SGP Zeeland: Onze provincie is écht anders en heeft niets aan algemeen beleid voor stikstofreductie
Zeeland is écht anders, en dat vergt ook een andere aanpak om de stikstofuitstoot te verminderen. Wat kan daar gedaan worden met de 25 miljard euro die beschikbaar is voor de stikstofreductie? De SGP-Statenfractie sprak met meer dan honderd boeren en doet tien aanbevelingen.
„Veel boeren waren chagrijnig over de landelijke koers”, vertelt SGP-Statenlid Harold van de Velde over de ‘landbouwtour’ die de Zeeuwse SGP deed. „Waarom moeten wij voor deze uitstoot opdraaien? Andere sectoren moeten ook hun beste beentje voorzetten.”
Dat gevoel komt voort uit een pijnpunt in de provincie, zegt Van de Velde. In Zeeland is de stikstofuitstoot namelijk niet erg beïnvloedbaar: 40 tot 70 procent komt niet van de Zeeuwse agrarische sector, afhankelijk waar je in Zeeland meet. Een groot gedeelte komt uit Vlaanderen en van de schepen die over de Noordzee en de Westerschelde varen.
Zeeland is écht anders en daarom hebben ze niets aan een algemeen beleid voor stikstofreductie, zeggen de SGP-Statenleden Harold van de Velde en Joan van Burg. Zij gingen de afgelopen maand in gesprek met honderdvijftig Zeeuwse boeren, om te kijken wat er wél kan om het stikstofprobleem op te lossen. In het provinciehuis van Middelburg presenteerden ze donderdag tien aanbevelingen aan gedeputeerde Anita Pijpelink.
„Wij zitten helemaal niet te wachten op generieke wet- en regelgeving voor onze provincie”, zegt Van Burg. „Het boeit ons niets, want wij schieten er niets mee op.” Hij doelt hiermee bijvoorbeeld op de stoppersregeling, waarbij de overheid boerderijen opkoopt. Maar de criteria die daarvoor gelden, zijn niet van toepassing op de Zeeuwen. Van Burg: „Het is belangrijk dat Den Haag beseft dat Zeeland niet de Veluwe is.”
Zoet water halen
„Het komt voor dat er een vrachtwagen vanuit Bergen op Zoom naar Schouwen-Duiveland komt rijden, omdat bij ons een zoetwatertekort is”, zegt Van de Velde. Zeeland heeft - in tegenstelling tot bijvoorbeeld Flevoland - voornamelijk zout water, en daar gaan de aardappelen niet van groeien. Zoet water is belangrijk, want als gewassen goed groeien, nemen ze ook beter stikstof op en blijft er weinig achter in de bodem. En dus, adviseren de boeren, moet het Zeeuws Deltaplan Zoetwater (een plan om Zeeland weerbaar te maken voor zoetwatertekorten, red.) versneld worden uitgevoerd, om de stikstofdoelen te behalen.
Een andere verrassende conclusie uit de gesprekken met de boeren was de bereidheid om gezamenlijk te praten over de toekomst. Van de Velde: „De boeren willen bij elkaar zitten en kijken wat ze onderling kunnen regelen. Wil jij stoppen met je bedrijf? Oké, dan kan mijn zoon of dochter mijn bedrijf voortzetten. Vaak weten boeren onderling niet van elkaars ideeën.” Pijpelink vindt het een goed idee, maar weet vanuit ervaring dat niet iedereen dat wil. „Vaak vinden ze het spannend om hun perspectief uit te spreken. We hebben ook ondernemers gehoord die hun bedrijf wel wilden verkopen aan de buurman, maar tegen een marktwaarde die véél te hoog lag. Sommige boeren gunnen elkaar niets. Anderen zeiden: de boeren die stoppen, krijgen miljoenen, maar eigenlijk moet dat geld in de bodem worden gestoken.”
Achterste van de tong
Verder adviseren Van Burg en Van de Velde om ervoor te zorgen dat alle sectoren een bijdrage leveren aan de stikstofreductie, en niet alleen de agrarische. Veel boeren vinden goed natuurbeheer belangrijk, en willen ook daar hun steentje in bijdragen. Geef die mensen die dat willen een vergoeding, zegt de SGP-Statenfractie. Ook moet er goed gekeken worden naar wat boeren al allemaal hebben gedaan om de uitstoot te verminderen.
Gedeputeerde Anita Pijpelink is blij met de aanbevelingen van de SGP-Statenfractie. „We zijn ons bewust van de aard van de Zeeuwen, zij laten niet altijd het achterste van hun tong zien. Daarom is het goed dat jullie laagdrempelige avonden hebben georganiseerd, waar veel input uit kwam. Er is niet één oplossing voor het stikstofprobleem, het gaat juist om de details. Dat komt naar voren in de aanbevelingen.”