Nabestaanden slachtoffers geloven Thijs H. niet
De nabestaanden van de slachtoffers van Thijs H. hebben sterke twijfels over de conclusies van gedragskundigen van het Pieter Baan Centrum (PBC), die menen dat H. de drie moorden waar hij wordt verdacht in psychotische toestand heeft gepleegd. Volgens de deskundigen is hij volledig ontoerekeningsvatbaar.
Volgens de nabestaanden heeft H. (28) vaker de schijn opgehouden en zijn omgeving gemanipuleerd, zo verwoordde hun advocaat Sébas Diekstra dinsdag hun twijfels voor de rechtbank in Maastricht. „De vraag is”, aldus de nabestaanden, „of Thijs H. ons rechtssysteem niet wil verslaan”.
Ook collega-advocaat Phil Boonen meent dat er redenen zijn de uitkomsten van het gedragskundig onderzoek in twijfel te trekken. „De zaak doet denken aan die van de Yorkshire Ripper, in Engeland. Ook hij veinsde een geestesziekte. Het bestaat, het kan. Mijn cliënten hopen dat de rechtbank daar in haar uitspraak rekening mee houdt.”
H. zegt dat hij, in zijn psychotische wanen, de moorden heeft gepleegd na „berichten en signalen”. Volgens de nabestaanden heeft H. erkend dat hij de mogelijkheid had de opdrachten niet uit te voeren. Ook wijzen de nabestaanden erop dat H. er welbewust voor heeft gekozen drugs te gebruiken, ook in combinatie met medicatie, terwijl hem dit sterk was ontraden. De PBC-deskundigen waren niet op de hoogte van een reeks relevante feiten, menen de nabestaanden, waardoor er vermoedelijk sprake is van „een gemankeerd onderzoek”.
De tweelingzus van de 63-jarige Diny, die op 7 mei 2019 op de Brunssummerheide door H. met veel geweld werd doodgestoken, las een emotionele verklaring voor. Zij had een potje bij zich, waarin as van haar vermoorde zus zat en toonde dit aan H. De vrouw had vooraf aan de rechtbank verzocht H. haar te laten aankijken als zij zou spreken. Dit deed H. Hij beantwoordde een enkele vraag van de vrouw. De zus maakte ook de moeder van H. ernstige verwijten, omdat zij haar zoon de hand boven het hoofd zou hebben gehouden.
Ook de weduwnaar van Diny maakte gebruik van zijn spreekrecht. H. heeft „alles kapotgemaakt, zonder enige aanleiding”. Hij noemde H. een „monster” en een „idioot”. Hij ziet H., evenals de tweelingzus, als „een seriemoordenaar”.
H. huilde bij het aanhoren van de verklaringen van de nabestaanden. „Ik kan alleen nog een keer zeggen dat het me echt verschrikkelijk spijt”, zo reageerde hij, „en dat jullie genoegen kunnen verkrijgen uit dit proces.”
H. sloeg voor het eerst toe op 4 mei vorig jaar. In de Scheveningse Bosjes in Den Haag stak hij de 56-jarige Etsuko dood. Drie dagen later doodde hij eerst Diny en korte tijd later de 68-jarige Frans. Alle slachtoffers werden vele malen gestoken.
Op 30 juni zal het Openbaar Ministerie de strafeis tegen H. formuleren.