Bij de opvang van de huidige stroom vluchtelingen vervullen gemeenten een gastvrije rol door onder andere sporthallen in te richten als tijdelijke verblijfplaats. Ook in Bunschoten-Spakenburg is een groep van 124 vluchtelingen op een gastvrije manier opgevangen. Alle lof voor de inzet van vrijwilligers om het de gasten naar de zin te maken.

Opmerkelijk is wel de naïviteit bij bestuurders met betrekking tot het gemak waarmee de vluchtelingen halal voedsel krijgen voorgezet. Dit geldt vooral het vlees. Veel mensen hebben weleens van halal gehoord, maar weten niet precies wat het inhoudt. ”Halal” is een Arabisch woord dat moslims gebruiken om aan te geven dat iets conform de islamitische wetten en regels (sharia) is en dus toegestaan is. Het tegenovergestelde is ”haram”, dat ”verboden” betekent.

Voor halal vlees wordt een gezond dier (koe, geit of gevogelte) geslacht onder het uitspreken van de woorden ”Bismillah Allahoe akbar” (in de naam van Allah, Allah is de grootste), meestal zonder verdoving. Natuurlijk moet vervolgens de hele logistieke keten ook voldoen aan de islamitische regels. Wanneer het vlees industrieel verwerkt wordt, zijn er tal van islamitische certificeerbureaus die graag een graantje meepikken door jaarlijks een halalaudit uit te voeren. Dit natuurlijk tegen een behoorlijke vergoeding.

Heidendom

Waarom is het aanbieden van halal vlees ongewenst? Voor christenen zijn er in de Bijbel meerdere verzen te vinden die aangeven dat christenen zich moeten onthouden van zaken die door afgodendienst bezoedeld zijn, inclusief het eten van offervlees. Bij halal slachten wordt de naam Allah uitgeroepen. Daarmee wordt niet een soortnaam van het Opperwezen gebruikt, maar duidelijk de identiteit die gepresenteerd wordt in de Koran, die in de tijd van Mohammed een van de 360 afgoden in Mekka was. Met het aanbieden van halal vlees wordt dus heidendom gefaciliteerd. Naar onze mening niet een taak van de overheid.

Met het aanbieden van halal vlees wordt voldaan aan de islamitische spijswetten. Deze spijswetten lijken veel op de joodse, maar zijn op een bepaald punt significant anders. Joodse mensen die voldoen willen aan joodse wetten doen dat enkel voor zichzelf. Zij verwachten niet dat niet-Joden zich er ook aan houden.

Bij de islam ligt dat anders. De islamitische wetten zijn voor iedereen bedoeld. Iedereen dient zich goedschiks dan wel kwaadschiks te onderwerpen aan de door Allah gegeven wetten. Denk aan het woord ”islam”, dat ”onderwerping” betekent. Met het aanbieden van halal vlees wordt toegegeven aan de eisen van de islamitische wet. Vandaag het eten, morgen waarschijnlijk de vrijheid van godsdienstkeuze.

Islamisering dus. Uiteindelijk zijn er voor niet-moslims maar drie keuzes over: het zwaard, behandeld worden als tweederangsburger met veel bezwarende bepalingen, of moslim worden. Alle vier de wetscholen binnen de islam zijn hier helder over.

Overigens verdient in het kader van het dierenwelzijn verdoving ook de voorkeur boven het levend slachten, maar dat terzijde.

Kosjer vlees

Wat moeten we de vluchtelingen dan voorzetten? Naar onze overtuiging dient de overheid in dezen neutraal te zijn. Eten aanbieden dat bezoedeld en ingezegend wordt met afgod Allah is dus niet nodig.

Natuurlijk hoeft dit niet te betekenen dat er geen rekening gehouden wordt met de gasten. Het ligt voor de hand om varkensvlees te vermijden. Wil men nog een stap verder gaan in het tegemoet komen aan dieetwensen, dan zou men bijvoorbeeld kosjer vlees kunnen aanbieden. De joodse slacht lijkt veel op de islamitische, met dit verschil dat er niet de naam van Allah over wordt uitgesproken.

De moslimmigrant die dan nog weigert het voorgeschotelde eten te nuttigen, kan gewezen worden op het feit dat het voor moslims bij gebrek aan halal vlees toegestaan is om niet-halal, haram vlees te eten. In de Koran staat namelijk dat in noodgevallen het haram eten door Allah vergeven wordt. „Hij heeft u slechts het gestorvene, het bloed, het varkensvlees en datgene, waarover een andere naam, dan die van Allah is uitgeroepen, verboden. Maar hij, die gedwongen is en dit niet wenst en geen overtreder is, op hem rust geen zonde. Want Allah is vergevensgezind, genadevol” (soera 2:173).

Paapse mis

Frappant is dat in veel kerken de paapse mis nog steeds als vervloekte afgoderij wordt bestempeld en dat hierover gepreekt wordt. Over halal voedsel, afkomstig van dieren die onder de zegen van afgod Allah worden geslacht, wordt gedaan alsof het de gewoonste zaak van de wereld is.

Bestuurders zouden, in plaats van naïviteit te betonen, zich eens wat beter in de achtergronden van halal eten moeten verdiepen en nuchter moeten proclameren dat in Nederland de overheid niet de taak heeft om de islam te faciliteren.

De auteurs zijn respectievelijk raadslid voor de Spakenburgse Vrijheidspartij en uitgever bij Victory Publications.