Cultuur & boeken

Kikker van Max Velthuijs: al 25 jaar kinderboekenheld

Kikker. Hij is blij of verdrietig, reist richting de horizon en drinkt thee met zijn vrienden bij een snorrend kacheltje. Dat doet hij al 25 jaar en al die jaren lezen jong en oud met plezier over hem. Wat maakt een weinig knuffelbare, koudbloedige kikker zo tijdloos populair?

Mariëlle Oussoren-Buys
10 April 2014 15:30Gewijzigd op 15 November 2020 09:59
Het leven in de Kikkerboeken is eenvoudig, zonder overbodige luxe. Beeld Max Velthuijs | c.o. Stichting Max Velthuijs
Het leven in de Kikkerboeken is eenvoudig, zonder overbodige luxe. Beeld Max Velthuijs | c.o. Stichting Max Velthuijs

Oudste zoon van toen amper 2,5 kon het zo prachtig declameren: „Donkere wolken pakten zich samen aan de hemel. Langzaam verdween de zon. Het gaat regenen, dacht Kikker verheugd.” Natuurlijk in zijn eigen taaltje, waarbij verheugd veranderde in „e-heugd”. Eindeloos luisterde hij naar het avontuur uit ”Kikker is een held” (1995). Ongetwijfeld begreep hij niet alles, maar nog geen jaar later en heel wat Kikkerboeken verder wist hij heel goed dat „treurig”, „bedroefd” en „verdrietig” ongeveer hetzelfde betekenden.

Dat had hij te danken aan Max Velthuijs, die in zijn boeken niet door de knieën gaat. Niet qua taalgebruik en evenmin in de thema’s die hij aansnijdt. Die zijn verre van kinderachtig: van verliefdheid in ”Kikker is verliefd” (1989) tot de dood in ”Kikker en het vogeltje” (1991) en de zoektocht naar je identiteit in ”Kikker is Kikker” (1996). Velthuijs weet de thema’s zo te brengen dat kinderen niet eens het idee hebben dat ze met grote zaken geconfronteerd worden. Het is immers vooral gewoon heel grappig als de verliefde Kikker zegt dat zijn hart „van boem-boem, boem-boem” doet en het is heel begrijpelijk dat Varkentje aanvankelijk denkt dat het roerloze vogeltje slaapt.

Bovendien was het niet Velthuijs’ opzet om zware thema’s aan te snijden. Hij schreef gewoon over een vogeltje dat met zijn pootjes omhoog op de grond ligt en niet over rouwverwerking, vertrouwde hij zijn biograaf Joke Linders toe.

Onder meer de gekozen thema’s en Velthuijs’ nuchtere aanpak maken Kikker zo tijdloos. Zelfs ”Kikker en de vreemdeling” (1993), dat onmiskenbaar de vreemdelingenproblematiek aanstipt, blijft op een bepaalde manier universeel. In het boek verschijnt Rat voor het eerst ten tonele. „Een vieze stinkende rat”, aldus Varkentje. Maar deze Rat blijkt slim, handig en behulpzaam.

Velthuijs creëert in elk verhaal een veilige wereld, waarin tijd voor elkaar hebben centraal staat. Er gebeuren soms vervelende dingen, maar geen enkel personage is van zichzelf onsympathiek. Het leven is er idyllisch, zonder overbodige luxe. De gezelligheid van lezen, avonturen beleven, vuurtje stoken, muziek maken en taart bakken is altijd aanwezig. De koffiepot die op tafel staat is niet zomaar een loos detail. Hij staat voor gezelligheid, voor een thuis. Omdat de omgeving vooral symbolisch is, kan het ook zomaar gebeuren dat de slaapkamer van Kikker er op het ene plaatje net iets anders uitziet dan op het andere.

Overigens veranderde ook het uiterlijk van de personages in de loop der tijd. Net als hun karakter: iedereen kreeg een steeds duidelijker profiel. Haas als belezen vaderfiguur en Varkentje als zorgzame, maar stoere taartenbakker. En Kikker? Kikker springt er een beetje tussendoor: soms bang, soms verdrietig, soms opgewekt, soms dapper, soms lui en altijd een tikje naïef. Zijn emoties weet Velthuijs als geen ander te vangen in de beroemde mondlijn die de ene keer omhoog buigt, dan stevig krult en even later weer een strakke lijn vormt.

Misschien is het vooral die mondlijn die een koudbloedig dier als Kikker toch geliefd maakt bij jonge kinderen. Want ook al is het groene gladde lijf niet zo knuffelbaar als een zachte berenvacht, qua karakter is hij bepaald niet onbewogen en afstandelijk. En trouwens, al is een kikker weinig aaibaar, het dier roept traditioneel wél emoties op. Denk maar aan alle kikkers die ooit in een droomprins veranderden.

Opvallend genoeg is er op dit moment in prentenboekenland een invasie van koudbloedige dieren gaande, met name krokodillen. Het prentenboek ”Krrrr…okodil!” (Catherina Rayner), dat centraal stond tijdens de Nationale Voorleesdagen, is daar maar één voorbeeld van. Heeft Kikker misschien de weg gebaand voor zijn groene verwanten?

Heeft hij het ijs gebroken? Wie weet.


Van moeizame start tot onverwacht succes

Kikker, mijn trouwe vriend.

Je bent nu beroemd.

Het spijt me zeer.

Zo was het niet bedoeld

maar trek het je niet aan.

Samen zullen we verder gaan

naar achter de horizon

waar het stil en rustig is

en niemand ons kan gadeslaan.

Ach, we zien wel

hoe het verder gaat.

