Minder toezicht op lokale democratie door teloorgang regionale media
Met regionale media die al jaren in de hoek zitten waar de klappen vallen, is het de vraag of burgers het lokale bestuur nog wel democratisch kunnen controleren. Hoe staat de lokale pers ervoor?
Voor een goed functionerende lokale democratie zijn sterke en kwalitatieve lokale en regionale media essentieel, aldus de Raad voor het Openbaar Bestuur en de Raad voor Cultuur in hun advies ”Lokale media: niet te missen”. Naast een controlerende functie onderscheiden de raden in het ideale geval ook een verbindende, educatieve en culturele functie.
Onder meer op basis van gesprekken met tientallen vertegenwoordigers van lokale, regionale en landelijke media schetsen de beide adviesorganen echter een zorgwekkend beeld. In veel gemeenten kunnen media hun verschillende functies niet meer naar behoren uitvoeren, vanwege een gebrek aan journalistieke kwaliteit, te weinig geld en een te grote afhankelijkheid van gemeentelijke bijdragen.
De regionale dagbladen kampen al jaren met dalende oplagen. In reactie daarop zijn de uitgevers een proces van sanering en schaalvergroting gestart. Veel regionale bladen zijn inmiddels in het bezit van de twee Vlaamse reuzen DPG Media en Mediahuis, die ook de landelijke dagbladmarkt in ons land domineren.
Uit economisch oogpunt kan schaalvergroting verstandig zijn. Anders trekken internationale digitale spelers als Facebook en Google nog meer advertentie-uitgaven naar zich toe dan ze nu al doen, ten koste van de traditionele media. In 2018 eisten de grote internationale onlineondernemingen ruim de helft van alle mediabestedingen van ongeveer € 1974 miljoen op. Een aandeel dat sindsdien zeker niet kleiner is geworden.
Schaalvergroting heeft echter ook nadelen voor de regionale nieuwsvoorziening: het fijnmazige stelsel van lokale edities maakt steeds meer plaats voor een systeem van grote regionale edities. En dat kan, concludeerde het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek in 2013, ertoe leiden dat de lokale en regionale papieren media de band met de lezers verliezen. Zeker zo belangrijk is dat er lege medialandschappen dreigen te komen, waarin de journalistiek als waakhond van de democratie geheel ontbreekt.
Zelfs de voormalige staatssecretaris voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Sander Dekker onderkende het dreigende democratische tekort. De bewindsman, die toch niet echt bekendstaat als beschermheer van sociale en culturele voorzieningen, schreef in een Kamerbrief van 2017 dat er in de politiek en in de mediasector „een breed gedragen gevoel bestaat dat het journalistieke aanbod op lokaal en regionaal niveau verschraalt”. Hij zou er ten behoeve van de lokale democratie wat aan gaan doen. Verder dan vrome woorden kwam Dekker niet.
Arie Slob, de minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media in het kabinet-Rutte III, ondernam in tegenstelling tot Dekker wel actie. Hij stelde € 15 miljoen beschikbaar om de samenwerking tussen regionale en lokale publieke omroepen te stimuleren. Ook ontwierp hij een subsidieregeling waarmee regionale publieke omroepen geld kunnen krijgen voor projecten die (onder meer) gericht zijn op innovatie en samenwerking.
Of het overheidsbeleid toereikend is om de lokale media overeind en relevant te houden voor de lokale nieuwsvoorziening en voor het vertrouwen in de lokale politiek? Cijfers van de diverse regionale media laten zien dat dit op zijn minst onzeker is.
De oplagen van de regionale kranten vertonen al geruime tijd een neergaande lijn. De daling van het aantal lezers vertaalt zich onder meer in een substantiële afname van het aantal journalisten dat bij de regionale dagbladen werkt. Hun aantal is vergeleken met twintig jaar geleden met meer dan de helft afgenomen.
