Opinie

Christelijk geloof basisvoorwaarde voor democratie en tolerantie

Democratie, tolerantie en de rechtsstaat zijn historisch gezien niet denkbaar zonder het christelijk geloof. Christenen hoeven zich niet door liberalen in een hoekje te laten drukken.

5 January 2015 15:43Gewijzigd op 15 November 2020 15:38Leestijd 5 minuten
„Democratie is gebaseerd (als het goed is) op een fundament van waarden en deugden waarop het liberalisme slechts parasiteert.”  beeld ANP
„Democratie is gebaseerd (als het goed is) op een fundament van waarden en deugden waarop het liberalisme slechts parasiteert.” beeld ANP

In onze moderne, seculiere samenleving laten christenen, zo is mijn indruk, zich weleens al te gemakkelijk intimideren. Ons politieke stelsel, zo laten wij ons aanpraten, is met zijn nadruk op democratie en rechtsstaat een product van de verlichting uit de achttiende eeuw, dat via de Franse en Bataafse Revolutie en de liberale grondwetten van de negentiende en de twintigste eeuw ook in ons land zijn beslag heeft gekregen.

Dit seculiere verhaal heeft iets overtuigends, iets overweldigends bijna. Oud-SGP-leider B. J. van der Vlies heeft zich bijvoorbeeld weleens laten ontvallen dat het in ons land zo ver is gekomen dat zelfs SGP’ers zich moeten beroepen op grondrechten om „rechtmatige belangen” veilig te stellen. Alsof die grondrechten eigenlijk te vies zijn om beet te pakken. Dat kun je alleen maar zeggen wanneer je dat seculiere verhaal gelooft, of er geen weerwoord op hebt.

Als ik mijn studerende kinderen of oud-leerlingen vraag wat zij in het reformatorisch onderwijs hebben gemist, noemen zij twee dingen: een kritiek op de vanzelfsprekendheid van het evolutionaire wereldbeeld (resulterend in het boek ”Wij zijn ons brein” van hersenwetenschapper Dick Swaab) en op de liberale visie op wereld en politiek.

Parasiet

In mijn lessen op de Guido de Brès in Rotterdam pak ik het tegenwoordig daarom als volgt aan.

Natuurlijk hebben christenen problemen met democratie, maar dat hebben alle verstandige mensen de eeuwen door gehad. Democratie schept een mentaliteit die tot een kinderlijke afhankelijkheid van de overheid leidt. Democratie is normloos: een toevallige meerderheid bepaalt wat goed is en wat kwaad, en is vaak niet weerbaar genoeg om haar eigen opheffing te voorkomen. Democratie ontaardt algauw in een tirannie van de meerderheid. En democratie is gebaseerd (als het goed is) op een fundament van waarden en deugden waarop het liberalisme slechts parasiteert.

Maar dan die rechtsstaat. Ik vertel hun eerst het verhaal zoals dat voor iedereen tegenwoordig vanzelfsprekend is. Inderdaad, er was die verlichting en haar strijd tegen onmondigheid en voor de democratische regeringsvorm. Toen kwamen die Franse en Bataafse revoluties, de democratie en de grondwetten. En daarom denkt iedereen dat wij politieke vrijheid niet aan het christelijke geloof hebben te danken maar dat die op de christenen is veroverd. Die vrijheid is er niet dankzij maar ondanks het christendom.

Maar dan ga ik heel langzaam het ”Plakkaat van verlatinge” met hen lezen, onze onafhankelijkheidsverklaring uit 1581. Dat is een expliciet christelijke tekst. De overheid hebben wij aan God te danken (Romeinen 13), een overheid moet voor haar onderdanen zorgen als een herder voor zijn schapen (Ezechiël 34), en er wordt een beroep gedaan op de „wet der natuur” (Romeinen 2). Tegelijkertijd bevat deze teksten gedachten die we als voorbodes van onze rechtsstaat kunnen beschouwen. De macht van de overheid is aan wetten gebonden en dient ten behoeve van het volk te worden uitgeoefend. Er moet vrijheid van godsdienst zijn. En als de koning een tiran wordt, mogen de Staten als vertegenwoordigers van het volk hem afzetten. Al deze gedachten gaan weer terug op een middeleeuws charter, de ”Blijde inkomste” uit het jaar 1356, die al evenzeer van een christelijke geest is doortrokken.

Deugd

Waarmee ik dan dus maar gezegd wil hebben dat onze klassieke rechten en vrijheden helemaal niet zo liberaal zijn, maar een christelijke wortel hebben. De Engelse politiek filosoof en historicus Larry Siedentop heeft daar vorig jaar een interessant boek over gepubliceerd (”Inventing the Individual”). Belangrijke noties uit het christendom, zoals de waarde van het individu, van vrijheid en geweten, hebben een gedachtewereld gecreëerd waarin de rechtsstaat mogelijk werd. Doordat zij zich van hun wortels hebben losgesneden, hebben liberalen tegenwoordig niet veel meer ethiek dan het schadebeginsel (men mag een ander geen schade toebrengen) en plat nuttigheidsdenken. Zij zouden zich daarom weer eens in hun christelijke verleden moeten verdiepen, betoogt Siedentop.

Je kunt het nog wat sterker uitdrukken: zonder christendom geen democratie, omdat alleen het christelijk geloof de waarborg voor echte tolerantie is. Tolerantie is immers niet iets wat wij van een ander eisen, maar iets dat wij in zelfbeperking aan onszelf opleggen. Het is gebaseerd op een overtuiging, kent het verdriet om de vele anderen die die overtuiging niet delen, maar zal nooit (ook al heeft het daartoe de politieke macht) anderen tegen hun geweten in dwingen om die overtuiging te delen en dienovereenkomstig te leven.

Het is even wennen: tolerantie is een christelijke deugd. Geen zaak van concessie maar van confessie. Maar wie de geschiedenis kent, hoeft zich niet langer door liberalen in de hoek van de intoleranten te laten drukken.

Dit artikel is een korte samenvatting van de inleiding op het boek ””Voor religie en vrijheid”. Protestantse teksten over democratische rechtstaat, tolerantie en christelijk burgerschap” dat op 14 januari in de Sint-Jan in Gouda wordt gepresenteerd (zie jansdebat.nl).

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer