Milieudienst wantrouwt Chemours, maar ‘geen bewijs voor leugens’
De Rijnmondse milieudienst DCMR zegt de Chemours-fabriek in Dordrecht met wantrouwen te behandelen, maar heeft geen bewijs dat het bedrijf stelselmatig de regels overtreedt. De milieudienst gaat namens de provincie Zuid-Holland over vergunningverlening, toezicht en handhaving.
Directeur Daan Molenaar van DCMR kreeg tijdens een hoorzitting door de Provinciale Staten de vraag of Chemours altijd alle informatie deelt. „Dat is een gewetensvraag”, antwoordde Molenaar. „We krijgen alle informatie die we vragen. Maar of dat ook echt álle informatie is, weten we niet. We hebben geen aanleiding om te denken dat dit niet zo is. Al heeft het verleden wel voor bepaalde gevoelens gezorgd. We nemen bij dit bedrijf daarom niet zomaar aan wat we te horen krijgen.”
De fabriek, die sinds de jaren 60 in Dordrecht staat, heeft in het verleden grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen die onder PFAS vallen geloosd. De leiding van het bedrijf verzweeg dat jarenlang. De uitstoot is de afgelopen jaren fors gereduceerd en valt volgens DCMR binnen de geldende regels.
„Ik heb niet het idee dat er gelogen is bij het indienen van stukken”, aldus Molenaar. „Op basis van het verleden zijn we daar natuurlijk heel kritisch op. We toetsen dat op basis van de best beschikbare technieken.” Op de vraag of Chemours wel eens op basis van valse voorwendselen een vergunning heeft gekregen, wilde hij geen direct antwoord geven. „Mogelijk strafbaar handelen in het verleden is niet aan ons, maar aan de strafrechtelijke autoriteiten.” Molenaar zei zich „niet vrij” te voelen om te vertellen wat hij op dit vlak heeft gedeeld met justitie.
Bij DCMR zijn volgens Molenaar dagelijks vijftien mensen bezig met Chemours. „Er is geen ander dossier waar we zoveel tijd en geld in steken.” Volgens Molenaar loopt de milieudienst regelmatig tegen „de grenzen van de wet” aan wat betreft het stellen van eisen. Het door de omwonenden zo gewenste ‘nul uit de pijp’, dus helemaal geen uitstoot meer, is volgens hem op dit moment juridisch niet af te dwingen. En een vergunning intrekken kan ook niet zomaar, aldus Molenaar.
„Als een bedrijf over het algemeen de afgegeven vergunning naleeft, kan je die niet intrekken. Als je dat wel zou doen, sneuvelt zo’n besluit altijd bij de rechter. Een bedrijf mag binnen de regels doen met zijn spullen wat hem bevalt.”