Algoritmen
De teruggang van het aantal journalisten bij de regionale bladen is dramatisch, maar het kan kennelijk nog erger. Bij de huis-aan-huis-bladen werkt geen enkele journalist meer in dienstverband. Ze zijn allemaal vervangen door freelancers, die voor hun werk niet meer dan amateurtarieven ontvangen. Het mag niet verbazen dat de kwaliteit van de verslaggeving navenant is. Dat wringt, want huis-aan-huis-bladen vormen een wezenlijke lokale informatiebron voor burgers.
Ook de lokale en regionale omroepen hebben het moeilijk. Deze omroepen informeren de inwoners van een provincie met nieuws en informatie opdat ze kunnen deelnemen aan de regionale samenleving. Die taak, belangrijk voor de kwaliteit van de lokale democratie, staat onder druk omdat het gemiddelde marktaandeel van regionale radio in 2019 onder de 10 procent is gezakt. Het bereik van de lokale televisie blijft ongeveer gelijk.
Tegenover worstelende regionale media –print, papier en televisie en (nog heel voorzichtig) websites– staan onstuimig groeiende nieuwe media. Digitale platforms als Facebook, Instagram, Twitter, LinkedIn, YouTube en nieuwsverzamelsites voorzien steeds meer mensen van nieuws. Groot risico van die ontwikkeling is dat de onafhankelijke en kritische meningsvorming wordt verstoord doordat vooral de grote, internationale platforms algoritmen gebruiken, en mensen niet langer worden geïnformeerd over de hele context van gebeurtenissen, laat staan dat deze worden voorzien van een neutrale duiding.
Staan we aan de vooravond van de ondergang van de regionale journalistiek? Op initiatief van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek spraken vertegenwoordigers van de landelijke en regionale journalistiek begin 2015 over wat de sector de komende tien jaar te wachten zou staan. Ze zagen vier scenario’s:
1. Grote, internationale bedrijven als Facebook en Google nemen de markt over. De Nederlandse journalistiek wordt onbeduidend, in getal en relevantie.
2. Door een grote hoeveelheid kleinschalige initiatieven keert de pluriformiteit in de media terug. De regionale nieuwsvoorziening bloeit weer op en de burger kan zich opnieuw breed laten informeren. Maar ook: iedere internetgebruiker waant zich journalist, en het verschil tussen meningen en feiten vervaagt.
3. De autoriteit van nieuwsmerken neemt verder af en het voortbestaan van professionele regionale media staat op het spel. Er zijn allerlei nieuwe initiatieven, maar de onzekerheid over de professionaliteit van de nieuwsvoorziening overheerst.
4. Journalistieke organisaties en opleidingen werken meer samen, wat hun kans op overleven vergroot. Private en publieke partijen zoeken naar geschikte vormen van samenwerking. De overheid kijkt voortdurend naar haar rol om de regiojournalistiek te behouden.
Zeven jaar verder zijn er verschillende elementen uit de onderscheiden scenario’s te herkennen. Regionale dagbladen zijn druk doende om zichzelf digitaal nieuw leven in te blazen, waarbij lokaal nieuws geldt als ‘trekker’. Lokale omroepen werken vaker samen, al dan niet in streekomroepen, om de vereiste professionaliseringsslag te maken. En regionale omroepen positioneren zich steeds vaker als digitale nieuwsplatforms, waarbij ze geregeld fungeren als partner van lokale omroepen en als opleidingscentrum en verstrekker van technische apparatuur.
Of dat genoeg is om de lokale media te laten opleven, zodat zij hun rol als waakhond van de lokale democratie weer met verve inhoud kunnen geven? De huidige situatie is, om met de Raad voor het Openbaar Bestuur en de Raad voor Cultuur te spreken, weliswaar zorgwekkend, maar niet hopeloos.
De auteur is journalist. Dit artikel is een verkorte weergave van een artikel op socialevraagstukken.nl.