Suzanne Kröger van Groenlinks-PvdA diende eerder deze maand zelf een motie in om te onderzoeken hoe snel overheidssteun aan de fossiele industrie gestopt kan worden. Tijdens het debat betoogde ze dat sommige maatregelen tegen fossiele subsidies nu al genomen kunnen worden. „Zo wordt er deze week nog gestemd over een amendement van een collega.” De partij wil onder meer dat vrijstellingen in de energiebelastingen niet meer gelden voor energie-intensieve processen. „Het geld dat overblijft moet naar bijstandsgerechtigden.”

Simon Ceulemans van JA21 stelde dat het afschaffen van de fossiele subsidies schulden oplevert en hij wil zijn kinderen „niet laten opgroeien met een schuld waar niemand iets aan heeft”. Cor Pierik van de BoerBurgerBeweging benadrukte dat het beleid „pragmatisch en realistisch” moet blijven. Volgens Christine Teunissen van de Partij voor de Dieren moeten de fossiele subsidies juist snel stoppen.

Tijdens het Klimaatdebat in De Balie hadden de politici het ook over de waterkwaliteit in Nederland, die er slecht aan toe is. Dat komt volgens onderzoekers onder meer door de grote industrie, door meststoffen en bestrijdingsmiddelen afkomstig van de landbouw en door medicijnresten. Harmen Krul van het CDA vond, net als linksere partijen, dat de waterkwaliteit op meerdere punten moet verbeteren. Hij eindigde de ronde over waterkwaliteit met: „we moeten ook letten op al het andere dat in het water belandt. We hebben net een weekend ADE achter de rug. Ik kan je vertellen: wat er dan in het water belandt, is ook niet goed.”