp. Het is een minuut stil. Verschillende omstanders raken geëmotioneerd.

Hoge prijs

Er staan bij de herdenkingsplek ook enkele brandweerwagens geparkeerd. Bij de vuurwerkramp kwamen vier brandweerlieden om het leven. „Ze hebben naar eer en geweten hun werk gedaan. Daar betaalden ze een hoge prijs voor”, zegt in uniform gestoken Ron de Wit (53), brandweerman in Enschede.

Wie je ook aanspreekt, ieder heeft zijn persoonlijke verhaal bij de inktzwarte zaterdag van 13 mei 2000. De zoon van de 78-jarige Gerda Ordelman kwam met de schrik vrij. „De flat waarin hij woonde, was beschadigd. De lift deed het niet meer”, vertelt de vrouw in haar scootmobiel. „Mijn zoon heeft vreselijke dingen gezien. Hij was helemaal van de kaart toen hij bij ons binnenkwam, op een veilige plek in Enschede. Hij droeg maar één schoen.” Ze schiet vol. Haar zoon kwam een jaar later, in 2001, alsnog om het leven, niet ver van de rampplek in Enschede.„Hij is doodgereden door dronken mensen.”

Rinus Morshuis (75) -hij staat dinsdagmiddag bovenop de restanten van SE Fireworks- denkt aan zijn neef. De jongeman bezorgde op 13 mei 2000 pakken kranten in de wijken rond de vuurwerkfabriek. ,,Hij heeft een stuk of tien gewonden achter in zijn busje gedaan en die naar een ziekenhuis in Oldenzaal gereden.”

Hendrik (76) en Rita (63) Muijs hadden een dag voor de ramp een nakomertje gekregen. De piepjonge baby lag in een bedje vlak bij het raam. Dat raam begon te trillen toen de vuurwerkfabriek ontplofte. Rita: „Ik heb mijn dochtertje uit haar bedje gegrist en bij me gehouden.”

Vond je dit artikel nuttig?
Meer over
Vuurwerk

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer