Theologenblog (Barend Kamphuis): Machtsstrijd, ook in de kerk
De afgelopen weken heb ik de biografie gelezen die Adrian Goldsworthy geschreven heeft over keizer Augustus. Het boek is dit jaar in Nederlandse vertaling verschenen (”Augustus. Van revolutionair tot keizer van Rome”, Utrecht: Omniboek). Het is een schitterende studie, waardoor je helemaal ondergedompeld wordt in de fascinerende wereld van het Romeinse rijk rond het begin van onze jaartelling.
In 44 voor Christus wordt Julius Caesar vermoord door een aantal senatoren in Rome. Bij opening van zijn testament blijkt zijn dan nog achttienjarige achterneef Octavius tot zijn voornaamste erfgenaam benoemd te zijn, onder de voorwaarde dat die de naam van Julius Caesar zou aannemen: een postume adoptie. Octavius aanvaardt dat. Daarna volgen tumultueuze jaren, waarin hij zich inzet voor wraak op de moordenaars van zijn nieuwe ‘vader’, bondgenootschappen sluit en verbreekt, tot hij eindelijk als enige machthebber overblijft. Dan is het inmiddels 30 voor Christus. Uiteindelijk ontvangt hij de naam Augustus, de Verhevene. Hij brengt vrede in het door burgeroorlogen verscheurde Rome en ook in het Romeinse rijk als geheel.
Het schokkende van het boek is dat het duidelijk maakt hoezeer deze ‘vrede’ met bloed betaald werd. De jonge Augustus ging over duizenden lijken. Niet alleen de moordenaars van Julius Caesar, maar ook vele anderen, die alleen maar verdacht konden worden van begrip voor hen, werden vogelvrij verklaard. Ieder die hen hielp verbeurde ook het recht op het leven. En ook daarna schuwde Augustus geen middel in de bittere machtsstrijd. Hij eindigde als ‘vader des vaderlands’. Maar hij begon als massamoordenaar.
Machtsstrijd, we kennen het nog altijd. Soms met journalistieke of politieke middelen, bijvoorbeeld rondom Brexit. Ook dan worden alle kansen aangegrepen om mogelijke tegenstanders beentje te lichten, vrienden tot vijand verklaard, en geen leugens geschuwd. Maar ook nu nog wordt al te vaak wel naar de wapens gegrepen. Ik schrijf dit blog vlak na de mislukte staatsgreep in Turkije: honderden doden, duizenden gevangenen, een verscheurd volk.
Machtsstrijd, het speelt ook in de kerk. Dat gaat meestal met andere middelen, gelukkig: geestelijke middelen. Maar ook geestelijke middelen kunnen heel ongeestelijk gebruikt worden: om de positie van jezelf, van je eigen groep, van je eigen kerk of instituut te beschermen. Sinds ik vorig jaar met emeritaat ben gegaan, sta ik buiten het proces tot vorming van de Gereformeerde Theologische Universiteit. Als ik erover schrijf doe ik dat als buitenstaander. Ik schrik van de machtsstrijd in en rondom dat proces.
Tijdens de regering van Augustus werd een andere Koning geboren, een die nog meer macht zou krijgen dan die grote keizer: alle macht in hemel en op aarde. Hij kreeg die macht niet door Zijn tegenstanders uit te schakelen, niet door machtsstrijd. Hij was alleen maar aller Dienaar. Hij leerde ons: „Jullie weten dat heersers hun volken onderdrukken en dat leiders hun macht misbruiken. Zo zal het bij jullie niet mogen gaan. Wie van jullie de belangrijkste wil zijn, zal de anderen moeten dienen” (Matth. 20:26-27).
We staan dus voor de vraag welke vorst we zullen volgen: Augustus of Jezus.
Barend Kamphuis is hoogleraar Systematische Theologie. Hij schrijft dit artikel als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.