OpinieColumn gezondheid en psychologie

Familieparticipatie in het ziekenhuis (1)

Familieleden laten helpen met eenvoudige verpleegkundige taken, om met hetzelfde aantal verpleegkundigen meer patiënten te kunnen helpen, terwijl het werkplezier en de kwaliteit van de zorg verbeteren. Sinds NRC (1-8) hieraan een artikel wijdde, naar aanleiding van een nieuwsbericht van het St. Antonius Ziekenhuis over het inzetten van mantelzorgers tijdens een ziekenhuisopname, blijven tegenstrijdige gedachten door mijn hoofd spelen.

Janneke de Man-van Ginkel
16 August 2023 09:37Gewijzigd op 22 September 2023 14:00
beeld RD
beeld RD

Het ziekenhuis komt met dit initiatief om het hoofd te bieden aan de hoge druk op de zorg. Een terecht punt: de demografische ontwikkelingen hebben als gevolg een toenemend beroep op de zorg, met steeds complexere zorgbehoeften, terwijl de beschikbaarheid van zorg meer en meer onder druk staat door de toenemende personele schaarste. Het lijdt geen twijfel dat dit zal blijven toenemen. Alleen al bij verpleegkundigen in Nederland zal het tekort in de komende zeven tot acht jaar oplopen tot 125.000! Met dit toekomstperspectief kunnen we niet anders dan alle mogelijke maatregelen om met hetzelfde aantal verpleegkundigen aan meer patiënten kwalitatief hoogstaande zorg te kunnen blijven leveren eerlijk op hun merites beoordelen.

Het betrekken van familieleden bij de zorg aan hun geliefde tijdens een opname in het ziekenhuis is niet nieuw. Als kinderen in het ziekenhuis opgenomen worden, is het al decennia vanzelfsprekend dat een van de ouders bij het kind is en allerlei aspecten van de zorg voor het kind op zich neemt. Ook bij volwassenen komt ”rooming in”, de mogelijkheid om 24 uur per dag bij het opgenomen familielid in het ziekenhuis te zijn, onder bepaalde omstandigheden al jaren voor. De roep om dat bij volwassenen vanzelfsprekend te maken, is eveneens niet nieuw. Al in 1995 hield ik voor mijn mondelinge examen van de opleiding tot verpleegkundige een volgens de examinatoren bevlogen pleidooi voor familieparticipatie bij patiënten met een beroerte. Zij lagen in die tijd weken tot maanden in het ziekenhuis. Familieleden, ook echtgenoten, mochten dagelijks slechts twee keer 45 minuten bij hen zijn, hoewel ze een ingrijpende ziekte hadden doorgemaakt, met vaak blijvende gevolgen voor de rest van hun leven én dat van hun naasten. Inmiddels is de opnameduur in het ziekenhuis veel korter geworden en zijn de bezoektijden veel langer, maar familie actief bij de zorg betrekken is nog altijd niet vanzelfsprekend.

Er pleit veel voor zo’n actieve betrokkenheid van familie in het ziekenhuis. De gemiddelde leeftijd van de patiënten ligt boven de 70 jaar. De aandoeningen waarmee zij opgenomen worden, vragen vaak om blijvende aanpassingen in het dagelijkse leven. Als je dierbaren dicht bij je zijn tijdens de spannende en onzekere gebeurtenis die een ziekenhuisopname vaak is, kan dat veel steun geven. Voor de naasten betekent actieve betrokkenheid dat zij iets kunnen doen voor en met hun geliefden in plaats van passief ”erbij te staan en toe te kijken”. Bovendien kennen zij de voorkeuren van hun dierbaren, waardoor zij vertrouwde gewoonten van thuis in het ziekenhuis vorm kunnen geven.

Ook voor verpleegkundigen kan actieve betrokkenheid van naasten tijdens de opname een meerwaarde hebben. Zij weten de patiënt onder de hoede van een naaste, die hen met allerlei praktische hand- en spandiensten helpt. Verpleegkundigen kunnen zich ondertussen focussen op de specifiek verpleegkundige aspecten van de zorg. Tijdens zorgmomenten kunnen verpleegkundigen de naasten op een natuurlijke manier vertrouwd maken met voor hen ongewone handelingen die ook na de opname nog een tijdje voortgezet moeten worden, zoals helpen bij het wassen en aankleden, naar het toilet lopen of het innemen van medicijnen. Dat vergemakkelijkt de overgang van ziekenhuis naar huis en verbetert de continuïteit van zorg tussen ziekenhuis en thuiszorg of eerstelijnszorg. Vanuit drie verschillende perspectieven heeft familieparticipatie duidelijk waarde en draagt ze bij aan hooggekwalificeerde zorg.

Alle reden dus om het initiatief van het St. Antonius Ziekenhuis te omarmen? Of is hier sprake van nieuwe wijn in oude lederen zakken en kan dit initiatief „de zakken doen barsten, waardoor de wijn eruit stroomt en de zakken verloren gaan” (Lukas 5:37)? Die vraag moet wachten tot de volgende column.

De auteur is universitair hoofddocent verpleegkunde in het Leids Universitair Medisch Centrum.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer