Opnieuw blijkt Kamer inzake Israël verdeeld in drie kampen
In de Tweede Kamer leeft stevige kritiek op het handelen van Israël en op uitspraken van leden van de Israëlische regering. De vraag hoe hierop te reageren werd ook dinsdagavond echter niet eensgezind beantwoord.

Opnieuw bleek dat de Kamer inzake Israël is opgedeeld in drie kampen: de eerste wil nadrukkelijk méér druk op Israël, de tweede is het grofweg eens met de lijn van het kabinet en de derde hekelt stappen die wél worden genomen.
Vorige week werd bekend dat buitenlandminister Caspar Veldkamp (NSC) wil dat de EU onderzoekt of Israël nog voldoet aan het mensenrechtenartikel van het associatieverdrag tussen de EU en Israël. De bewindsman zelf denkt dat dit vanwege de blokkade van Gaza niet het geval is. In een brief aan EU-buitenlandbaas Kaja Kallas liet hij ook weten hangende het onderzoek niet in te stemmen met het EU-Israël-Actieplan.
Met het pleiten voor een onderzoek naar naleving van het mensenrechtenartikel voert Veldkamp een wens van een Kamermeerderheid uit. Nadat een eerdere poging was gestrand, nam de Kamer hierover in maart namelijk een motie aan. VVD en ChristenUnie, die eerder tegen waren, stemden deze keer vóór.
Een deel van de Kamer wil echter een stap verder. Dit eerste kamp bestaat uit een groot deel van de oppositie en pleitte in het Kamerdebat van dinsdag voor een hardere opstelling tegenover Israël. Bijna 300.000 kinderen in Gaza worden uitgehongerd, zei SP’er Sarah Dobbe. „Er staan vrachtwagens voor de grens te wachten. Die komen niet op tijd als we alleen maar de weg van dit kabinet bewandelen, namelijk een onderzoek doen, wat nog maanden duurt. Dan zijn die kinderen allang overleden vanwege een hongersnood.”
Ook het CDA kan inmiddels tot deze groep worden gerekend. „Wat ons betreft, zou het kabinet nu allang een stap verder moeten zetten, namelijk het direct opschorten van het associatieverdrag”, stelde Kamerlid Derk Boswijk. Volgens hem was stille diplomatie in een eerdere fase verstandig, maar moet inmiddels worden geconcludeerd „dat dit geen zin meer heeft”.
Opschorten
Veel oppositiefracties willen dat het kabinet pleit voor het opschorten van de handelsafspraken tussen de EU en Israël die in het associatieakkoord staan. Minister Veldkamp ontraadde een motie hierover echter. De bewindsman wil zich nu richten op het vergaren van zo veel mogelijk steun voor zijn voorstel om onderzoek te doen naar de naleving van het mensenrechtenartikel. „Als ik ondertussen andere initiatieven in de EU zou gaan ontplooien, dan loop ik wel het risico om juist die inzet te ondermijnen.”
Daarnaast werd namens zeven fracties een motie ingediend om in EU-verband te pleiten voor sancties tegen vier Israëlische kabinetsleden. „Netanyahu spreekt over etnische zuivering, Katz over honger als wapen, Ben Gvir en Smotrich over de vernietiging van Gaza en genocide”, motiveerde Laurens Dassen (Volt) de motie.
Het tweede kamp bestaat in elk geval uit coalitiepartijen VVD en NSC. VVD-Kamerlid Eric van der Burg noemde uitspraken die vorige week vanuit het Israëlische kabinet zijn gedaan „totaal over de grens. Het kan niet zo zijn dat Gaza wordt schoongeveegd en noodhulp dient altijd verleend te worden”, aldus de VVD’er. Zowel Van der Burg als NSC’er Isa Kahraman kregen een spervuur aan interrupties van Kamerleden uit de oppositie die willen dat het kabinet verdere stappen zet. De VVD kan moties van de meest kritische fracties namelijk aan een meerderheid helpen.
In elk geval PVV en SGP hekelen de stap van het kabinet. PVV’er Raymond de Roon noemde het „niet het sterkste besluit” van Veldkamp, maar liet zich niet zo hard uit als Wilders. „Ondanks dat ik de indruk heb dat de minister een goede insteek heeft, ben ik het niet eens met de maatregel die hij nu heeft voorgesteld”, zei SGP-leider Chris Stoffer.