Predikant gaf Vincent van Gogh het zetje om kunstenaar te worden
De predikant Abraham van der Waeyen Pieterszen zette Vincent van Gogh aan om kunstenaar te worden.
Die conclusie trekken kunstenaar Johan Tahon, onderzoeker Lander Deweer en Erfgoed Vlaamse Ardennen. Het is reden voor een waar Van Goghjaar in de Vlaamse Ardennen.
In het protestantse dorp Korsele, ten zuiden van Gent, deed al lang het verhaal de ronde dat de later zo bekende schilder Vincent van Gogh (1853-1890) in het dorp heeft verbleven. Tahon ging op onderzoek uit. „We ontdekten dat de passage van Van Gogh in Horebeke, en zijn ontmoeting daar met dominee-kunstenaar Abraham van der Waeyen Pieterszen, een kentering betekende in het leven van de jonge Vincent. Dit was de echte start van zijn kunstenaarschap.”
Vincent van Gogh reist in de zomer van 1879 te voet naar Korsele, zo blijkt uit zijn brieven. Hij wil daar ds. Abraham van der Waeyen Pieterszen ontmoeten. In een brief aan zijn broer Theo, gedateerd op 5 augustus 1879, schrijft Vincent van Gogh: „Ben onlangs te Brussel geweest, en te Maria Hoorebeeke en te Tournay, gedeeltelijk te voet. (…) Ben onlangs nog op een atelier geweest n.l.: bij Ds. Pietersen, die schildert in den trant van Schelfhout of Hoppenbrouwers, en wel verstand van kunst heeft. Hij vroeg mij om een van mijn schetsen, een mijnwerkerstype.”
Van Gogh is dan 26 jaar en evangelist in de Waalse mijnwerkersstreek Borinage. Het werk ligt hem niet zo en hij verdiept zich meer en meer in de tekenkunst. „Van Gogh zoekt naar bevestiging en naar mensen die hem vooruit kunnen helpen met zijn artistieke ideeën”, zien de onderzoekers. Daarom reist Van Gogh naar Korsele om zijn studiegenoot Van der Waeyen Pieterszen op te zoeken. Die is niet alleen predikant, maar komt ook aan de kost als kunstenaar. „De innemende man is de ideale inspiratiebron voor Van Gogh.”
Ds. Pieterszen velt een positief oordeel over de artistieke aanzetten van Van Gogh. Dit was een keerpunt voor Van Gogh, stellen de Vlaamse onderzoekers. „Tussen de schetsen van de dominee-kunstenaar, beseft Van Gogh dat een keuze voor het kunstenaarschap mogelijk is. Tegelijk leert hij dat religie en geloof niet zo veraf staan van de schoonheid en troost die kunst kan brengen.”
Zeeuw
Abraham van der Waeyen Pieterszen (1817-1880) was geboren in het Zeeuwse Middelburg. Hij kreeg zijn opleiding tot kunstschilder in Antwerpen. Vanaf 1844 was hij deken en later predikant voor de Protestantse Unie van België. Hij stond in Antwerpen, Brussel, Mechelen, Leuven en tenslotte in Korsele, bij Horebeke.
Hij was van 1857 tot 1877 agent-général van het comité voor evangelisatie (Comitée Synodal d’Evangelisation). Hij was van 1860 tot 1867 ook redacteur van L’Union. Dat was de krant van de Belgische protestanten. Die taak moest hij echter neerleggen. Het werk viel hem te zwaar.
Ds. Pieterszen was een van de oprichters van de Vlaamsche Opleidingsschool in Laken. In 1875 werd Vincent van Gogh voor drie maanden toegelaten tot de school en later kreeg hij nog eens zes maanden de mogelijkheid om op de school te verblijven, maar in 1879 werd hij de deur gewezen. Ds. Pieterszen was het daar niet mee eens en stimuleerde Van Gogh toch het kunstenaarspad op te gaan.
De predikant stierf kort daarna, in april 1880. Hij ligt begraven op het kerkhof van de Nieuwe Kerk te Korsele.
Jaar
Vlaanderen grijpt het onderzoek aan om een Van Goghjaar te organiseren. Daarin staan „hedendaagse kunst, psyche en mentorschap” centraal. Het jaar ging in juni van start onder het motto ”Er zit een vuur in mij”. Verschillende organisaties in Vlaanderen, Wallonië (zoals Maison Van Gogh in Cuesmes) en Nederland (zoals het Van GoghHuis in Zundert) doen mee. Hoogtepunt wordt, volgens de organisatoren, een hedendaagse kunstexpo in het voorjaar en de zomer van 2023. Onderzoeker Lander Deweer publiceert een boek over het onderzoek naar Van Gogh in Korsele. De regio Vlaamse Ardennen wil zich komend jaar op de kaart zetten als „regio van betekenis in het leven van de schilder.”
> vangoghvlaamseardennen.be