Opinie

Broodnodige Franse reflectie op ‘Rwanda’

Het verleden kan zwaar drukken op internationale verhoudingen. Een sprekend voorbeeld zijn de betrekkingen tussen Frankrijk en Rwanda, die decennialang onder grote spanning stonden vanwege de open vraag welke rol Parijs precies speelde tijdens de genocide van 1994. De slachtpartij, waarbij naar schatting 800.000 Tutsi’s en gematigde Hutu’s omkwamen, is in Rwanda nog altijd een open wond. Het Afrikaanse land stond deze week stil bij het begin van de genocide op 7 april 1994, 27 jaar geleden.

Hoofdredactie
9 April 2021 15:08
De Franse president François Mitterand met zijn Rwandese collega Juvenal Habyarimana, december 1984. beeld AFP, Georges Gobet
De Franse president François Mitterand met zijn Rwandese collega Juvenal Habyarimana, december 1984. beeld AFP, Georges Gobet

Rwanda heeft Frankrijk er altijd van beschuldigd de Hutu-daders de hand boven het hoofd te hebben gehouden. Frankrijk was in 1994 in Rwanda actief via de VN-missie Opération Turquoise, die te zeer de zijde van de Hutu’s zou hebben gekozen. Parijs heeft die beschuldigingen lange tijd van de hand gewezen. Een parlementaire onderzoekscommissie oordeelde in 1998 dat Frankrijk geen blaam trof, tot woede van de Rwandese autoriteiten. De relaties bereikten een dieptepunt toen de Franse onderzoeksrechter Jean-Louis Bruguière in 2006 oordeelde dat de Rwandese president Paul Kagame als verdachte terecht moest staan. Kigali verbrak daarop alle diplomatieke betrekkingen met Parijs.

Een eerste voorzichtige toenadering ontstond in 2010 met een bezoek van de toenmalige Franse president Nicolas Sarkozy aan Rwanda. Hij erkende toen dat Frankrijk in 1994 in Rwanda ernstige „inschattingsfouten” had gemaakt.

Eind vorige maand kwam er een onderzoeksrapport van Franse historici uit dat deze bekentenis dubbel en dwars onderstreept. Het stelt dat Frankrijk „een zware en verpletterende verantwoordelijkheid” draagt in Rwanda. Parijs is volgens de historici weliswaar niet medeplichtig aan de genocide, maar bleef wel „blind” voor niet mis te verstane signalen dat er iets vreselijks ophanden was. Daarnaast zou Frankrijk er vooral op gebrand zijn geweest zijn invloed in Rwanda niet te verliezen. Een overweging daarbij was dat de Hutu’s Franstalig waren, en de Tutsi’s door jarenlange ballingschap in Uganda inmiddels Engelstalig.

De Rwandese president Kagame verwelkomde het Franse rapport woensdag. Hij noemde het „een belangrijke stap vooruit naar een gemeenschappelijk begrip van wat er gebeurd is.” Daarmee is niet gezegd dat er nu al overeenstemming is. Zo wil Rwanda met een eigen rapport komen dat het Franse moet „verrijken.” Daarnaast zijn de archieven van François Mitterand en diens premier Edouard Balladur sinds woensdag voor het grote publiek opengesteld. Daaruit zal zonder twijfel meer onderzoek volgen. Critici oordelen bijvoorbeeld dat Frankrijk niet enkel verblind was, maar willens en wetens een moorddadig regime ondersteunde. Maar ook over de rol van de Tutsi’s bestaat controverse.

De casus maakt hoe dan ook duidelijk dat geschiedenis in de internationale verhoudingen veel levendiger is dan menigeen denkt. En het achteraf erkennen van fouten, hoe gemakkelijk dat ook kan klinken, is niet een wassen neus.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer