Meditatie: Heerlijke gedachtenis
Mattheüs 26:13
„Voorwaar zeg Ik u: Alwaar dit Evangelie gepredikt zal worden in de gehele wereld, daar zal ook tot haar gedachtenis gesproken worden van hetgeen zij gedaan heeft.”
Waar toch komt helderder aan de dag dat wij ons aan de Heere bezondigd hebben, alsook dat bij Hem de barmhartigheid en vergeving zijn, dan juist in de geschiedenis van het lijden en sterven van onze Heere? Want de barmhartigheid van God is daarin onbegrensd, en de liefde van Christus gaat daarin alle verstand te boven. Maar ook onze zonde openbaart zich in deze geschiedenis als zó alle maat te boven gaande, als zó hardnekkig, dat alleen de macht van eeuwige liefde in staat geweest is een gerechtigheid teweeg te brengen waardoor wij alleen als rechtvaardigen konden worden aangenomen en ook alleen gered worden.
Als ik de lijdensgeschiedenis in twee woorden moest weergeven, dan zou ik ze noemen: de geschiedenis van een mens die hardnekkig zondigt, en die slechts door de ‘hardnekkigste’ liefde gered werd.
Bij de behandeling van deze geschiedenis heersten en heersen vele vooroordelen, waardoor de mens, die steeds op de troon zit en zijn eigen ”ik” handhaaft, zich van menige troost die in deze geschiedenis ligt beroofd heeft. Laten wij bij het lezen ervan in gedachtenis houden dat wij de heilige Wet Gods overtreden hebben, dat wij het allen gemaakt hebben als Adam, en dat, wanneer God Zijn eer weer hebben zou, de Wet opgericht en vervuld moest worden, opdat de mens weer in gerechtigheid voor zijn God mocht bevonden worden.
Dr. H.F. Kohlbrugge, predikant te Elberfeld
(”Lijdenspreken”, 1847)