Theologenblog (Henk de Waard): Gods oordeel over christenvervolging
Op deze plek blogde collega Gert Kwakkel twee weken geleden over de Europese Unie, die zijn zwakke kanten heeft, maar ook veel goeds brengt. Hij trok daarbij mooie lijnen naar het beeld uit Nebukadnezars droom in Daniël 2, om precies te zijn naar de voeten daarvan. Wereldwijd zijn er echter ook talloze christenen die in minder rooskleurige situaties verkeren dan wij. De Ranglijst Christenvervolging 2016 van Open Doors herinnert ons daar opnieuw aan.
Juist ook voor vervolgde broeders en zusters en met het oog op hun situatie heeft het boek Daniël veel te zeggen. Behalve in hoofdstuk 2 wordt ook in Daniël 7 een serie koninkrijken gesymboliseerd. Binnen de context van het boek zijn beide hoofdstukken nauw met elkaar verbonden, maar er zijn ook belangrijke verschillen. Daniël 7 beschrijft niet een droom van Nebukadnezar, maar een visioen van Daniël. Nog belangrijker is dat het niet gaat over een beeld dat bestaat uit verschillende delen, maar over vier dieren. Ze stijgen op uit de zee en hebben een merkwaardig en angstaanjagend uiterlijk.
Dit verschil in symboliek is geen willekeurige variatie, maar onderdeel van een veelzeggend contrast tussen beide helften van het boek Daniël. De eerste zes hoofdstukken bevatten de bekende verhalen over Daniël aan het Babylonische en Perzische hof. Deze verhalen spelen dus buiten het beloofde land; Gods volk is in Babel niet thuis. Maar die situatie blijkt niet noodzakelijk heel problematisch. Zij die vasthouden aan Gods wet kunnen weliswaar in moeilijkheden komen – denk aan de drie vrienden in de oven. Maar voorspoed is evengoed mogelijk – denk aan de positie van Daniël. Daarmee bieden deze verhalen duidelijke identificatiemogelijkheden voor westerse christenen vandaag de dag.
In het tweede, apocalyptische gedeelte van Daniël is de situatie geheel anders. Hier valt een veel negatiever licht op de geschiedenis, met een sterke focus op de onheilspellende laatste fase daarvan. De vier dieren in Daniël 7 stijgen op uit de zee, het oud-oosterse symbool van de chaosmachten en het kwaad. In het bijzonder het vierde dier is „schrikwekkend, gruwelijk en uitzonderlijk sterk” (vers 7), en de kleine hoorn die ten slotte uit zijn kop groeit, keert zich tegen God en zijn volk (de verzen 20-22). Dit ziet op de hellenistische vorst Antiochus IV Epiphanes, die in 167 voor Christus de tempel ontwijdde en wetsgetrouwe joden hevig vervolgde. Het boek 1 Makkabeeën vertelt daar indringend over.
Zoals Daniël 1-6 heel sprekend is voor christenen in het Westen, schetst Daniël 7-12 dus de situatie van Gods volk in de verdrukking. Als ultieme uiting van het kwaad doet Antiochus denken aan het optreden van IS in Irak en Syrië – landen die het afgelopen jaar de derde en vierde plaats innamen op de lijst van Open Doors. Maar veel andere christenen lijden onder het bewind van weer andere Antiochussen.
Zoals Daniël 2 echter niet eindigt met het beeld, eindigt Daniël 7 niet met de vier dieren. Het kwaad heeft niet het laatste woord. Ook hier is er het ondubbelzinnige ‘totdat’ van de komst van Gods eigen koninkrijk (Dan. 7:9, 22; vergelijk Dan. 2:34). Er komt een moment dat de vier dieren de heerschappij wordt ontnomen (vers 12), de kleine hoorn voorgoed vernietigd (vers 26), en het koningschap voor eeuwig gegeven aan het volk van God (vers 27; vergelijk Openb. 22:5). In dat perspectief staat ook de Ranglijst Christenvervolging 2016.
Henk de Waard is wetenschappelijk medewerker Oude Testament aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Hij schrijft dit artikel als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.