Economie

Je loopbaan is als een trein, maar zit je wel in de goede?

De loopbaan van een werknemer valt heel goed te beschrijven in termen die afkomstig zijn uit de spoorwegwereld. Iedereen snapt immers hoe het voelt om uitgerangeerd te zijn.

Gerhard Hormann
20 April 2018 20:29Gewijzigd op 16 November 2020 13:06
beeld ANP
beeld ANP

Toen ik nog fulltime werkzaam was als weekbladjournalist, had ik jarenlang het gevoel in een soort sneltrein te zitten die maar doordenderde en nergens halt hield. Zo zullen heel veel werknemers in loondienst zich voelen wanneer ze veel uren maken en gebukt gaan onder hoge werkdruk en stress. Tijd om bij te komen en te herstellen is er nauwelijks en het landschap trekt als een waas voorbij.

Welke conclusies je daar ook aan verbindt, iedereen snapt de metafoor. Wie een veeleisende baan heeft, wordt daar vaak door opgeslokt en zal niet zelden het gevoel hebben niet toe te komen aan zaken die het leven de moeite waard maken. Frustrerend aan het besef in een voortrazende trein te zitten, is de wetenschap dat deze maar één richting op kan en door iemand anders wordt bestuurd.

Om die reden is het goed om af en toe stil te staan bij de vraag of je nog wel in de juiste trein zit of dat het tijd wordt over te stappen. Soms hoef je daarvoor alleen maar even het perron over te steken, maar het kan ook dat je aan het andere eind van het station moet zijn voor een internationale trein. Misschien moet je een sprintje trekken, maar het is ook mogelijk dat de hele dienstregeling in de war wordt geschopt door iets waar je geen invloed op hebt.

Belangrijk is om jezelf met enige regelmaat af te vragen waarom je eigenlijk in die trein zit. Is dat alleen maar omdat je ooit een keer bent ingestapt, of simpelweg omdat iedereen dat nu eenmaal doet? En weet je eigenlijk wel wat de eerstvolgende halte is? Nog interessanter is de vraag wat je op de eindbestemming precies verwacht aan te treffen, want niemand wil met een koffer vol zwembroeken arriveren op een plek waar de temperatuur zelfs overdag niet boven nul uitkomt.

Steeds vaker wordt erop aangedrongen tijdig je ticket om te boeken, om te voorkomen dat je op een dag op een verlaten perron uitstapt waar verder nooit meer een trein stopt. Wie dat overkomt, zal het gevoel hebben op een zijspoor terecht te zijn gekomen, zeker als er met enige regelmaat een volle intercity voorbijraast. Niets zo pijnlijk als de enige werkloze te zijn in een straat waarin verder iedereen een baan heeft.

Negen jaar geleden maakte ik mee dat bijna al mijn collega’s als ongewenste zwartrijders uit de trein werden gezet. Zelf mocht ik blijven, op voorwaarde dat ik plaatsnam op de stoel van de machinist. Daar schepte ik jaren achtereen steenkolen op het vuur, zonder een moment te versagen en zonder te weten of die voorraad brandstof voortijdig op zou raken. Ondertussen blikte ik bezorgd vooruit, omdat na elke onoverzichtelijke bocht misschien een diepe afgrond wachtte.

Vier onzekere jaren later stapte ik beduusd uit op een perron in niemandsland dat mijn laatste halte zou blijken te zijn, mede doordat er op deze verlaten plek nog een oude, in de steek gelaten fiets stond waarmee ik mijn reis kon vervolgen. Het gebeurt de laatste tijd steeds vaker dat ik over mezelf spreek als journalist in de voltooid verleden tijd, maar eigenlijk zou je mijn oude beroep dus gewoon een gepasseerd station moeten noemen.

De auteur is schrijver en publicist. Reageren? hormann@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer