Mens & samenleving

Norma Miedema: Leven is het grootste cadeau dat je krijgt

Het leven van Norma Miedema is grofweg te verdelen in twee perioden: van voor en na de brand. Op 7 juni 2015 brandde haar dierenopvang in het Friese Ferwerd af. Bij dierenwinkels in het hele land verschenen collectebusjes op de toonbank: ”Help Norma”. Zelf veranderde ze van „snoeihard” in een milder mens.

15 September 2017 18:31Gewijzigd op 16 November 2020 11:29
beeld Sjaak Verboom
beeld Sjaak Verboom

De nieuwe boerderij van Norma Miedema staat in het Groningse Noordhorn. Aan het begin van de oprijlaan ligt een schaap op zijn zij: de ram van de buren. Af en toe wriemelt hij wat met z’n achterpoten. Dat is normaal, zegt Miedema. „Zo slaapt hij graag.” Ze tuurt naar de weg. De postbode komt eraan, gelukkig heeft hij het pakket met hertenmelk bij zich.

Het jonge damhertje Wathani is een van de dieren die Miedema onder haar hoede heeft in Norma’s Universum, zoals haar opvang heet. Tussen de honden op het erf loopt een paard.

Op dit moment wonen er 26 honden in Norma’s opvang, 15 paarden en tussen de 30 en de 40 katten. Verder zijn er nog vogels en scharrelen er varkens. In de stal staat Zjené, de bruine koe die in haar vorige boerderij in de gang bivakkeerde en wier „ponytoefje” op de kop ze altijd waste met shampoo.

Het begon met het veulentje Claudi, zo’n 25 jaar geleden. Miedema en haar tweelingzus vonden haar in Griekenland, waar ze destijds woonden en werkten. „Daar lag ze, met de beentjes aan elkaar gebonden weggegooid tussen het vuil”, schrijft Miedema in haar boek ”Norma’s universum” (2013). Rond die tijd keerden Miedema en haar zus terug naar Nederland, en veulen Claudi ging mee, in de oude Audi 100 waar de achterbank uit was gesloopt.

Claudi kwam terecht op het boerderijtje dat Norma’s Universum zou worden: een groene bult op het Friese platteland, een miniboerderij verstopt onder de klimop, met kippen in huis en vissen in de slaapkamer. Als het vroor, was het overal ijzig koud. ’s Zomers fladderden er vlinders door het huis.

Op die plek ving Miedema dieren op die speciale zorg nodig hebben. Het was –en is– haar levenstaak en redding tegelijk, zegt ze: gekneusde, zieke en afgedankte levens oplappen en gelukkig maken. Ja: mensen hebben haar gekwetst, en ze heeft zichzelf gekwetst. In haar boek schrijft ze over heftige zaken – misbruik, verwaarlozing, een zwaar motorongeluk, prostitutie, verslaving, eenzaamheid. Die realiteit vormt een scherp contrast met de groene idylle op het platteland, waar iedereen veilig is, elk levend wezen wordt gezien. Beschadigde mensen zijn welkom in Norma’s Universum als ze willen knuffelen met de paarden; verder gaat ze met dieren op bezoek bij eenzame ouderen.

Norma’s Universum heeft de ramen wijd open?

„Je probeert het licht ook een beetje naar buiten te laten schijnen, hè? Mijn boerderij is geen gebarricadeerde bunker tegen de buitenwereld.”

Het boerderijtje in Ferwerd was „een zeer gestructureerd, goed georganiseerd ecosysteem.” Juist dat brandde af. Hoe was dat?

„Ik heb een leven van vóór en ná de brand. Mijn bestaan stond op de kop en wordt nooit meer hetzelfde. Er zijn daar 120 dieren doodgegaan. Ik was erbij, ik was anderhalf uur lang in een oorlogsgebied. Ik hoef maar rook te ruiken of een houtkachel te zien, en het komt allemaal terug.

Niemand weet wat ik doormaakte, toen ik daar stond, voor zoiets zijn geen woorden. En zo kijk ik nu dus ook naar andermans verdriet. Je moet nooit in de spiegel kijken als je de situatie van een ander beoordeelt, snap je? Ik kan niet voor een ander bepalen wat pijn doet. Ik kan me hooguit inleven.

Na de brand ben ik milder geworden en ik werd letterlijk zachter. Ooit viel ik met kettingzaag en al uit een boom die ik aan het snoeien was, ik kwam op een boomstronk terecht en het duurde een hele tijd voor ik weer normaal kon ademhalen en zo. Ik had vier gebroken en vier gekneusde ribben. Maar ik heb er geen dag minder om gewerkt. Ik was snoeihard, en dat is veranderd. Ik kan nu slechter tegen pijn.

Rampen gebeuren. Het is vreselijk dat jonge mensen ziek worden, dat ouders kinderen verliezen, dat er oorlog is; het is afschuwelijk wat er allemaal op deze aarde gebeurt en wat wij elkaar aandoen. Van drama’s kun je aan de drank raken of je kunt in het trauma blijven zwelgen. Dat kan – maar je kunt er ook voor kiezen om dat niet te doen.

Je kunt je afvragen: Waarom ik? Maar zelf heb ik me dat nooit afgevraagd. Iedereen is een ik namelijk. Ik zeg ik, als ik het over mij heb, maar jij zegt ook ik als je het over jezelf hebt. Waarom zou een andere ik het verdriet beter kunnen hebben dan ik?

Ik geloof niet dat God achter rampen zit, in de trant van: laat Ik Norma eens een lesje leren. De vraag is niet: heeft God dit gewild? De vraag is: wat doe je ermee?”

Hebben mensen altijd een keus?

„Altijd. Een voorbeeld: ik heb hier twee hondjes lopen die medicijnen nodig hebben. Ze komen van een meisje dat verslaafd is, en onlangs voor de zesde keer een overdosis drugs heeft genomen. Ze overleefde dat, en af en toe chatten we. Ik ben heel lang lief en begripvol geweest, en vind het dapper dat ze uiteindelijk afstand heeft gedaan van haar dieren. Maar als ze blijft zeggen: mensen doen dit en dat… ze doen me van alles aan… dan zeg ik: „Lieve schat, zolang jij zo in het leven staat, komt het nooit een keer goed. Zolang je anderen de schuld geeft voor de ellende in jouw leven, zul je altijd verslaafd blijven. Het wordt tijd dat jij in de spiegel kijkt en zegt: Ik heb er een zootje van gemaakt, let’s clean it up. Doe er wat aan en stop ermee.”

Eindeloos iemand pamperen heeft geen zin. Je moet mensen soms confronteren met dingen. Hoe ver je ook weg bent, als je de verantwoordelijkheid hebt genomen om voor een ander levend wezen te zorgen, dan heb jij die verantwoordelijkheid te dragen.”

U bent ooit opgenomen geweest in een psychiatrische kliniek. Daar zitten mensen die ziek zijn. Wat kunnen zij hiermee?

„Voor psychisch zieken die anderen geen leed berokkenen is vooral hulp nodig. Voor de mensen met stemmen in hun hoofd, voor ouderen die wegkwijnen in verpleeghuizen, voor wie zichzelf pijn doet, moeten wij ons hart en onze ziel opengooien. In deze maatschappij hebben we meer mededogen nodig. Streven naar geluk, ook voor dat van anderen, is een plicht op deze aarde. God heeft niet voor niks de zon zo vlakbij gezet zodat we er een beetje warmte van hebben, Hij had ook kunnen zeggen: Ik zet hem een 10.000 kilometertjes verderop, en dan was het hier echt een stuk minder aangenaam geweest, met ijstijden enzovoort. Licht heeft een doel.”

Mededogen: wat betekent dat eigenlijk?

„Het gaat om begrip voor iets wat je niet begrijpt, voor gevoelens die niet jouw emotie zijn, voor mensen die je pijn hebben gedaan. Het gaat over: niet in wrok terug kijken – en zelfs je vijand omhelzen, om het zo maar eens te zeggen. Waarbij je dus wel eerlijk en realistisch moet blijven.”

Sommigen zullen zeggen dat u te ver gaat in het tonen van barmhartigheid. Blinde, kreupele, zieke dieren verzorgen… Tot hoe ver gaat het?

„Als het lijden hier geen zin meer heeft, is het einde oefening.”

Hoe weet je wanneer dat zo is?

„Dat weet je. In Griekenland heb ik een zwaar motorongeluk gehad, mijn nek was gebroken, en ik leed onvoorstelbaar veel pijn, anderhalf jaar lang. Ik lag helemaal in de kreukels. Maar ik ben weer beter geworden, en ik ben blij dat ik er nog ben, dat ze niet hebben gezegd: Dat meisje heeft zo veel pijn, laten we haar leven beëindigen.

Zo zie ik het met dieren ook. Precies hetzelfde recht hebben zij: om te herstellen. Maar als er geen redding of verbetering mogelijk is, als ze een dieronwaardig leven leiden, dan beëindig ik het. Als leven lijden is, is de dood een verlossing. Maar nooit eerder. Deze hond hier in de rolstoel, Holly, lijdt niet. Zij heeft een prachtig leven. De enige moeite die haar gehandicapte leven meebrengt, is voor mij: het is even een klus om haar in de rolstoel te zetten.”

Hoe weet u dat ze gelukkig is?

„Dat kun je zien. En anders voel je het. Een dier is heel primair. Als het niet meer eet, weet je dat het niet meer wil. Maar zolang dieren vrolijk zijn, willen ze wél.

Er woont hier een kat die met z’n karretje en al in de perenboom klimt. Dat is niet voor elk dier weggelegd: het moet wel bij het karakter passen.”

Wat betekent leven, in Norma’s Universum?

„Het is het grootste cadeau dat we krijgen. Of beter: we lenen het, en we moeten het weer teruggeven. Leven op deze aarde is een les om het goede te vinden. Uiteindelijk draait het om liefde – voordat een mens daaraan toekomt, is het allemaal hebzucht, gemakzucht, bewijsdrang enzovoorts waar het om draait.”

Elk leven krijgt hier een kans. Het lijkt zo tegenstrijdig dat u voor euthanasie bij mensen bent.

„Weet je waarom er op deze wereld zo veel ellende is? Omdat God van ons geen marionetten heeft gemaakt. Omdat Hij ons een vrije wil heeft gegeven, om ons te ontwikkelen. Wie zijn wij om tegen een ander, wanneer die ondraaglijk lijdt, te zeggen: U mag niet dood? Alleen de persoon zelf mag dat bepalen. Natuurlijk moeten we aan alle mogelijke kanten hulp bieden en kwaliteit van leven bevorderen. Laten we langdurig bedlegerige mensen vooral heel erg helpen. Daar kan nog veel meer gedaan worden dan nu gebeurt! Kijk eens naar de zelfmoordcijfers in dit land, die zijn enorm.”

In de Tien Geboden staat: „Gij zult niet doden”…

„Ik denk dat de boodschap in het Boek van God is dat we niet aan elkáárs leven mogen komen.

Leven volgens het Woord van God betekent dat je in alles handelt uit liefde. De diepste vorm daarvan kan zijn: jezelf pijn doen en je de fysieke aanwezigheid van een ander wezen te ontzeggen om het bij God te brengen. Jezus leidde een leven van mededogen. Zeggen dat je Hem volgt, maar intussen anderen in de kou laten staan, dat vind ik ongeveer het ergste wat er is.”

Wat betekent de Bijbel voor u?

„Bij ons thuis was het een beetje ingewikkeld, de een geloofde dit, de ander dat. Ik ben niet christelijk opgevoed, maar ik heb de Bijbel meerdere keren gelezen. De Koran ook trouwens. De Grieks-Orthodoxe Kerk trekt me erg. Geloof noem ik het grote weten. Het gaat niet over: kijk mij eens! Juist niet. Het gaat om het goede dat in God is. Ik geloof in God en in Jezus. Maar ik beweer niet dat Hij een man is – Hij is een engel, niet tastbaar zoals een mens.

Ik bid vaak; met Hem mag je praten. Ik vind trouwens dat we meer moeten danken dan vragen. De meeste gebeden gaan over: mag ik zus of zo? Nou, regel eerst zelf maar het een en ander, en bedank liever ergens voor.”

In de Bijbel gaat het over een nieuwe aarde waarop mensen en dieren in vrede samenleven. Hoe kijkt u daarnaar?

„Ja, dat geloof ik echt, dat we naar één grote vrede toegaan. Alleen, of dat op deze planeet zal zijn, betwijfel ik. Daar hebben we hem te ver voor vernield. Maar dat uiteindelijk de leeuw en het lam bij elkaar liggen, dat niets elkaar meer opeet, dat alleen harmonie overblijft – dat gaat gebeuren, ja.

Maar nu moet ik gaan, ik heb mijn gedachten er niet meer bij, want het hertje wilde daarnet niet drinken.”

Levensloop Norma Miedema

Norma Miedema (1967) is behalve eigenares van Norma’s Universum ook kunstenares. Haar vader runde een agrarisch loonbedrijf. Als kind was Miedema lid van een clubje dat de Bende van de Zwarte Hand werd genoemd; aan die periode herinneren de handafdrukken van verf bij haar boerderij. Nadat een graanveld dankzij de Zwarte Hand in brand vloog, kreeg de gedupeerde boer de bendeleden zo ver dat ze beloofden voortaan alleen nog goede dingen te doen. Mensen en dieren redden, dat soort zaken. Na de mavo gingen Miedema en haar tweelingzus naar de balletacademie. Miedema is getrouwd met horeca-ondernemer Anton de Jong.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer