Wandeling: Pareltje aan de Lek
Hoe gering het historisch besef ook is, toch maakt de naam Nieuwpoort bij de meeste mensen wel wat los. Al is het alleen maar door het makkelijk te onthouden jaartal: 1600, Slag bij Nieuwpoort.
Om meteen maar een misverstand weg te nemen: met deze veldslag heeft dit stadje aan de rivier de Lek niets te maken. Die speelde zich af in Vlaanderen, bij Nieuwpoort aan Zee. Dat neemt niet weg dat ook het Nieuwpoort in de Alblasserwaard een rijke geschiedenis kent, die ook nog eens op elke straathoek van deze goed bewaarde vestingstad te vinden is.
Nieuwpoort is onderdeel van de Oude Hollandse Wa- terlinie. Samen met het aan de overzijde van de Lek gelegen Schoonhoven moest het in het rampjaar 1672 vijandige schepen de doortocht over de Lek bemoeilijken.
Het Waterlinieommetje begint op Het Hoofd, aan de oever van de Lek. Vanaf de stadswal richt een kanon dreigend zijn loop over de rivier, die op deze winterdag nauwelijks wordt bevaren. Via de driehoekige bastions –die er met hun vooruitstekende punten voor zorgden dat de stad aan alle kanten uitstekend verdedigbaar was– lopen we om het oude stadje heen. Statige bomen geven de stadswallen een parkachtige uitstraling.
Na een klein stukje Hoogstraat komen we bij de beer, een imposante keermuur die het water van de Lek buiten de polder moet houden. Op de muur staan twee monniken, ronde bakstenen pilaren die moesten voorkomen dat vijanden lopend via de muur de stad binnendrongen.
Verder maar weer, de stadswal op. Hier werd de stad beschermd door een brede gracht en opnieuw een statig kanon. Een stadspoort heeft Nieuwpoort niet meer, maar de plaats waar hij stond, is nog intact. Nu is het een wegversmalling die de snelheid van het verkeer op natuurlijke wijze in toom houdt. We pakken een klein stukje polder mee, maar na een paar honderd meter moeten we alweer terug, de Doodloop op. Ondanks de veelzeggende naam en het boekdelen sprekende verkeersbord aan het begin, ligt aan het eind toch een houten bruggetje.
Hoog tijd voor de binnenstad. Blikvanger is het stadhuis, dat over de inlaatsluis is gebouwd om saboteurs op afstand te houden. Hier ligt immers de mogelijkheid de polder onder een laag van enkele tientallen centimeters rivierwater te zetten en zo de vijand de doortocht over land te beletten. Een beproefd middel, maar de meeste boeren zijn er niet blij mee.
Het Hoofd –nu een parkeerplaats– komt alweer in zicht. Maar eerst nog langs het Arsenaal, een bakstenen kolos die in het verleden gebruikt werd voor wapenopslag. De stootpaaltjes naast de poort zijn van een bijzonder kaliber. Het zijn rechtop gezette kanonslopen, afgedekt met een kogel. Daar wil je niet mee in botsing komen.