Theologenblog (Hans Burger): Wij kunnen slecht omgaan met lijden en tegenslag
Mag je Donald Trump vergelijken met Adolf Hitler, of 2016 met 1933? Het gaat me nu niet om het antwoord, maar het feit dat die vragen worden gesteld, verraadt angst en onzekerheid over de toekomst. De campagne van Trump heeft de spanningen tussen bevolkingsgroepen vergroot of aan het licht gebracht, net zoals dat in Groot-Brittannië gebeurde met het Brexit-referendum. Zoiets kan in Nederland ook zomaar gebeuren. Racisme, sociale onrust, terrorisme en internationale instabiliteit kunnen zomaar een explosief mengsel vormen.
En omdat we rijker zijn dan ooit, en leven in een land dat nog nooit zo veilig is geweest, lijkt het of de enige conclusie is: het kan alleen maar minder worden.
Kunnen we leven met zo’n onzekere toekomst? Wat zou er gebeuren als inderdaad onze veilige, welvarende wereld verdwijnt?
Op zulke momenten realiseer ik me opnieuw dat wij een probleem hebben: wij kunnen slecht omgaan met lijden en tegenslag. Dat geldt breed in onze cultuur; het geldt ook voor christenen. Vaak is het niet waar dat nood leert bidden. Wanneer iemand getroffen wordt door kwaad en lijden, is dat ook vaak het moment om te breken met God en met geloof. „Als God dit toelaat, kan ik niet meer in Hem geloven.” Volhouden en geduld hebben gaan ons niet makkelijk af.
Natuurlijk word je uit het lood geslagen wanneer kwaad en lijden je treffen. Het getuigt echter van levenskunst, wanneer je niet blijft hangen in pijn of angst. En levenskunst heeft te maken met deugden, zoals geduld, volharding. Die levenskunst kunnen we onszelf beter nu aanleren dan op een moment dat het te laat is.
Hoe kunnen wij hoopvolle vredestichters zijn die op weg blijven naar Gods rijk?
De kerkvader Aurelius Augustinus geeft in boek negentien van de ”De stad van God” een prachtige omschrijving van de ware deugd. Ware deugd voldoet aan drie voorwaarden. Ze maakt een juist gebruik van de goederen die horen bij een sterfelijke toestand van vrede. Ze maakt „goed gebruik van het slechte dat de mens te lijden heeft.” En ze weet zichzelf te richten op de eindbestemming van ons leven, „waar ons een onovertrefbaar heerlijke en diepe vrede te beurt zal vallen.”
Het is een prachtige combinatie van drie elementen die samen onmisbaar zijn voor echte christelijke levenskunst.
Het eerste is natuurlijk belangrijk: zolang het goed gaat, alles wat je gekregen hebt op een juiste manier gebruiken. Maar terecht benadrukt Augustinus ook de twee andere elementen. Deugden „getuigen immers met temeer geloofwaardigheid van onze ellende naarmate ze krachtiger hulp bieden tegen de macht van de gevaren, de moeilijkheden en het leed.”
Hier is niet alleen sprake van een realistische levenshouding, die zichzelf niet bedriegt en de aanwezigheid van het kwaad niet ontkent. Hier vinden we ook een manier van leven die helpt om te gaan met wat ons overkomt.
Voor christenen is dat onlosmakelijk verbonden met het derde wat Augustinus noemt. Lijden kan een reden zijn om te besluiten dat God niet bestaat en verder te leven als atheïst. De ware deugd is juist in staat in het lijden God vast te houden en vol verlangen toe te leven naar Gods komende rijk. Aan de toekomst van Gods rijk is niets onzeker.
Wat is het belangrijk dat christenen samen zich oefenen in deze ware deugd, die deze drie elementen bij elkaar houdt. In onzekere tijden hebben we immers niets minder nodig dan de ware deugd: de combinatie van geloof, hoop en liefde.
De auteur is universitair docent systematische theologie aan de Theologische Universiteit Kampen. Hij schrijft dit blog als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.