Opinie

Lauwheid rond kerkgang roept om doordenking en gebed

Er zijn gemeenteleden die snakten naar de echte samenkomsten, maar heel wat anderen vinden het „wel prima” om thuis te luisteren. Hoe kan dat toch?

Ds. M. Krooneman
21 July 2020 10:24Gewijzigd op 16 November 2020 19:55
„Ik had gehoopt en verwacht dat mensen na de versoepeling van de coronamaatregelen vanaf 1 juni in de rij zouden staan voor de kerk...” beeld iStock
„Ik had gehoopt en verwacht dat mensen na de versoepeling van de coronamaatregelen vanaf 1 juni in de rij zouden staan voor de kerk...” beeld iStock

Sinds 1 juli mogen we iedereen die dat wil weer naar de kerk laten gaan. „Maar verreweg de meeste kerken doen dat niet”, schrijft collega ds. Marten Visser (RD 11-7). „Vrijwel alle kerken lijken zich te beperken tot een of twee kerkdiensten met een beperkt aantal kerkgangers.” Hij vindt dat terecht moeilijk te begrijpen en noemt mogelijkheden om, ook in grote gemeenten, iedereen weer naar de kerk te kunnen laten gaan.

Echter, in plaats van meteen oplossingen aan te dragen, moeten we eerst doorvragen naar de kern van het probleem. Want hoe kómt het eigenlijk dat zoveel kerken(raden) zo terughoudend zijn? Het is namelijk nog erger dan ds. Visser aangeeft. Een aantal observaties.

Uitgeblust

  • Meerdere kerkelijke gemeenten in het Groningerland zijn, tot mijn stomme verbazing, na afkondiging van de coronamaatregelen in maart meteen helemaal gestopt met het beleggen van erediensten. Ze zijn ‘op zwart’ gegaan. Pas toen men doorhad dat dit weleens langer dan een paar weken kon duren, ging men van start met onlinevieringen waaraan ieder zijn bijdrage leverde: vanuit huis opgenomen meditaties, liederen enzovoorts werden aan elkaar geplakt en online geplaatst. In de tussenliggende weken moest men het blijkbaar doen met Nederland Zingt van de EO. Waar is dan de voorbede, het opdragen van een wereld in nood aan de Heere der heren?

  • Nu is de hervormde (streek)gemeente van Noordhorn-Saaksum, waarvan ik predikant ben, een ”rechtzinnig bolwerk” in een (wat de PKN-gemeenten betreft) overwegend vrijzinnige omgeving. Maar is het onder ons anders? Ik kreeg van een grote hervormde gemeente op de Biblebelt, met twee kerkgebouwen, een preekbeurt in augustus terug. Reden: „in verband met de coronamaatregelen beleggen we voorlopig slechts in één gebouw erediensten.” Terwijl het nu juist een ongekende luxe is om meerdere gebouwen te hebben, zodat zo veel mogelijk mensen naar de kerk kunnen gaan!

  • Een andere gemeente belde een avonddienst af. „We zijn zo blij met de beelduitzendingen, maar die kosten ook tijd en voorbereiding; voorlopig hebben we genoeg werk aan de ochtenddienst.” Het ging om een relatief jonge gemeente, met volgens mij genoeg mensen om de technische zaken te regelen.

  • Er is nog weinig animo voor kinderoppas tijdens de kerkdienst, terwijl dit „sinds 1 juli weer toegestaan” is (RD 10-7). Dat het voordien verboden was, is aan mij voorbijgegaan. Wij hebben vanaf 1 juni weer kinderoppas en er wordt gebruik van gemaakt. Juist met jonge kinderen is het moeilijk om thuis de diensten goed te volgen.

  • Eind mei voelde ik mij als voorganger uitgeblust. Al zo lang had ik geen contacten meer met de gemeente onder het Woord. Nu pas merkte ik hoeveel je tijdens een normale eredienst ‘terugkrijgt’ van de gemeente. De verkondiging is geen monoloog, het Woord vindt weerklank in de harten en dat merk je. De camera geeft echter geen kik, en wie aan de andere kant daarvan zitten, zie je als voorganger niet. Ik had gehoopt en verwacht dat mensen na de versoepeling van de coronamaatregelen het verlangen naar de samenkomsten zouden delen en vanaf 1 juni in de rij zouden staan voor de kerk. Echter, bij sommigen in mijn omgeving merkte ik dat men thuis luisteren, met een kop koffie erbij, „wel prima” vond.

Lakmoesproef

Gelukkig zijn er ook gemeenten die er alles aan doen om de dienst aan de Heere voortgang te laten vinden. Die daarnaast elke mogelijkheid benutten om ook mensen van buiten de kerk te bereiken, in deze tijd vooral online. Bovendien weet ik ook dat er gemeenteleden zijn die wel degelijk snakten naar de samenkomsten, laat dat gezegd zijn! Echter, aan de andere kant zie ik zoveel lauwheid. Hoe kan dat toch?

Is er geen sprake van een geestelijke crisis? Ik las ergens: „een crisis verandert je niet, maar onthult alleen wie je werkelijk bent.” Is dit de lakmoesproef waaruit blijkt of wij werkelijk de Heere en Zijn Woord nodig hebben, of het zonder Hem kunnen? Er werd in het begin van de coronacrisis gesproken over een oordeel. Is het coronavirus een oordeel of zijn onze lauwheid en ingezonkenheid dat veelmeer? Komt er een scheiding tussen kaf en koren?

De antwoorden heb ik ook niet allemaal, maar deze vragen moeten gesteld worden. Laten we bij de doordenking ervan niet gemakkelijk of goedkoop te werk gaan. Laten we onszelf en onze eigen zonden erin betrekken. En vooral: laat er veel gebed zijn voor de kerk van Nederland! „Heere, houdt U ons vast, anders laten wij U los.”

De auteur is predikant van de hervormde gemeente Noordhorn-Saaksum.

Sociale media

Op ons Facebook- en Instagramkanaal staat de bijpassende stelling: „Onze lauwheid is meer een oordeel dan de coronacrisis zelf”. Deze stelling zorgde voor een aantal reacties.

Facebook





Instagram

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer