Aalders’ boek over Wilhelmina is republikeinse invuloefening
In zijn nieuwste publicatie benadrukt historicus Gerard Aalders de duistere kanten van koningin Wilhelmina: „Dit boek laat de echte Wilhelmina zien.” Niets is evenwel minder waar: voor tal van beweringen in het boek ontbreekt bewijs. De uitgave is vooral een republikeinse invuloefening.
Koningin Wilhelmina hield niet van tegenspraak. De hofhouding had een strategie ontwikkeld om daar hoffelijk mee om te gaan. Er gaat een verhaal dat Wilhelmina eens op treinreis naar Groningen vertrok. Ze wierp een blik uit het raam van de coupé en zag de contouren van een stad. Hare Majesteit sprak tot haar reisgenoten: „O, kijk, wij naderen Groningen al.” Waarop een hofdame fijntjes antwoordde: „Zeker, Majesteit, maar in het noorden noemen ze dit Assen.”
Hoe eigenzinnig ze ook was, Wilhelmina is in de Nederlandse geschiedenis een betekenisvolle figuur geweest. Ze is met afstand de langst regerende Nederlandse monarch. Koningin tijdens twee wereldoorlogen. Tijdens de Duitse bezetting gaven haar radiotoespraken steun aan de moraal van de Nederlandse bevolking. Ze was, treffend onder woorden gebracht door Ida Gerhardt, „krijgshaftig in een vormeloze jas.”
Ontmythologiseren
Net voor Koningsdag, juist als er ieder jaar in de media veel aandacht is voor de positieve rol van het Oranjehuis, brengt Gerard Aalders echter een vernietigend boek uit over Wilhelmina. Dik 300 bladzijden. Het doel ervan is duidelijk: ontmythologiseren. De vorstin is volgens hem „razend populair” vanwege haar kordate optreden tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar deze reputatie is „op drijfzand gebouwd.” Aalders vindt haar „egocentrisch” en „wereldvreemd.” Hij noemt haar op zijn website zelfs iemand met „viswijverige trekken” die mogelijk „een junk” was.
Natuurlijk, heiligenverering past historici niet. Geschiedschrijvers hebben het verlangen om, naar Leopold von Ranke, het verleden te beschrijven zoals het werkelijk geweest is. Mensen zijn geen engelen. Maken fouten. Dat geldt ook voor leden van het Koninklijk Huis.
Geschiedschrijving is echter ook recht doen aan mensen. Historie bedrijven is, zoals A. Th. van Deursen treffend leerde, een vorm van naastenliefde voor hen die overleden zijn. Aalders houdt zich daar niet aan. Bladzijde na bladzijde doet hij aan ”debunking”. Hij doet niet anders dan zijn hoofdpersoon naar beneden trappen. Het maakt zijn boek vermoeiend om door te komen.
Aannames en onjuistheden
”Wilhelmina. Mythe, fictie en werkelijkheid” is een zwak boek. Voor de voornaamste stellingen is geen bewijs; feiten kloppen niet; de schrijver herhaalt zichzelf voortdurend en sleept er van alles bij.
In zijn poging Wilhelmina te ontmythologiseren poneert Aalders de ene stelling na de andere. Zo zou Wilhelmina niet naar vrede hebben willen streven in Europa; maakte ze in Londen vooral ruzie met ministers en zou ze welbewust archieven hebben laten vernietigen die haar positieve imago konden aantasten. Probleem is echter: Aalders bewijst dit niet. Geen voetnoot. Geen literatuurverwijzing. Hij pompt zijn boek op met aannames.
Storend is ook dat Aalders simpelweg onjuistheden debiteert. De geboortedatum van Wilhelmina wordt verkeerd gemeld –„op 30 augustus 1880 werd Wilhelmina geboren”– terwijl dat een dag later was: 31 augustus. Decennialang was deze dag nota bene een nationale feestdag.
Even later beweert de schrijver dat het Koninklijk Huisarchief voor het publiek „hermetisch gesloten is.” Dat is gewoon niet waar. Iedere wetenschappelijk onderzoeker kan toestemming verkrijgen bij de directeur van dit koninklijke privéarchief.
Fasseur
Ronduit irritant is dat de scribent zijn vooroordelen voortdurend herhaalt. „Nederland kreeg een piepjonge koningin die moeite had met de werkelijkheid”; „Wilhelmina toonde zich ongenaakbaar en deed wat ze zelf wilde”; „Ze wilde macht, veel meer macht (…) het ontbrak haar voorts aan een reële visie op het wereldgebeuren.” Telkens zonder een spoor van onderbouwing vanuit de bronnen.
Met Wilhelminabiograaf Cees Fasseur heeft hij het regelmatig aan de stok. Aalders’ irritatie over hem druipt van de pagina’s. Wijlen Fasseur nam Aalders niet geheel serieus. De werkwijze van Aalders was volgens Fasseur: het verzamelen van „vermoedens, geruchten, loze beweringen en dat dan zo’n beetje aan elkaar schrijven.” Op zijn beurt noemt Aalders zijn criticus een „uitgesproken hagiograaf” met een „ver doorgeslagen eerbied” die „zijn kritisch denkvermogen vrijwel geheel onbenut” heeft gelaten. Daarmee wordt zijn boek niet alleen een afrekening met Wilhelmina, maar ook met Fasseur.
Balans en verfijning
Puntig geschreven is de tekst niet. De structuur van het boek is warrig. Aalders sleept er in zijn publicatie van alles bij. Een voorbeeld: tientallen bladzijden lang gaat het in hoofdstuk 3 over de internationale verhoudingen, in het bijzonder die tussen de Verenigde Staten en Groot-Brittannië. Hoe de macht van Amerika toeneemt op het internationale toneel en die van Engeland afneemt, is grondig en boeiend beschreven. Wat heeft echter de machtsstrijd tussen Roosevelt en Churchill met Wilhelmina te maken?
Zie ook de zure beschouwing over het vermogen van de Oranjes: „Over de belastingmoraal van de huidige koning weten we zo goed als niets (…) de familie kent de weg naar belastingparadijzen.” Los van de gekleurde kwalificaties: met Wilhelmina heeft het niets van doen.
Dat alles is jammer, want Aalders legt ook de vinger bij de zere plek. Het slordige leengedrag van prins Hendrik bijvoorbeeld is weinig fraai. Het zegt iets over botsende karakters dat de Amerikaanse president Wilhelmina na zijn bezoek in een brief omschreef als een zelfingenomen ”middle-class frau”. En ja, de vlucht van koningin en regering naar Londen tijdens de meidagen stond op gespannen voet met de Grondwet. Dit had Colijn destijds ook al opgemerkt. Had Aalders met balans en minder aannames geschreven, dan had het beeld van Wilhelmina verfijnd kunnen worden.
Aalders weet veel van de Tweede Wereldoorlog en kan scherp schrijven. Zijn kennis en gaven komen in dit geschrift helaas niet tot hun recht.
Boekgegevens
Wilhelmina. Mythe, fictie en werkelijkheid; Gerard Aalders; uitg. Just Publishers, Hilversum, 2018; ISBN 978 90 897 5652 7; 335 blz.; € 22,50.