Ab Mol: Zendingswerkers zijn ook maar mensen
Zendingswerkers, bijzondere mensen zijn dat. Ik kan het u bijna horen denken. Wellicht stelt u het ongeveer voor als volgt.
Een zendingswerker is geroepen, gezonden en voorzien van een stevig karakter. Hij gaat naar plekken waar veel mensen het moeilijk lang zouden volhouden. Het zwaard van het Evangelie in de hand. Proclamerend om hen die nog nooit van God gehoord hebben te wijzen op de enige Weg tot behoud.
Laat me u uit de droom helpen. In de praktijk zijn zendingswerkers heel gewone, zwakke, kwetsbare mensen. Ze hebben een (min of meer) gewoon gezinsleven. En ze zijn net als u in alles afhankelijk van hun Schepper.
Naast het leven in een andere cultuur zit de moeilijkheid voor zendingswerkers vaak in het volgende: In landen die in het verleden onder een koloniaal juk leefden, worden zendingswerkers met wantrouwen bekeken. Het duurt vaak lang voordat ze hechte relaties met mensen aan kunnen gaan. Een negatief bijeffect van jarenlange koloniale overheersing en al dan niet gedwongen bekering tot het christelijk geloof.
In landen die dit koloniale verleden niet hebben, worden zendingswerkers vaak gezien als mensen die een buitenlandse godsdienst komen promoten. En dat vindt men nog niet eens zo erg. Elke religie leert een mens goed te zijn, nietwaar?
Nederig
Eerst zagen we dat de zendingsbeweging vooral vanuit het Westen kwam. Het Westen zond werkers uit naar de armere en onbereikte delen van de wereld.
Nu is het omgekeerde te zien. De wereldwijd groeiende kerk zoekt naar mogelijkheden om het Westen te bereiken met het Evangelie. Verbaas u dus niet als u in Nederland een buitenlandse zendeling, een heel gewoon mens die huis en haard heeft achtergelaten, tegen het lijf loopt. Een mens die zich geroepen weet om aan u of uw ongelovige volksgenoten het Evangelie te vertellen. De omgekeerde wereld nietwaar?
Deze mensen geven veel op. Jarenlang bereiden ze zich voor op een uitzending. Met gebedsbijeenkomsten, presentaties en activiteiten worden de benodigde giften voor een uitzending bijeengebracht. De arme achterban offert blijmoedig middelen. Het is een nederig makende ervaring om dat als westerling te zien.
Christelijke gemeenten kunnen de financiële lasten van een uitzending vaak nauwelijks dragen, maar zenden toch in vertrouwen op de Zender werkers uit. Het respect dat deze werkers in hun eigen cultuur krijgen, valt weg op de plaats waar ze aan het werk gaan, omdat er daar vaak discriminerend over hen wordt gesproken.
Zo zien we dat gewone mensen uit de wereldwijde kerk in hun zwakheid uitgaan om anderen te bereiken. Met Christus als Hoofd zijn ze gehoorzaam aan de grote opdracht. Het goede nieuws moet immers blijven klinken, totdat Hij komt.
De schrijver is samen met zijn vrouw en drie kinderen uitgezonden door de Christelijke Gereformeerde Kerken en OMF naar Udon Thani, een middelgrote stad in het noordoosten van Thailand. Hij werkt daar als kerkplanter.