Ondanks gps raak ik alsnog de weg kwijt in het bos
Heerlijk, zo’n boswandeling na een drukke week. Al moet je niet verkeerd lopen; voor je het weet worden er drie onnodige kilometers aan de toch al lange route toegevoegd. Maar de prachtige herfstkleuren maken veel goed.
Een routebeschrijving, een speciaal gedownload gpx-bestand waarmee de route via gps exact te volgen is én rood-witte markeringspaaltjes onderweg. En dan nog presteert een mens het om fout te lopen. Daar is speciaal talent voor nodig.
Ter verdediging: bij het beginpunt van deze wandeling, station Driebergen-Zeist, is niet heel duidelijk aangegeven welke kant je nu op moet. Daardoor kán het gebeuren dat een wandelaar op een gegeven moment aan de verkeerde kant van het spoor staat. Aan de overkant lonkt het bos. Maar ja, ik sta hier.
Drie chagrijnige kilometers later klaart mijn humeur weer wat op. Daar is eindelijk het bordje met ”Landgoed Bornia” en daar zijn ook de beloofde pittoreske bospaadjes. De NS-wandeling Utrechtse Heuvelrug slingert door drie natuurgebieden: de landgoederen Bornia, Heidestein en Noordhout. Bos, heide en zandverstuiving wisselen elkaar af, waardoor de route nooit saai wordt.
Een paar kilometer en een klaphek later wissel ik al van landgoed. Dit is Landgoed Heidestein: met vijvers, bruggetjes, een theehuis en zelfs een heuse ijskelder. Het gebied is rond 1906 aangelegd in een voormalig heidelandschap.
Ik houd mijn pas even in, want voor me loopt een groep wandelaars. De avonturier in mij zoekt het liefst alleen haar weg –of dat nu lukt of niet– want het is stiekem heel leuk om de rood-witte markeringen in het landschap te spotten en te kijken welke kant je nu weer op mag.
Na een tijdje stampen door rul zand zit het eerste deel van de route erop en kom ik aan in het kleine dorpje Austerlitz. Bekend van de Pyramide van Austerlitz, in 1804 gebouwd als eerbetoon aan Napoleon Bonaparte. De NS-wandeling biedt hier de optie om de route af te breken en de bus terug te nemen naar het station. Even ben ik in dubio –ik heb al 11 kilometer gelopen, in plaats van de 8 uit de beschrijving– maar dan loop ik vastberaden door.
Gelukkig maar, want het tweede deel van de route is mijn favoriet. Lekker veel bos. Brede bospaden en kleine sluiproutes tussen hoge begroeiing wisselen elkaar af. Het groen van de bomen maakt al langzaam plaats voor de gele, bruine en rode herfstkleuren. Hier en daar moet ik vallende beukennootjes ontwijken. De grond ligt bezaaid met kastanjes, al dan niet rijp. En kijk, daar spot ik zelfs rood met witte paddenstoelen.
Dan begint de vermoeidheid aardig toe te slaan. Een omgevallen boom naast het pad is een prima excuus voor een rustmoment, met meegenomen rode druiven.
Bijna 18 kilometer en 4 uur en 52 minuten later uur later (met pauzes mensen, met pauzes) komen de bebouwde kom en het station van Maarn in zicht. Mijn voeten zijn moe, maar mijn hoofd is leeg.