Theologenblog (Arnold Huijgen): Hoe blijven kerken in gesprek?
Er is nogal wat in beweging richting kerkelijke eenheid. Afgelopen zaterdag vond de ‘nationale synode’ plaats in Dordrecht. Onder deze wat pretentieuze titel –door een rooms-katholieke aanwezige als „riekend naar de mythe van een protestantse natie” getypeerd– leeft een beweging die zich sterk maakt voor meer eenheid onder protestanten, en die wil toewerken naar een verbond van kerken.
Een week geleden werd een congres gehouden over vijftig jaar Open Brief, het geschrift dat de aanleiding werd voor de breuk tussen de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKv) en de Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK). De teneur van het congres was dat er allerlei fouten zijn gemaakt, en dat het tijd is voor verzoening en erkenning.
Aan de andere kant van het spectrum is er toenadering zichtbaar tussen de Gereformeerde Gemeenten (GG) en de Gereformeerde Gemeenten (GGiN) in Nederland, die in 1953 gescheiden raakten. Nauwkeurig kerkhistorisch onderzoek door dr. M. Golverdingen (GG) geeft niet een van de beide partijen de schuld, maar laat zien dat er van alles mis ging. Van de zijde van de GGiN werd positief op het onderzoek gereageerd.
Er tekent zich toch een lijn af in deze fenomenen: er is bereidheid schuld te erkennen over de verdeeldheid en het eigen aandeel daarin, en langzamerhand worden er stappen gezet om weer samen te gaan.
Hoelang het zal duren, weet ik niet, maar het lijkt me waarschijnlijk dat GKv en NGK enerzijds en GG en GGiN anderzijds binnen afzienbare tijd samen kunnen gaan. Dat is mooi, want we kunnen wel wat verdeeldheid missen.
Toch is er, naast alle praktische hobbels, nog een serieus te nemen probleem, zelfs een potentiële spelbreker voor kerkelijke eenheid: de kwestie van de hermeneutiek, de vragen rond het verstaan van de Bijbel – bijvoorbeeld ten aanzien van de positie van vrouwen en homoseksuelen in de kerk.
Om een actueel voorbeeld te noemen: de vrijgemaakt-gereformeerde commissie die zich boog over de plaats van vrouwen in de kerk, komt tot de conclusie dat alle kerkelijke ambten voor vrouwen moeten worden opengesteld, terwijl bijvoorbeeld de Christelijke Gereformeerde Kerken nog altijd het standpunt huldigen dat dit niet kan. Beide kerken bespreken in hun rapporten dezelfde Bijbelteksten, maar komen tot totaal andere conclusies. Over homoseksualiteit hebben de CGK een rapport aanvaard; andere kerken nog niet, maar het laat zich denken dat ook op dit thema verschillen zichtbaar worden.
Het zou kunnen dat de een gelijk heeft en de ander ongelijk. Of is het zoals de socioloog Wim Dekker afgelopen zaterdag in het Nederlands Dagblad zei: dat je de Bijbelse verantwoording net zo goed weg kunt laten, omdat de beslissingen op een ander terrein vallen: of dat nu een conservatieve basishouding is of een verregaande openheid voor de cultuur? Dat zou vijfhonderd jaar na de Reformatie wel een heel cynische vaststelling zijn: exit sola scriptura – overigens met de beste bedoelingen.
Dat de genoemde kwesties in alle kerken spelen, relativeert dit probleem niet, maar zet het veeleer nog meer op spanning: het verlangen hierin de juiste, christelijke houding aan te nemen, drijft kerken naar elkaar toe, maar vooral ook bij elkaar vandaan. In de genoemde bewegingen naar kerkelijke eenheid zoeken kerken die dezelfde posities in hermeneutische discussies innemen, elkaar op. Hermeneutiek als de grote gelijkmaker én als sjibbolet.
Zou het anders kunnen? De onderzoekers van BEST, initiatiefnemers van dit blog, bewegen zich ook op het brede veld van de hermeneutiek. Er is een bundel onderweg over sola scriptura, waarin fundamentele bezinning plaatsvindt. Maar dat is nog wat anders de concrete kerkelijke praktijk. Daar zitten we in een fase waarin kerken zomaar stevige besluiten nemen, zonder dat ze met elkaar in gesprek raken – en dat kan gemakkelijk problemen opleveren.
Misschien kan het beginnen bij een soort interkerkelijke hermeneutische commissie, naar analogie van een interkerkelijke geschillencommissie, waaraan wordt gewerkt. Omdat in geschillen een zekere afstand en expertise nuttig zijn, willen kerken de handen ineen slaan om een gezamenlijke geschillencommissie in het leven te roepen.
Nu verbeeld ik me niet dat kerken gedwee een hermeneutisch adviesje zullen gaan halen bij een commissie, om dat vervolgens op te volgen. Maar het zou wel een plek kunnen zijn om elkaar in ieder geval te bevragen en de verschillende kerken vragen mee te geven die serieus genomen moeten worden. Dat is spannend, maar kerkelijke eenheid die verder gaat dan een grootste gemene deler, vraagt om ernstige, indringende en waarschijnlijk ook pijnlijke, dialoog.
Arnold Huijgen is universitair hoofddocent systematische theologie aan de Theologische Universiteit Apeldoorn. Hij schrijft dit blog als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.