Ds. A. Verschuure: Christen-zijn kent strijd
VEENENDAAL – „Gij, een christen!? Als ik het goede wil doen, ligt het kwade mij bij. Gij, een christen!? Ja, zeven dagen ongezuurde broden eten, als teken van een heilig leven. Het uitroepteken en het vraagteken achter het thema: ”Gij, een christen!?” geven iets aan van de strijd van een christen.”
Dat zei ds. A. Verschuure, voorzitter van de Bond van Vrouwenverenigingen der Gereformeerde Gemeenten, dinsdag in zijn openingswoord op de 65e bondsdag. De dag, die voor de twaalfde keer in Veenendaal plaatshad, werd door ongeveer 1700 mensen, merendeels vrouwen, bezocht. Het thema, ”Gij een christen!?”, werd uitgewerkt in drie deelthema’s, naar aanleiding van de drie ambten van Christus.
Ds. Verschuure, predikant te Scherpenzeel, sprak over het priesterambt van Christus. „Exodus 12 tekent Christus in Zijn priesterlijke bediening als een lam. Een volkomen en onschuldig lam werd als paaslam geslacht. Zo werd hét Paaslam, beladen met de zondeschuld van Zijn kerk, geslacht. Dat Hij als onschuldig Lam ter slachting is geleid, krijgt waarde voor een christen die zich heeft leren kennen in zijn schuldigheid. Gewillig heeft Hij Zich laten leiden tot in de dood voor een volkomen verloren zondaar.”
Ds. Verschuure wees op het bloed van het paaslam dat de Israëlieten in Egypte aan de zijposten en de bovendorpel van hun huizen moesten strijken, wilde de verderfengel voorbijgaan. „Wie dat priesterlijke werk kent, is een ware christen”, aldus de predikant.
Vervreemding
„Bij het christen-zijn kun je zo je eigen gedachten hebben”, zei ds. G. Heijkamp, predikant te Enkhuizen. Hij sprak over het tweede deelthema van de bondsdag: het profetische ambt van Christus. Christen-zijn in deze tijd kan bij anderen tot vervreemding leiden. „„Waar heb je het over?” krijg je dan te horen.”
Bij het thema van de bondsdag gaat het echter over ”gij”: ”Gij, een christen!?” Ds. Heijkamp: „Het uitroepteken geldt mij, heel persoonlijk. Of geldt voor u het vraagteken? Bij de vraag wat ervoor nodig is om christen te zijn, wordt ons een spiegel voorgehouden. Bent u een christen? Het is ja of nee.”
Over de christen spreken zonder Christus is volgens de predikant onmogelijk. „De christen en Christus zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden. Er moet een band ontstaan tussen Christus en de christen. De christen zal Zijn zalving deelachtig worden, Zijn Naam belijden en ingelijfd worden in Christus.”
Die inlijving is volgens ds. Heijkamp onmisbaar om een ware christen te zijn. Het leven van een christen is een afhankelijk, biddend en schuldig leven. „In het paradijs was de eerste mens bediend met een priesterlijk, profetisch en koninklijk ambt, totdat de eerste wanklank werd gehoord en de mens een leugenprofeet is geworden. Sindsdien spreken we de taal van de duivel. Het is het geheim van de drie-enige God, Die er Een tot Ambtsdrager heeft gezalfd, tot Profeet, waardoor zondige ambtsdragers weer in dienst kunnen komen van die Ene. Als Profeet heeft Hij onze verlossing volkomen geopenbaard.”
Koning
Ds. J. W. Verweij, emeritus predikant in Leusden, sprak over het koninklijk ambt van Christus naar aanleiding van de vraag van Pilatus: „Zijt Gij de Koning der Joden?” Jezus antwoordt op die vraag: „Gij zegt dat Ik een Koning ben. Hiertoe ben Ik in de wereld gekomen.” Ds. Verweij: „In de ogen van de Joden was Jezus een verachte Koning. Maar het was een Koning Die der waarheid getuigenis zou geven.”
De predikant koppelde daaraan een vraag: „Bent u in de waarheid? Als u dat bent, hoort u Zijn stem. Kent u die Koning? Wie Hem nederig valt te voet, zal van Hem Zijn wegen leren.”
Als iemand in het gebed vanuit zijn zonden en ellenden de dierbaarheid van Christus in het oog krijgt, is hij dan ook Hem ingelijfd of moet dat dan nog gebeuren? Op die vraag antwoordde ds. Heijkamp dat alleen zonde en ellendekennis niet genoeg zijn. „We moeten in Christus ingelijfd worden.”
De dag werd afgesloten met een interview dat bondspresidente A. Teerds-Gertenbach met haar zoon, gezondheidspsycholoog drs. Jan Teerds, hield over verslaving en verslavingszorg. Verslaving is volgens Teerds een ernstig probleem, dat alle aspecten van het leven doortrekt. „Het is het dienen van een andere koning dan Koning Jezus. De duivel gebruikt verslaafden om mensen te knechten in zijn dienst.”