Boerenzakdoek beter dan verkeerde vlag
Laat vrijmoedig een zakdoek wapperen, als teken van verdriet en tranen.
De omgekeerde vlaggen verschenen in het straatbeeld rond de examenuitslagen in juni. Eerlijk gezegd zag ik niet meteen dat de kleuren gewisseld waren. Ik dacht alleen dat er dit jaar erg veel scholieren geslaagd waren. Inmiddels weet ik beter. Ik wil duidelijk maken waarom ik een omgekeerde vlag verkeerd en een boerenzakdoek acceptabel vind.
Eerst die vlag. Sommigen beweren dat de omgekeerde vlag een noodsignaal is dat vroeger in de scheepvaart gebruikt werd. Dat mag zo zijn. Sinds de bestorming van het Capitool in Washington is de omgekeerde vlag vooral een teken van opstand geworden. Een signaal dat de wettige overheid weg moet, omdat ze niet bekwaam en onbetrouwbaar geacht wordt. Een christen belijdt dat de overheid Gods dienares is, hem ten goede (Romeinen 13:4). Zorgen rond die overheid worden in het openbaar op democratische wijze besproken en in het verborgen voor de Heere neergelegd.
Een omgekeerde vlag is een verkeerde vlag. Een belediging van onze natie en onze geschiedenis. De vlag behandel je met respect, zo leerde ik vroeger, want hij is een symbool van de waarden van ons land, zoals die zich vanuit onze joods-christelijke wortels in de loop van onze nationale geschiedenis ontwikkeld hebben. Een christen stáát voor die waarden. Juist als ze door moderne ontwikkelingen als achterhaald beschouwd en onderuitgehaald worden.
Nu iets over stikstof en landbouw. Ik ben opgegroeid onder de boeren en woon al mijn hele leven in een boerendorp. Agrariërs hebben voluit mijn sympathie. Tegelijk ben ik sinds mijn jongensjaren begaan met het milieu. Voor mij is zonneklaar dat de wijze waarop onze samenleving de leefomgeving exploiteert haaks staat op de opdracht uit Genesis om te „bouwen en te bewaren” (2:15). En dat de zinsnede uit de Bijbel dat de rechtvaardige het leven van zijn beest kent (Spreuken 12:10) niet altijd van toepassing is op de huidige wijze van landbouw bedrijven. Ik kan me niet voorstellen dat een rechtgeaarde boer als rentmeester van de schepping geen pijn voelt waar het gaat over de moderne omgang met dier en land. Stikstof is naar mijn overtuiging een reëel en niet gering probleem, dat echt opgelost moet worden. Het is echter niet juist om de landbouw als schuldige aan te wijzen. De welvaart en het materialisme van de samenleving hebben de boeren in hun bedrijfsvoering een richting op gedreven die niet goed is voor de leefomgeving. Daar zijn wij allemaal schuldig aan. Dat moet ook echt veranderen; we moeten terug naar Bijbels rentmeesterschap.
Laat daarom vrijmoedig een zakdoek in groot formaat wapperen vanaf de vlaggenstok. Een zakdoek als teken van verdriet en tranen. Vanwege de voorgenomen maatregelen van de overheid en de gevolgen ervan. Het zal maar gaan om het voortbestaan van jouw bedrijf, dat al generatieslang familiebezit is. Wie zou niet wenen vanwege een zwalkend overheidsbeleid en vanwege als onterecht ervaren maatregelen? Ik kan me vooral ook tranen voorstellen vanwege onze zonden, die de gebrokenheid van de schepping veroorzaakt hebben. Tranen van verdriet om mijn aandeel daarin, tranen van verlangen naar de nieuwe aarde, waarop gerechtigheid wonen zal. Als de zakdoek helpt om ons bij dit verdriet te bepalen, mag ons land er wat mij betreft vol mee hangen.
De auteur is werkzaam als manager zending voor de HHK.