Kerk & religie

Ds. B. J. van der Graaf, pionier op de Veluwe en in Amsterdam

Als een pionier zocht hij zijn eigen weg, zowel in Hulshorst als in Gouda en Amsterdam. Woensdag staat ds. B. J. van der Graaf, hervormd predikant te Amsterdam, 25 jaar in het ambt.

Jan van Reenen
5 September 2018 16:47Gewijzigd op 16 November 2020 14:03Leestijd 5 minuten
Ds. B. J. van der Graaf was in de jaren negentig de eerste predikant van de hervormde wijkgemeente Hulshorst op de Veluwe. Via Gouda ging zijn weg naar Amsterdam. Daar heeft hij ook zijn eigen praktijk. beeld RD, Anton Dommerholt
Ds. B. J. van der Graaf was in de jaren negentig de eerste predikant van de hervormde wijkgemeente Hulshorst op de Veluwe. Via Gouda ging zijn weg naar Amsterdam. Daar heeft hij ook zijn eigen praktijk. beeld RD, Anton Dommerholt

Tegenwoordig brengt ds. Van der Graaf (55) als pionierbegeleider een groot deel van zijn tijd door op het kerkelijk bureau van de Protestantse Kerk Amsterdam. Het kantoor is gehuisvest in een monumentaal pand precies achter de Hermitage, een gebouwencomplex dat ooit eigendom was van de kerk.

Zijn verhaal is er een van pionieren, van op- en neergang. De opgang begon in 1993 in het Veluwse dorp Hulshorst. Bij zijn komst breidde de hervormde gemeente Nunspeet uit van vier naar zes wijkgemeenten. Een daarvan was Hulshorst, waarvan ds. Van der Graaf de eerste predikant werd.

„Het was een tijd van opbouwwerk”, zegt hij over die periode. „Ik ben er aan het pionieren geweest. Bovendien heb ik er als Gereformeerde Bondspredikant leren samenwerken met confessionelen. Ik vond het mooi om de boel bij elkaar te houden.”

Zijn vertrek naar Gouda voelde voor ds. Van der Graaf als een grote stap. „Toen ik op de kansel van de Sint Janskerk stond, preekte ik voor een gehoor van 1200 mensen, onder wie prof. dr. C. Graafland en veel andere hoogopgeleiden. Ik heb hard gestudeerd bij het maken van mijn preken. In die tijd oriënteerde ik me steeds meer op de Bijbelse theologie in plaats van op de dogmatiek. Hierdoor kwam ik tot nieuwe inzichten in de structuren van de Bijbel. Die gaven soms spanning met de traditie waarin ik stond.”

Een belangrijke vraag voor ds. Van der Graaf was: hoe zetten mensen die de Alpha-cursus gevolgd hebben de eerste stap in de kerk? Om daar meer over te leren, ging hij naar New York om bij Tim Keller, predikant van de Redeemer Presbyterian Church, een ”pastors weekend” te volgen. „Daarvan heb ik veel geleerd. Bijvoorbeeld dat het mogelijk is om voor zowel zoekers als gelovigen te preken. Maar ook hoe je kerk moet zijn in een grote stad. Ik kreeg het verlangen om in een grote stad predikant te worden.”

Die kans kreeg ds. Van der Graaf toen hij beroepen werd door Amsterdam. In de Jeruzalemkerk werd hij gemeentepredikant met een missionaire opdracht. „Ik heb daar geleerd om te preken voor zoekers en gelovigen. Ik vertel geen oppervlakkige verhaaltjes, maar preken met diepgang die eenvoudig worden gebracht.”

Om de Amsterdammers te kunnen begrijpen, las ds. Van der Graaf veel hedendaagse literatuur, bezocht hij tentoonstellingen en „spelde” hij Het Parool.

„Redeneren helpt niet als je echt contact wilt krijgen met seculiere Amsterdammers”, stelt de predikant. „Het gaat om het hart. Ook daarom ben ik blij dat ik uit een bevindelijke traditie kom. Er is in Amsterdam veel hang naar spiritualiteit. Men volgt de nieuwe leraars van mindfulness en yoga. Die bevindelijke insteek helpt de verbinding tussen de kerk en die wereld te leggen. Op dit moment lees ik de Bijbel met een groepje van dertien personen, van wie ongeveer de helft van totaal seculiere komaf is. Ze stellen kritische vragen. Daar leer ik zo veel van.”

Ds. Van der Graaf zegt dat hij niet veel meer kan met allerlei discussies, bijvoorbeeld over doop en liturgie. „Wat de doop betreft zijn er twee tradities die we heel dicht bij elkaar moeten houden: kinderdoop en volwassendoop. Ik ben voorstander van een gemengde liturgie, met verschillende muzikale tradities. Bij bepaalde gelegenheden, zoals een kerstdienst, kan bijvoorbeeld ook popmuziek goed dienstdoen. Ik heb gezien dat mensen geraakt werden door ”Heal the world” van Michael Jackson en door “Death, where is thy sting” van Johnny Cash.”

Onopgeefbaar zijn voor de Amsterdamse predikant kruis en opstanding: het Evangelie van de gekruisigde en de opgestane Christus. Hij tekent erbij aan dat de opstanding steeds belangrijker voor hem geworden is. „Het doorleven ervan heeft mij nieuwe hoop gegeven, voor mezelf en voor de stad.”

Praktijk

Sinds kort besteedt ds. Van der Graaf een dag per week aan zijn eigen praktijk. De naam daarvan, Egeiro, betekent: ik sta op. „Ik zie zo veel levens vastlopen en wil op een nieuwe manier in de stad en in de cultuur beschikbaar zijn om mensen te helpen bij zingevingsvragen. Wie weet wat er gebeurt als mensen kennismaken met de opstandingskracht van Christus. Het geloof geeft me moed om nieuwe wegen te zoeken.”

Ten slotte geeft ds. Van der Graaf een waarschuwing mee. „Vijfentwintig jaar geleden kwamen er twee wijkgemeenten bij in hervormd Nunspeet. Inmiddels is het aantal predikantsplaatsen in die Veluwse gemeente weer gedaald naar vier. Dat is een voorteken. De afkalving op het kerkelijk erf gaat hard, ook in traditionele gemeenten.”

Levensloop ds. B. J. van der Graaf

Bastiaan Jan van der Graaf werd op 13 mei 1963 geboren in Rotterdam. Hij studeerde theologie in Utrecht en deed in 1993 intrede in de hervormde gemeente van Nunspeet (wijk Hulshorst). Daarna stond hij in Gouda (1998). In 2006 volgde Amsterdam (Jeruzalemkerk).

Vanaf 2015 werd hij voor de helft van de tijd aangesteld als pionierbegeleider; in april van dit jaar werd dat 75%. Ds. Van der Graaf besteedt een dag per week aan zijn praktijk ”Egeiro”, die is opgezet om mensen te helpen bij zingevingsvragen.

Het echtpaar Van der Graaf heeft drie kinderen en twee kleinkinderen.

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer