Btw-verlaging op groenten en fruitschap is symboolpolitiek
We eten in Nederland veel te weinig groente en fruit. Dat is geen goed nieuws, maar het betekent wel dat er op dit terrein nog veel gezondheidswinst is te behalen. Of de voorgenomen btw-verlaging voor die winst gaat zorgen, is echter de vraag.
In de komende decennia lopen de zorgkosten naar verwachting snel op. Dat komt bijvoorbeeld door de vergrijzing en leefstijl-gerelateerde ziektes zoals diabetes 2 en obesitas. Volgens het Voedingscentrum draagt de consumptie van groente en fruit bij aan een lager risico op deze laatste ziektes. Het beveelt dan ook een minimum hoeveelheid van 250 gram groente en 200 gram fruit per dag aan. De gemiddelde Nederlander eet momenteel iets meer dan 130 gram groente en 112 gram fruit. Genoeg potentie voor verbetering dus. In het kader van voorkomen is beter dan genezen en het terugdringen van de toekomstige zorgkosten, wil de overheid dus graag dat wij Nederlanders meer groente en fruit gaan eten.
Om de consumptie van groente en fruit te bevorderen, heeft de nieuwe regering zich voorgenomen om deze producten vrij te stellen van btw. Niets mis met de intentie, maar het staat of valt natuurlijk met de uitvoering. Dat zouden ze in Den Haag ondertussen toch moeten weten. En juist aan de uitvoering zitten nog wel wat haken en ogen.
Sowieso is de prijsverlaging op groente en fruit maar een klein stapje in de goede richting. In economentaal hebben basisproducten als groente en fruit namelijk een lage prijselasticiteit. Dat betekent dat de vraag naar deze producten maar beperkt reageert op prijsveranderingen. Een prijsdaling van 9 procent betekent dat we gemiddeld zo’n 15 gram meer groente of fruit per persoon per dag gaan eten. Dan gaan we er wel van uit dat supermarkten en groenteboeren die prijsverlaging ook volledig doorvoeren. Dat is niet vanzelfsprekend. Zeg nou eerlijk, 2,56 euro voor een zak Elstars of 1,64 euro voor een bloemkool zijn niet echt typische supermarktprijzen, of wel?
Bovendien moet u het ‘cadeautje’ van 29 euro per jaar –want daar komt de btw-verlaging gemiddeld per persoon op neer– natuurlijk niet aan hogere gasprijzen, kleding voor de kinderen, een keer uit eten of ongezonde dingen spenderen. Die kans zit er echter dik in. De overheid heeft zich al eens lelijk vergist met een btw-verlaging. In 2000 gingen dienstverlenende beroepen van het hoge naar het lage btw-tarief. Als we hier op terugkijken, blijkt dat we ondanks de prijsverlaging destijds niet vaker naar de kapper zijn gegaan. Dat geeft toch te denken.
Alle goede intenties ten spijt zal een btw-verlaging op groente en fruit vooral veel administratieve rompslomp en relatief weinig extra groente en fruit opleveren. Er is meer nodig om Nederland gezonder te laten eten en leven. Prijsinstrumenten kunnen daarin absoluut een rol spelen. Maar subsidieer dan alle gezonde voedingsmiddelen en niet alleen groente en fruit. Sowieso zal zo’n prijsinstrument onderdeel moeten zijn van een groter plan rondom gezonde voeding om echt zoden aan de dijk te zetten.
De auteur is Senior Analyst Consumer Foods bij RaboResearch