OpinieOpinie

Een paus in het spoor van Augustinus is beloftevol

„Reformatorische christenen zullen daarom niet al te hoge verwachtingen hebben van Leo XIV”, aldus het hoofdredactionele commentaar onlangs (RD 10-5). Graag plaats ik hierbij een aantal kanttekeningen.

Hans Alderliesten
22 May 2025 13:47Leestijd 5 minuten
Foto: Paus Leo XIV tijdens de wekelijkse audiëntie op het Sint-Pietersplein. beeld AFP, Alberto Pizzoli
Foto: Paus Leo XIV tijdens de wekelijkse audiëntie op het Sint-Pietersplein. beeld AFP, Alberto Pizzoli

De commentator verwacht geen grote veranderingen en ziet Leo XIV in de lijn van paus Franciscus verdergaan. Maar we kunnen wel degelijk iets van Leo XIV verwachten – zeker omdat hij zich in hoge mate laat inspireren door Augustinus.

Delen

In de eerste plaats zij dit opgemerkt: de katholieke kerk is onze moederkerk. „Men kan God niet als Vader hebben, wanneer men de kerk niet als moeder heeft”, luidt een gevleugeld gezegde van kerkvader Cyprianus. Calvijn nam dit over. Er is maar één kerk: de heilige katholiek kerk (Grieks: ”kat’holon”: voor de hele wereld). Er is maar één doop en één God.

Dat is geen religieus universalisme. Er is maar één Naam door Wie wij moeten zalig worden. De katholieke kerk heeft zich door de eeuwen heen niet altijd gedragen als waardige Bruid van Christus –de gereformeerde of hervormde kerk evenmin. Wat een troost: de zuiverheid van de kerk hangt niet af van haar leden, aldus Augustinus, maar van haar Hoofd. Het onderscheid katholiek-protestant is iets van deze bedeling en zal eenmaal wegvallen.

We delen Augustinus met een groot deel van de kerkgeschiedenis en wereldkerk

De huidige paus is een augustijn – juist daarom kunnen we wél veel van hem verwachten. Bij zijn verschijning op het balkon heeft Leo XIV zich geafficheerd als „een zoon van Augustinus”. Augustinus was een katholieke bisschop. Bisschop van Hippo. Ruim dertig jaar mocht hij herder en leraar zijn van de havenstad. Hoewel Calvijn en Luther hem ”totus noster” (geheel de onze) noemden, is het anachronistisch om Augustinus reformatorisch (of gereformeerd) te noemen.

We doen Augustinus en de kerkgeschiedenis geen recht als we menen een monopolie op Augustinus te hebben. We delen Augustinus met een groot deel van de kerkgeschiedenis en de wereldkerk. Augustinus heeft zo voor mij de weg geopend naar kloosters, gemeenschappen en dierbare broeders en zusters. We vinden elkaar in Augustinus’ ontdekking dat de genade van buitenaf komt en dat we alleen in God tot rust komen (Confessiones I,1,1).

Laten we de paus positief-kritisch volgen; wie weet hoe augustijns de encyclieken zullen zijn

Het is niet moeilijk om kanttekeningen te plaatsen bij de katholieke kerk; die zouden overigens evenzeer bij onze denominatie(s) geplaatst kunnen worden. Onze vaderen hebben, niet ten onrechte, fundamentele bezwaren tegen het rooms-katholicisme en bijvoorbeeld ook het pausschap geuit. Zonder al te veel moeite kunnen we een aantal van die bezwaren reproduceren: Christus heeft geen plaatsbekleder op aarde en ook de paus is niet onfeilbaar. In de praktijk ligt dit vaak genuanceerder – en zijn deze aspecten ook niet op Augustinus terug te voeren.

Augustinus wist als geen ander hoe feilbaar hij was. Wat Augustinus vooral was, was een zondaar. Ver van huis, maar opgeraapt en in dienst genomen door de enige algemene Bisschop, zoals Christus wordt genoemd in een van onze belijdenisgeschriften (Nederlandse Geloofsbelijdenis, artikel 31). Augustinus is onder ons onomstreden, maar ook hij heeft leerstellingen waarbij wij bedenkingen bij kunnen hebben. Zo moedigt hij aan om tot de doden te bidden – als ze ons horen, kunnen ze een goed woordje voor ons doen en als ze ons niet horen, verliezen we niets. Elke ketter heeft zijn letter.

Dienaar

Robert Prevost, de nieuwe paus, leeft en denkt volgens de Regel van Augustinus en is doordrenkt in diens spiritualiteit. Dat blijkt ook wel: sinds zijn aantreden heeft hij al diverse malen Augustinus geciteerd. Zoals tijdens een ontmoeting met journalisten toen hij citeerde uit de beroemde Sermo 80, waarin de onvergetelijke zin voorkomt: „Wij zijn de tijden” (”nos sumus tempora”). Laten we de paus positief-kritisch volgen; wie weet hoe augustijns de encyclieken, die hij ongetwijfeld het licht zal doen laten zien, zullen zijn.

Het ging Augustinus nooit om zichzelf. We zien hem ook zelden alleen: hij is óf met zijn moeder in gesprek, óf socratisch aan de slag met zijn vrienden, óf verwikkeld in een emotioneel debat met kerkelijke tegenstanders. En dan zijn daar nog gemeenteleden en stadsgenoten die in huis-tuin-en-keuken-zaken om raad en daad vragen.

Leiderschap is nimmer een doel op zich

Augustinus heeft zich getroost in wat hij mét zijn mensen was: christen. Dat hij bisschop vóór hen was, beangstigde hem. Een hoge positie brengt grote gevaren met zich mee. Menigmaal vroeg hij hun voorbede. Augustinus was een man van het volk, voor het volk. Geen tenue op maat, geen voorkeursbehandeling, maar voorgaande in dienstbetoon. Augustinus noemt zich in zijn brieven geregeld de dienaar van de dienaren (”servus servorum”).

Voor alles is de augustijnse leider nederig (”humilitas”) en legt hij een liefde tot allen aan de dag. Leiderschap is nimmer een doel op zich; de leider weet zich even afhankelijk en kwetsbaar als zijn ondergeschikten en wijst hen onophoudelijk op Christus als de weg tot God. Als Leo XIV in dat spoor zal gaan is er wel degelijk veel van hem te verwachten – voor kerk en wereld. Laten we het hopen en bidden!

De auteur is verbonden aan het Erasmus Economics & Theology Institute en doet promotieonderzoek naar augustijns leiderschap.

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer