Seksuele voorlichting op basisschool is gotspe
Haal seksuele voorlichting uit het basisonderwijs, stelt Michiel Klinkhamer. Het is het exclusieve recht van de ouders om te beslissen wanneer, hoe en óf hun kinderen seksuele voorlichting krijgen.
Elk jaar vindt de Week van de Lentekriebels plaats, een themaweek waarmee scholen worden gestimuleerd om seksuele vorming te geven. Lange tijd vond seksuele voorlichting plaats in het kader van het vak biologie op de middelbare school. Maar seksuele voorlichting wordt inmiddels niet alleen aan pubers, maar ook aan kinderen gegeven. De onderwijsinspectie heeft seksuele vorming op de basisschool verplicht gesteld.
Dat leidt tot ridicule vormen van ‘creativiteit’. Juffen en meesters die voor de klas met groente en fruit seksuele handelingen demonstreren, en afbeeldingen van geslachtsdelen tot in detail in beeld brengen.
Het is ongezond om kinderen te confronteren met zaken waar ze nog niet aan toe zijn. Dat kan hun emotionele ontwikkeling schaden. Kinderen mogen ook geen bier drinken, blowen of autorijden. Het is hetzelfde principe als met films kijken: een film die voor een achtjarige spannend is, kan een kind van vijf nachtmerries geven.
Gewoon kind zijn
Kinderen tussen de acht en de twaalf jaar hebben nog helemaal geen voorstelling van volwassen seksualiteit. Die kunnen ze pas begrijpen als ze zelf seksuele gevoelens gaan ontwikkelen, en dat gebeurt tijdens de puberteit omdat dan de fysiologische veranderingen plaatsvinden die zulke gevoelens mogelijk maken.
Voor die tijd snappen ze het niet. En dat is maar goed ook, want kinderen hebben het recht om gewoon kind te zijn.
De voorlichting wordt gerechtvaardigd met allerlei misleidende argumenten. Eén daarvan is dat kinderen steeds vroeger in aanraking komen met seksualiteit. Als dat het probleem is, moet je juist voorkomen dat kinderen op jonge leeftijd met seksualiteit in aanraking komen.
Seksuele voorlichting zal ertoe leiden dat kinderen juist eerder met seksuele relaties beginnen. Waarschuwingen beklijven minder dan beelden; kinderen hebben de neiging om te reproduceren wat ze zien.
Een ander vals argument is dat kinderen op jonge leeftijd voorgelicht moeten worden over seksualiteit om te voorkomen dat ze misbruikt worden. Uit de praktijk blijkt echter dat kinderen de voorlichting zelf als schokkend ervaren. Wanneer kinderen in de klas zich noodzakelijkerwijs voegen naar seksuele voorlichting, ook al voelen ze zich daar niet prettig bij, leren ze juist eerder van volwassen mensen zaken te accepteren waarvan ze eigenlijk vinden dat die ongepast zijn.
Geluksfactor
Een ander argument is de preventieve functie van voorlichting met het oog op ongewenste zwangerschap. Maar dan kan mamma toch ook gewoon aan haar dochter vertellen dat ze voorzichtig moet zijn? Daar hebben we toch geen juf voor nodig die voor de klas het gebruik van een condoom demonstreert?
Ten slotte de bewering dat personen die geen seksuele voorlichting hebben gehad, ongelukkig kunnen worden. En dat voorlichting nodig is om aan hun latere geluk bij te dragen. Dat veronderstelt dat alle generaties die niet op de lagere school voorlichting gehad hebben, daarvan de dupe zijn geworden. Dat lijkt mij een absurde claim.
Recht ouders
Los van deze inhoudelijke overwegingen, is de bemoeienis van juffen en meesters met de seksuele opvoeding van andermans kinderen niet op haar plaats.
Scholen zijn er om de kinderen onderwijs te geven, maar ouders bepalen wat voor opvoeding ze aan hun kind willen geven. Seksuele voorlichting is een onderdeel van de opvoeding en past daarom niet in het curriculum van de school.
Het is het exclusieve recht van de ouders om te beslissen wanneer, hoe en óf hun kinderen seksuele voorlichting krijgen.
Haal seksuele voorlichting zo snel mogelijk uit het basisonderwijs. Breng het terug naar biologieles in de tweede klas van de middelbare school. Of beter nog: bemoei je er helemaal niet mee.
De auteur is maatschappijwetenschapper.