Hij ontving de hoogste gemeentelijke onderscheiding tijdens de raadsvergadering uit handen van burgemeester F. A. de Lange. De gemeenteraad van Elburg nam op 29 november tijdens een besloten raadsvergadering het besluit om Maarten Seijbel tot ereburger te benoemen.

Het toekennen van het ereburgerschap is in Elburg een grote uitzondering, aldus de gemeente in een persbericht. Gedurende de achterliggende decennia is dat slechts tweemaal gebeurd. In 1933 is de onderscheiding toegekend aan dr. H. J. Olthuis en in 1984 aan mr. dr. G. Westerink.

Maarten Seijbel ontving een vergulde zilveren penning, aan de voorzijde voorzien van een afbeelding van het gemeentewapen, met als randschrift: ”SIGGILUM CIVITATIS ELBURGENSIS”.

Het ereburgerschap werd Seijbel toegekend omdat deze „op grond van een langdurige staat van dienst, door het leveren van een uitzonderlijke bijdrage aan de Elburger gemeenschap in brede zin en door persoonlijke inzet publieke herkenning en erkenning heeft verkregen.” Daarnaast heeft hij „gedurende een reeks van jaren een uitzonderlijke bijdrage geleverd aan de beeldvorming van de gemeente in nationaal en internationaal verband door activiteiten op het terrein van orgel en orgelmuziek.”

Verder noemt de gemeente onder andere dat Seijbel 39 jaar lang organisator was van orgelconcoursen in de Grote Kerk van Elburg, 38 jaar geleden initiatiefnemer was tot oprichting en sindsdien voorzitter van de Stichting tot Behoud van het Nederlands orgel, 34 jaar dirigent van het Noord Veluws Kamerkoor is, 43 jaar organist was van de Grote Kerk van Elburg en twintig jaar geleden initiatiefnemer was tot oprichting en sindsdien voorzitter van het Nationaal Orgelmuseum in Elburg.

Eerder, in 1993, werd Seijbel benoemd tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau.