Opinie

Verzwakte overheid Burkina Faso speelt jihadist in de kaart

Christenen in Burkina Faso lijden onder een toenemend aantal aanslagen. De geleidelijke verzwakking van de staat zet de deur open voor gewelddadige groepen, die speciaal rooms-katholieken als doelwit hebben.

Ismaila Kane
14 June 2019 10:39Gewijzigd op 17 November 2020 06:11
Het leger van Burkina Faso is ernstig verzwakt. Foto: Soldaat patrouilleert na een aanslag op het hoofdkwartier van het leger in de hoofdstad Ouagadougou, maart 2018.  beeld ANP, Ahmed Ouoba
Het leger van Burkina Faso is ernstig verzwakt. Foto: Soldaat patrouilleert na een aanslag op het hoofdkwartier van het leger in de hoofdstad Ouagadougou, maart 2018.  beeld ANP, Ahmed Ouoba

Burkina Faso kreeg in mei te maken met een aanslag op een rooms-katholieke kerk en een op een processie, waarbij acht mensen omkwamen. De aanslagen kwamen na de moord op een priester en vijf parochieleden in Silgadji, in het noorden, en de ontvoering van een priester.

De gebeurtenissen maken deel uit van toenemend geweld in vooral het noorden en oosten van het land. Wie is daarvoor verantwoordelijk? Waarom zijn christenen doelwit? Voor antwoorden op deze vragen moeten we eerst kijken naar de politieke ontwikkelingen in het land.

Het toenemende aantal aanslagen in Burkina Faso is grotendeels een gevolg van de verzwakking van de staat in de afgelopen tien jaar. In 2011 bijvoorbeeld waren er botsingen tussen de politie, studenten en militaire opstandelingen. Diverse militairen maakten zich schuldig aan diefstal en plundering en de bevolking was daar slachtoffer van.

Met enige moeite wist de toenmalige president Blaise Compaoré de orde weer te herstellen. Hij ontbond de regering om critici tegemoet te komen. Maar de vijandigheden flakkerden weer op toen hij voorstelde om de grondwet te veranderen, zodat hij mee kon doen aan de presidentsverkiezingen van 2015. Terwijl parlementsleden zich in 2014 voorbereidden om te gaan stemmen over het amendement, ontstond een volksopstand, waarbij Compaoré werd afgezet.

Couppoging

In september 2015, na een periode van onzekerheid waarin het leger aan de macht was, deed het Regiment voor Presidentiële Veiligheid een couppoging. Later dat jaar organiseerde de overgangsregering presidentsverkiezingen. Die brachten de voormalige premier Roch Marc Christian Kaboré aan de macht. Sinds zijn verkiezing kampt de regering echter met tegenstand van enkele groepen die vinden dat de regering niet in staat is de vele uitdagingen in het land het hoofd te bieden.

De centrale macht in Burkina Faso, en het leger in het bijzonder, is tijdens al deze crises ernstig verzwakt.

Heel de Sahel kampt met terreur, vooral buurland Mali. Burkina Faso is niet in staat de grenzen daarvoor gesloten te houden. Sommige aanslagen zijn opgeëist door de terroristische organisatie al-Qaida, die actief is in het noorden van Mali.

Geweldadige groepen, zoals criminelen, lokale milities en gewapende groepen of jihadisten, gedijen bij het verzwakte bestuur van Burkina Faso. Zij maken zich schuldig aan plunderingen en religieus geïnspireerde aanvallen.

Jihadistische groepen handelen doorgaans onder de vlag van al-Qaida of Islamitische Staat, maar zijn meestal in eigen land ontstaan. Ze gebruiken de etnische of religieuze verdeeldheid om invloed te winnen.

Dat is ook het geval bij Ansar ul Islam van Ibrahim Dicko, die opereert in het noorden van Burkina Faso. Deze beweging maakt gebruik van de historische animositeit tussen de Fulani en de Rimmaybe-gemeenschappen, van wie de voorouders tot slaaf van de Fulani gemaakt werden.

Het gedrag van jihadistische groepen leidt tot geweld. Terrorisme raakt staatsinstituten, zoals de politie, de lokale overheid en (steeds vaker) andere religieuze gemeenschappen (onder wie katholieken en protestanten).

Religieuze minderheid

Groepen zoals Boko Haram in Nigeria laten zien hoe jihadisten vaak andere religieuze groepen aanvallen om conflicten aan te jagen. In Burkina Faso zijn christenen een religieuze minderheid. Ze maken 20 tot 25 procent van de bevolking uit. Herhaalde aanslagen op christelijke kerken, inclusief moorden en ontvoeringen, zijn onderdeel van de terroristische strategie om spanningen te veroorzaken tussen religieuze gemeenschappen.

Christenen, en in het bijzonder rooms-katholieken, zijn ook een doelwit vanwege hun relatie met de overheid. De regering in Burkina Faso beschermt in het algemeen religieuze minderheden. Een aanval op christenen is daarmee ook een aanval op de staat. Historisch gezien hebben rooms-katholieken veel invloed in Burkina Faso. Sinds de onafhankelijkheid waren veel leiders van het land katholiek. De Rooms-Katholieke Kerk heeft veel invloed in de samenleving en fungeert als bemiddelaar in tijden van crises. Door rooms-katholieken aan te vallen, vallen de terroristen een van de belangrijkste pijlers van de Burkinese samenleving aan.

Aanvallen op kerken zijn ook een manier om media-aandacht te krijgen in een conflict dat tot nu toe weinig internationale aandacht kreeg. Aanslagen op christenen zijn in zekere zin een publiciteitsstunt en een rekruteringsmiddel. Ze leiden tot reacties van diverse groepen, concurrerende terroristische groepen, het publiek en westerse ambassades.

Dialoog

Gezien de centrale geografische positie in West-Afrika is Burkina Faso kwetsbaar voor politieke instabiliteit en invloed uit buurlanden. De geleidelijke verzwakking van de staat zet de deur open voor gewelddadige groepen. Vanaf het begin leidde de bezetting van Noord-Mali door jihadisten tot bezorgdheid bij rooms-katholieken in Burkina Faso, die te maken hadden met een kwetsbare balans tussen religieuze gemeenschappen. Ze zijn ook vastbesloten de dialoog tussen christenen en moslims op gang te houden.

De auteur is politicoloog aan de Universiteit van Ottawa, Canada. Bron: IPS/the Conversation

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer