VVD laat detailhandel in de kou staan
De VVD laat met haar pleidooi voor verruiming van de zondagsopenstelling van winkels kleine ondernemers in de kou staan, stelt Henry Konijn.
Hoeveel VVD-gezinde winkeliers moeten we Kamerlid Erik Ziengs nog ‘leveren’ om het standpunt over de koopzondagen van deze partij te laten veranderen? VVD’ers zijn in hart en nieren liberaal. Hun adagium is: liever minder dan meer regels, zo weinig mogelijk betutteling door de overheid, laat de markt zijn werk doen. Dat is goed voor de economie. Echter, uitzonderingen bevestigen de regel. Laat een van die uitzonderingen gaan over de koopzondag.
Ongebreidelde verruiming van zondagsopenstelling is slecht voor onze economie. Volgens een voorzichtige schatting zal zo’n 10 tot 20 procent van de winkeliers verdwijnen. Daardoor zal meer winkelruimte leeg komen te staan.
Verder is het slecht voor de kwalitatief hoogwaardige werkgelegenheid. Natuurlijk zal er meer werkgelegenheid ontstaan bij het grootwinkelbedrijf, dat veelal voorstander is van 52 koopzondagen. Per saldo ontstaat er echter geen noemenswaardige extra werkgelegenheid. Verruiming van de zondagsopenstelling verplaatst slechts omzet en arbeidsplaatsen.
Ik ben ervan overtuigd dat een overgrote meerderheid van VVD-winkeliers tegen verruiming van koopzondagen is. Het is dan ook onbegrijpelijk dat de VVD daar geen oog voor heeft. Startende winkels zijn de kweekvijver van ondernemend Nederland.
Laat de VVD beseffen dat grote ondernemingen ook klein begonnen zijn. Het is daarom belangrijk om een goed klimaat te scheppen voor kleine bedrijven. Daar hoort geen ongebreidelde uitbreiding van het aantal koopzondagen bij. Daarmee breek je de detailhandel af.
Door een verruiming van de zondagsopenstelling neemt het animo bij jongeren om een winkel te openen of de zaak van pa en ma over te nemen, af. Een gemiste kans voor onze economie. De detailhandel is een motor van de economie. Die moet je niet uitkleden zodat we straks met minder winkels zitten. Daar zit, behalve het grootwinkelbedrijf, niemand op te wachten. Wil de VVD verantwoordelijk zijn voor deze afbraak?
De partij zal onze verwachtingen waarschijnlijk in twijfel trekken. Als winkeliers hebben we echter meer ”feeling” met de markt. We staan dichter bij de werkelijkheid dan de VVD’ers zonder eigen winkel. Jammer dat niet-winkeliers over het lot van winkeliers beslissen, zowel landelijk als plaatselijk. Eigenlijk zouden Kamerleden en raadsleden een periode een winkel moeten runnen; dan gaan ze direct anders denken over koopzondagen.
Vaak werpt men tegen: Je hoeft toch niet open. Die opmerking is stuitend. Je zal maar een schip besturen dat met zinken wordt bedreigd. Het is verre van sympathiek als er dan vanaf de kant wordt geroepen dat je er zelf voor gekozen hebt om te varen.
Raadsleden in gemeenten vinden dat hun plaats moet bruisen. Ze zien visioenen van een wereldstad als New York vol bedrijvigheid. „Winkeliers moeten kansen pakken”, wordt er dan geroepen.
Wij leven echter niet in New York en niet in de Verenigde Staten. We hebben een grote diversiteit aan winkelaanbod en assortiment met winkeliers die uit passie voor hun product in hun winkel staan en daar vaak een bescheiden boterham mee verdienen. Dat moeten we zo houden en als het kan stimuleren.
De 52 koopzondagen in Amsterdam en Rotterdam, inclusief Alexandrium, gaan ten koste van de omzet van winkeliers uit de regio. Dat schept ongelijkheid. Die omzet komt voor het overgrote deel van ‘gewone consumenten’ uit die regio en niet van toeristen. Hierdoor worden andere winkeliers op achterstand gezet.
We zijn toch een cultureel en beschaafd hoogwaardig land? Daar hoort een gezamenlijke vrije dag voor gezin, sociale contacten en kerkgang bij. Dat is niet ouderwets, zoals voorstanders van zondagsopenstelling beweren.
De opmerking dat je als winkelier op een andere dag dicht kunt, getuigt van gebrek aan kennis van zaken. Winkelcentra zijn gebaat bij uniforme openings- en sluitingstijden. Dat maakt een winkelcentrum aantrekkelijk om te bezoeken, niet dat de ene winkel op woensdag en de andere winkel op donderdag gesloten is.
Je ziet nu al dat de zaterdagen in bepaalde winkelcentra minder publiek trekken omdat de supermarkten op zondag open zijn. Zij snoepen marktaandeel af van met name de winkeliers met weinig of geen personeel. Winkeliers die bovendien hun deuren niet op zondag open willen en kunnen doen. Deze ontwikkeling is desastreus voor de totale detailhandel.
De auteur is voorzitter van de Stichting Tegen Verruiming Zondagopenstelling (tegenverruiming.nl).