Weblog: Dick Sanderman in Engeland (slot, plus foto’s)
OXFORD/LONDEN – Dick Sanderman uit Rijssen is vrijdag 24 februari naar Engeland vertrokken. Zaterdagavond geeft hij een concert in Oxford, daarna gaat hij naar Londen. Op deze plaats houdt hij een weblog bij.
Woensdag 29 februari
De koffer wordt gepakt, maar blijft nog wel even in het hotel: mijn vlucht gaat pas om 17.00 uur, dus de ochtend is nog helemaal voor Londen. Ik heb een afspraak om ’s morgens het orgel in Bloomsbury Central baptist Church te bespelen. Bloomsbury is de wijk rondom het British Museum, m’n hotel staat daar ook, dus ik kan het lopend af. Het orgel is een samenvoegsel van twee bestaande orgels. Om te zien niet moeders mooiste, de klank is echter best acceptabel. Niet heel verfijnd, maar zeker functioneel. Ze zijn er erg trots op, deze baptisten, en daar kan ik me ze best iets bij voorstellen.
Op de hotelcomputer zag ik dat de discussie over ‘moeilijke’ psalmmelodieën nog niet ten einde is. Jammer, de roep om melodieën te vervangen komt steeds uit de hoek waar men de psalmen niet-ritmisch zingt. Dat het probleem –zo er al sprake is van een probleem– kan worden opgelost door de melodieën in het juiste ritme te gaan zingen, wordt echter niet als een serieuze mogelijkheid gezien. Enfin, het inspireert me wel om op het orgel van Bloomsbury Central Baptist Church maar eens flink te improviseren over een psalmmelodie die soms ook wordt ingeruild voor een ander wijsje: 146. Wát een melodie, die wil je toch niet kwijt?
Als ik in Londen ben, sla ik het British Museum nooit over: ’t is prachtig om daar even de geschiedenis in te duiken. De Egyptische mummies, de Griekse vazen, de Romeinse beelden, de Perzische jachttaferelen – en daaromheen dan klassen vol geüniformeerde schoolkinderen, fantastisch! En je kunt er zomaar gratis naarbinnen: kom daar in Nederland maar eens om… Fotograferen is ook toegestaan, ik denk dat ik met ruim 600 foto’s thuis ga komen.
Het wordt tijd om de koffer op te halen. Tessa, de Nederlandse manager van Arosfa Hotel, biedt me nog een kopje koffie aan (van een gerenommeerd Nederlands merk!) en dan neem ik de metro naar Victoria en aansluitend de trein naar Gatwick Airport. Bij de W.H. Smith koop ik een flesje mineraalwater en betaal aan de cash-automaat met muntgeld: een prima manier om van al die losse pennies af te komen. Dan begint de routine van douane, veiligheidscontrole, wachten en nog eens wachten… Om 17.05 vertrekt het vliegtuig, ruim drie kwartier later landen we op Schiphol – maar ’t is opeens wel bijna zeven uur ’s avonds. Dat tijdsverschil blijft een vreemd fenomeen.
Na een kleine week vol boeiende ervaringen is ’t goed om terug te zijn in het land waar de auto’s niet aan de verkeerde kant van de weg rijden en waar mensen zich druk maken over moeilijke psalmmelodieën.