Maak scheppingsdebat niet onbegaanbaar
Hebben theologen iets actueels te melden? Hier bloggen theologen wekelijks over theologie en actualiteit. Vandaag: Koert van Bekkum over de toon van het scheppingsdebat.
“Onbegaanbaar maar ook ontoegankelijk”. Met die woorden typeert ds. A. Mensink, voorzitter van de Gereformeerde Bond, in De Waarheidsvriend de weg die VU-hoogleraar G. van den Brink is ingeslagen in de verkenning van de relatie tussen theologie en de evolutietheorie. Deze woorden volgen op een hele reeks vragen aan het adres van Van den Brink. Waaronder zonder meer goede. Maar een uitsmijter als deze had ik niet verwacht.
Discussie over schepping en evolutie kent gereformeerd Nederland al meer dan een eeuw. Het gaat dan ook over grote dingen: goed en kwaad, dood en leven, afkomst en toekomst van de mens. Het is ook ingewikkeld, en dus struikel je over de simplificaties: wetenschappers die een traditionele kijk op de Bijbel simpelweg achterhaald vinden, weinigen die weten wat nu echt de biologische en natuurlijkwetenschappelijke feiten zijn. En Bijbellezen is ook een kunst. Geen wonder dat in veel kerken de boel steeds weer op scherp komt te staan. Zorg er dan maar eens voor dat je niet klem komt te zitten tussen de dominante evolutionaire levensbeschouwing aan de ene en het fundamentalistisch creationisme aan de andere kant.
Neem mijn eigen kerk, de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt). In 1969 waarschuwde prof. J. Kamphuis indringend tegen het creationisme van H. Morris: men moest uitkijken niet “ongemerkt de overgang van het calvinisme naar het fundamentalisme” te maken. Desondanks kwam de Kamper oudtestamenticus H. Ohmann in 1986 hevig onder vuur te liggen. Alleen maar omdat hij zich vanuit Genesis 1 verzette tegen het beeld dat God hemel en aarde in een vingerknip had geschapen.
Geschenk
Zo niet in de Gereformeerde Bond. Bondsvoorzitter ds. G. Boer en hoofdredacteur van De Waarheidsvriend J. van der Graaf hielden decennialang het hoofd koel. Om jaloers op te worden. Scheikundige Van der Graaf kende de problemen van binnenuit. Maar vooral: beider bevinding leerde hen de Bijbel te ontvangen als een geschenk, niet als een probleem. In 1967, toen de Gereformeerde Kerken hun ferme synodebesluit over de sprekende slang uit 1926 weer even ferm terzijde hadden gesteld, legde Boer de vinger feilloos op de zere plek: de kern van het probleem zat hem in het rationalisme dat beide daden doortrok. Maar zo kán het gezag van de Schrift niet worden veiliggesteld! Wat een weelde. In die Gereformeerde Bond kon Gijsbert van den Brink proberen de gereformeerde theologie op dit punt een stap verder te brengen.
Vraag door
Inmiddels is er van alles veranderd. Enerzijds zijn de data die duiden op evolutie zo hard dat Van den Brink neigt naar een model waarin hij zijn Bijbeluitleg aanpast aan deze gegevens. Anderzijds hebben veel jonge predikanten in de Bond op een reformatorische middelbare school geleerd dat elke vorm van macro-evolutie volstrekt onverenigbaar is met scheppingsgeloof. En nu is de bom gebarsten. Onbedoeld dreigt het kritische, maar ook waarderende onderlinge gesprek te worden ingeruild voor een machtswoord van de bondsvoorzitter.
Als gereformeerd theoloog uit afgescheiden kring sla ik het eerlijk gezegd geraakt en met zorg gade. Broeders van de Bond, weet u wel wat u dreigt weg te gooien? Ongezonde discussies over de Bijbel hebben we al genoeg. Leg daarom niet te veel bij voorbaat vast, maar vraag door. Laat het gaan over de Schrift als geschenk. Tref de bevindelijke toon. En alstublieft, sla niet ongemerkt de weg in van calvinisme naar rationalisme.
Dr. Koert van Bekkum is universitair docent Oude Testament aan de Theologische Universiteit Kampen. Hij schrijft dit artikel als lid van de gezamenlijke onderzoeksgroep BEST (Biblical Exegesis and Systematic Theology) van de Theologische Universiteiten in Apeldoorn en Kampen.