“Weg naar klimaatdoel is smal paadje geworden”
Het huidige decennium wordt cruciaal voor de aanpak van de klimaatcrisis. Dat is de boodschap van het nieuwe klimaatrapport dat maandag verschijnt, zegt prof. dr. Detlef van Vuuren.
De hoogleraar en onderzoeker bij het Planbureau voor de Leefomgeving heeft als een van de hoofdauteurs van het rapport van het klimaatpanel van de Verenigde Naties (het IPCC) een drukke week achter de rug. De tekst van de beleidssamenvatting van het rapport werd door onderhandelaars van verschillende landen zin voor zin tegen het licht gehouden. In de nacht van zaterdag op zondag gingen de onderhandelingen daarover gewoon door. “Gelukkig heb ik vannacht heerlijk geslapen”, vertelt Van Vuuren. “De onderhandelingen gingen moeilijker dan gedacht.” Diverse landen stelden wijzigingen voor in de tekst van de beleidssamenvatting.
Bent u wel tevreden met de samenvatting die er nu ligt?
“Ja. Ondanks wat aanpassingen is deze niet afgezwakt of wetenschappelijk gezien onjuist. Er zitten aan tafel overigens niet alleen landen die willen vertragen, maar ook landen –zoals de kleine eilandstaten– die voor vergaande maatregelen pleiten. Hun voortbestaan is in het geding.”
Welk signaal geeft dit deelrapport volgens u af?
“Het laat zien dat het nu geen vijf voor twaalf maar één voor twaalf is. Dit decennium wordt cruciaal om aan het Parijsakkoord te voldoen. De weg naar dat doel is een smal paadje geworden, maar het is er nog wel. Alleen als we de mondiale uitstoot vóór 2030 fors kunnen reduceren, liggen de Parijsdoelen nog binnen bereik. Cruciaal is om rond het midden van de eeuw op een uitstoot van netto nul uit te komen. Dat betekent dat bij investeringen nu al dit doel centraal moet staan.”
Wat zijn volgens u verrassende uitkomsten uit het rapport?
“Voor het eerst keken de onderzoekers naar de gedragskant: wat kunnen mensen veranderen qua keuzes rond dieet, transport en consumptie. Aan de vraagkant blijkt veel potentie voor CO2-reductie. Overigens is de consument daarbij wel afhankelijk van het systeem. Als er ergens geen openbaar vervoer is, kun je die optie ook niet kiezen.
Een andere uitkomst van het rapport is dat steeds meer toekomstscenario’s ervan uitgaan dat het 1,5 graaddoel in eerste instantie niet gehaald gaan worden. Ook heeft dit nieuwe rapport meer aandacht voor scenario’s die zo min mogelijk afhankelijk zijn van zogeheten negatieve emissies (waarbij broeikasgassen uit de lucht worden gehaald, MK). Zo maken steeds meer meer onderzoekers zich zorgen over het gebruik van biomassa, in verband met de voedselvoorziening en de biodiversiteit.”
Dit rapport volgt op twee andere deelrapporten van het IPCC. Wat is de samenhang van dit derde rapport met de belangrijkste uitkomsten van de vorige twee?
“De hoofdboodschap van het rapport uit augustus vorig jaar was dat het ‘budget’ van koolstof dat we nog mogen uitstoten heel krap is: 400 gigaton om onder de 1,5 graad te blijven en 1000 gigaton voor maximaal 2 graden opwarming. En dat terwijl we elk jaar zo’n 40 gigaton uitstoten. Rapport nummer twee schetste de enorme noodzaak om fors in te grijpen. De gevolgen van klimaatverandering zijn al enorm. Dit derde rapport schetst de routes die er nog zijn om de klimaatdoelen te halen. Dit rapport laat daarmee ook lichtpuntjes zien.”
Welke lichtpuntjes?
“Het is het eerste rapport sinds het Parijsakkoord en sinds die tijd ontwikkelden landen veel klimaatbeleid. Aan de technologiekant ging het ook hard. Elektrisch vervoer was ten tijde van het vorige rapport in 2014 nog veel minder binnen handbereik. Ook kelderden de prijzen van zonne- en windenergie, waardoor ze concurreren of zelfs aantrekkelijker zijn dan energie uit fossiele brandstoffen. Dat was in 2014 ook wel anders.”
Dit rapport gaat over wat gedaan kan worden om klimaatverandering aan te pakken. Dat ligt gevoelig. Want treedt de wetenschap daarmee niet op het terrein van de politiek?
“Er is zeker een spanningsveld, maar het mantra binnen het IPCC is: policy relevant, but not policy prescriptive. Dus relevant zijn voor beleidsmakers, zonder beleid voor te schrijven. We willen aangeven wat er mogelijk is, zonder dat we het woord ”moeten” gebruiken. Je treft dan ook veel zinsnedes aan als: “Indien we willen voldoen aan 1,5 graden, dan zijn dit de opties.””
Wetenschappelijk gezien is helder dat er meer moet gebeuren om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Waarom lukt dat de politiek dan niet?
“De verandering die nodig is raakt ons hele leven: het gaat onder meer over ons energiegebruik, onze voedselvoorziening en onze manier van vervoer. Dat grijpt fors in en daarbij spelen vele belangen. Daarnaast is er nog het verdelingsvraagstuk. Hebben rijke landen historisch gezien niet de verantwoordelijkheid om meer te doen? En hoeveel actie mag je dan verwachten? Bij dat verdelen schuift de politiek –zoals lang is gebeurd– de hete aardappel steeds door. Dat kan nu echt niet meer.”