Het bedrijf beschikt over 25 containervaartuigen. Voor de Elusive en de Electra is op respectievelijk 13 en 20 januari het doek gevallen. De directie sluit niet uit, zo laat zij in een verklaring weten, dat er op termijn voor nog enkele schepen ook geen andere uitweg zal zijn.

JR Shipping wijst erop dat de tarieven in de containersector als sinds 2009 „extreem” onder druk staan. Hierdoor is de financiële positie rond vrijwel alle schepen ernstig verslechterd en rust er veelal een zware schuldenlast op.

De Elusive en de Electra hebben nauwelijks geprofiteerd van de korte marktopleving in 2011. Verder zijn voor beide kustvaarders op korte termijn hoge uitgaven aan de orde in verband met opgelopen stormschade en verplicht groot onderhoud. De bank (Rabobank Shipping) achtte daarvoor geen kredietruimte meer beschikbaar. De rederij zelf ziet het niet zitten er nog geld vanuit de eigen reserves in te pompen. „Alles is in het werk gesteld om faillissementen te vermijden, maar met de nieuwe recessiegolf als werkelijkheid is er een grens bereikt aan wat haalbaar en zinvol is”, concludeert de directie.

De Elusive werd in 2007 voor 12 miljoen euro overgenomen van een Duitse rederij. Bij de twee betrokken schepen is sprake van financiering op basis van een zogeheten commanditaire vennootschap (cv). Daarin storten de geldschieters het benodigde kapitaal. Hun participatie telt mee als eigen vermogen. Later vloeien de opbrengsten naar de ‘pot’ en ontvangen zij daaruit hun winstuitkering. De investeerders kopen als het ware een aandeel van een bedrijfje, de cv, dat een schip exploiteert. Het aantrekkelijke voor hen schuilt in de fiscale voordelen die met deze constructie samenhangen.

Eind vorig jaar wist JR Ship Investments, een werkmaatschappij van JR Shipping, met behulp van onder andere een grote advertentiecampagne zakelijke en particuliere investeerders te interesseren voor deelname, met een inleg van minimaal 15.000 euro, in twee zogenoemde multipurposeschepen, Hagland Captain en Hagland Chief. Daarbij werd een rendement van ruim 8 procent in het vooruitzicht gesteld. Binnen korte tijd waren de financiële middelen bijeengebracht.