Rekenkamer: Rotterdams college heeft bijna helft doelen gehaald
Het Rotterdamse stadsbestuur heeft aan het eind van de collegeperiode zeven van de vijftien collegetargets geheel of bijna helemaal gehaald. Vijf doelen zijn niet gehaald en over drie voornemens kon de Rekenkamer Rotterdam (RR) geen oordeel vellen.
Voor de periode 2018-2022 had het college vijftien doelen geformuleerd. De rekenkamer stelt vast dat zeven daarvan voor meer dan 80 procent zijn behaald en er vijf niet zijn gehaald. Successen werden geboekt op het gebied van verlaging van de uitstoot van CO2, het verbeteren van de luchtkwaliteit, het vergroenen van de stad en bij de taalprojecten.
Rotterdam ligt op schema om de gestelde klimaatdoelen (49 procent minder uitstoot van broeikasgassen in 2030 in vergelijking met 1990) te halen. Ook ligt in alle Rotterdamse straten de uitstoot van stikstofdioxide onder de Europese norm. Verder slaagde de stad erin om ruim 20 hectare groene ruimte in de stad aan te leggen.
Op het gebied van waterbestendigheid van woningen, woningbouw en veiligheid werden de doelen voor een zeer groot deel bereikt. Grootste tegenvaller was het beleid op het gebied van burgerparticipatie. Dat doel werd in zijn geheel niet bereikt. Ook bij de bestrijding van eenzaamheid, de schuldhulpverlening en het streven om minder mensen in de bijstand te hebben werden de gestelde doelen allerminst bereikt.
De Rekenkamer Rotterdam onderzocht de doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van het beleid, het financieel beheer en de organisatie van het gemeentebestuur. De raadsperiode loopt binnenkort af. Op 16 maart zijn er gemeenteraadsverkiezingen. Rotterdam kiest dan een nieuwe gemeenteraad waaruit een nieuw college van burgemeester en wethouders zal ontstaan.
De Rekenkamer constateert dat het college bij de beleidsdoelen meestal voldoende uitlegt waarom ze wel of niet zijn gehaald en wat het college heeft gedaan om het beoogde doel te halen.