„Slimme deals” om de mobiliteit in Nederland te verbeteren zijn prima, maar geloof niet dat je het zonder extra asfalt af kunt, betoogde donderdagavond CDA-Kamerlid De Rouwe. Hij was een van de acht parlementariërs die, in het Postiljonhotel in Dordrecht, deelnamen aan het inmiddels tot een traditie geworden Drechtstedendebat. Zo’n 500 bezoekers woonden het debat bij.

Slimme deals en technische hoogstandjes, wie houdt er niet van? Toch levert De Rouwe zich er niet aan uit. „Dat is allemaal mooi, maar meer asfalt blijft voor de mobiliteit van Nederland nodig. Dat de files de laatste jaren minder werden, is voor 40 procent te danken aan het feit dat we in asfalt hebben geïnvesteerd.”

Daarom betreurt De Rouwe de „megabezuiniging van 8 miljard euro” die dit kabinet doorvoert op de infrastructuur. Dat SGP-Kamerlid Bisschop benadrukt dat het kabinet, ondanks de bezuinigingen, wel degelijk blijft investeren in het wegennetwerk, overtuigt De Rouwe niet. „U zegt: over vijf jaar ligt alles er weer netjes bij. Ik zeg: Als het beleid niet verandert, staan we over vijf jaar allemaal weer in de file.”

Behalve over mobiliteit, kruisen de parlementariërs ook de degens over oplaadpunten voor elektrische auto’s, het leveren van tegenprestaties door bijstandontvangers, en overheidssubsidies voor bedrijven die innoveren op het terrein van duurzame productie. De Rouwe en VVD-Kamerlid Verheijen zien weinig in zulke subsidies. Volgens Dik-Faber (CU) kunnen ze tijdelijk, bij de opstart van een product, wel behulpzaam zijn. Dat denkt ook Klaver, al zou hij liever voor een diepgaander oplossing kiezen. „Hét grote probleem is dat wij milieuvervuiling niet doorberekenen in onze producten. We moeten de vervuiling gaan beprijzen. Dan zijn we meteen van de subsidies voor duurzame producten en productiewijzen af.”