Geciteerd in ”Ik bof dat ik een kikker ben. Leven en werk van Max Velthuijs” door Joke Linders (Leopold 2003)

Of Max Velthuijs (1923-2005) onverdeeld blij zou zijn met alle feestgedruis rond de viering van de 25e verjaardag van zijn beroemdste personage Kikker is nog maar de vraag. Het versje dat Velthuijs in 2002, aan de vooravond van zijn tachtigste verjaardag, schreef laat zien dat de populariteit van het karakter hem had overrompeld.

Het succes was hem ook niet komen aanwaaien. In Nederland was er aanvankelijk geen uitgever te vinden die zijn werk op de markt wilde zetten. Toen een Duitse uitgever met hem in zee ging met als resultaat het prentenboek ”Der Junge und der Fisch” (1969), duurde het nog ruim drie jaar voor er boeken van hem in het Nederlands beschikbaar kwamen.

En daarmee was Kikker nog niet geboren. Pas in het elfde prentenboek van Velthuijs, ”Klein-Mannetje heeft geen huis” (1983), duikt de figuur op waarmee Velthuijs zal doorbreken. Het in heldergroene dekkende waterverf –gouache– getekende dier is in dit boek nog bijfiguur. Eigenlijk ontdekte Velthuijs hem bij toeval en al snel merkte hij dat deze kikker perfect bij zijn eigen karakter en verlangens paste.

Dan krijgt deze kikker met zijn rood-wit gestreepte zwembroek de rol die hem toekomt: in ”Kikker is verliefd” (1989) speelt hij de hoofdrol. Overigens had die zwembroek vooral een praktische reden: Velthuijs had geen idee hoe een kikker er ‘van onderen’ uitzag, zo vertelde hij zijn biograaf Joke Linders.

Inmiddels liggen Kikker en zijn vriendjes Eend, Varkentje, Haas, Rat en Beertje in talloze verschijningsvormen in de (boek)winkel. Knuffels, schooltassen en puzzels, bijna alles is in Kikkeruitvoering te krijgen. Op basis van een serie animatiefilmpjes van de KRO verscheen een nieuwe serie prentenboeken, onder de naam Kikker&Vriendjes – zowel in tekst als tekeningen veel eendimensionaler dan die Velthuijs maakte.

De originele boeken blijven uiteraard de ruggengraat vormen van het hele succes. Dat ziet ook uitgever Leopold in, die voor zijn nieuwste uitgaven (”Het abc van Kikker” en ”Kikker viert feest”) alleen nog maar werkt met de oorspronkelijke prenten. Voorzien van nieuwe teksten, dat wel, want er moet natuurlijk wat te verdienen blijven.


Maud van Tongeren

Maud van Tongeren, coördinator educatie in het Letterkundig Museum in Den Haag, ziet dat kinderen enthousiast raken van Kikker.„Kikker heeft een vaste tentoonstelling bij ons in het Kinderboekenmuseum in Den Haag. Wat mij betreft is dit dé uitgelezen plek daarvoor. Alleen al omdat het museum een groot deel van het archief van Max Velthuijs beheert. De verhalen over Kikker bieden mooie aanknopingspunten voor kinderen van 3 tot en met 6 jaar. Kikker maakt grote emoties bespreekbaar. Soms komen er moeilijke onderwerpen aan bod in de verhalen –zoals het hebben van vooroordelen over iemand die je nog niet kent–, maar door de speelsheid waarmee Velthuijs ze vertelt spreken ze tot de verbeelding. Als ik lesgeef in het museum zorgt de herkenbaarheid van de onderwerpen voor veel enthousiasme bij kinderen. Kikker is een icoon en ik denk dat hij dat de komende 25 jaar ook nog zal blijven.”


Marianne Witvliet

Illustrator Marianne Witvliet laat zich graag door Max Velthuijs inspireren. „Het werk van Max Velthuijs is zowel kunst als literatuur. Velthuijs zag kans om in sobere, bijna verstilde teksten de grote thema’s van het leven aan te reiken. De teksten sluiten naadloos aan bij de tekeningen, die wat weg hebben van die van de Italiaanse schilder Morandi. Velthuijs is een inspiratiebron voor mij, net zoals hij zijn inspiratie haalde uit werk van de Amerikaanse schrijver en tekenaar Arnold Lobel van Kikker en Pad. Je herkent in de boeken van beide auteurs karakters, thema’s, humor en warmte, soms zelfs bijna eenzelfde situatie. Omdat Max Velthuijs niet te evenaren is, vind ik het ontzettend jammer dat de verhalen over Kikker, Haas, Eend en Varkentje vercommercialiseerd zijn. Nu krijg je karikaturen van het originele werk en van een totaal andere orde. Geef mij de echte, originele Kikker maar.”


Joke Linders

Joke Linders, biograaf van Max Velthuijs, vindt Kikker net zo sympathiek als zijn maker. „Kikker was heel belangrijk voor Max Velthuijs. Langzamerhand ontdekte hij dat Kikker zijn alter ego was. Kikker is beweeglijk, ondoorgrondelijk en weinig agressief. Qua karakter bleek hij heel erg bij Max zelf te passen. Zelfs uiterlijk zijn er overeenkomsten. Kijk maar eens naar de brede mond. Die had Max zelf ook. Op Kikker kon Max projecteren wat hij zelf had meegemaakt of wat hij zou willen beleven. In Kikker kon hij veel van zichzelf kwijt en tegelijk heeft Kikker iets universeels. Samen met de ambachtelijkheid waarmee Max tekende –hij had betrekkelijk weinig lijnen nodig en kon iets neerzetten in een paar penstreken– maakt dat Kikker zo succesvol. Ik heb Max tussen 2000 en 2003 veel gesproken en daardoor is Kikker mij net zo sympathiek geworden als Max. Als ik een kikker in mijn tuin heb, ben ik helemaal gelukkig.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer