Kerk & religie

„Mystiek hart in oosterse theologie”

AMSTERDAM – Theologie behoort volgens de Oosters-Orthodoxe Kerk altijd „mystiek” te zijn. „Als we niet weten hoe we tot God moeten spreken, dan is de God over Wie we spreken niet meer dan een denkbeeld.”

Kerkredactie
28 May 2010 19:42Gewijzigd op 14 November 2020 10:44

Dat heeft prof. dr. Andrew Louth gisteren gesteld aan de Vrije Universiteit, bij de oprichting van het Amsterdam Centre for Eastern Orthodox Theology (Aceot). De hoogleraar patristiek en byzantijnse studies aan de universiteit van het Britse Durham sprak over ”Het wezen van oosters-
orthodoxe theologie”.

De kern van oosters-orthodoxe theologie is „mystiek”, aldus dr. Louth. Wat dat precies inhoudt en hoe die kern ontstaan is, liet de hoogleraar zien aan de hand van een aantal kerkvaders.

Het begin ligt bij Athanasius, stelde prof. Louth. „Hij benadrukte dat God Zijn schepping tegemoetkomt, vooral door de incarnatie, de menswording van Christus. God werd mens, opdat wij God zouden worden.”

Dionysius de Areopagiet bouwde het werk van Athanasius rond 500 na Christus uit, door te zeggen dat de incarnatie wordt voortgezet in de sacramenten. „Vooral door het avondmaal kunnen we volgens hem daarom dieper groeien in het goddelijke leven.”

Ook stelt Dionysius dat er een verschil is tussen ”apophatische” of positieve theologie en ”kata­phatische” of negatieve theologie. De eerste zegt bijvoorbeeld dat God goed is, maar de tweede zegt dat God niet goed is: niet omdat Hij minder goed is, maar juist omdat Hij zo veel beter is dan wij met het woord ”goed” kunnen uitdrukken. „Vergelijk het met de uitspraak dat iemand niet slim is. Daarmee kun je bedoelen dat iemand dom is, maar ook dat hij meer dan intelligent is, dat hij een genie is.”

Beide soorten van spreken over God horen onlosmakelijk bij elkaar: „De God over Wie we spreken, moet de God zijn tot Wie we spreken in de stilte van het gebed.” Doordat het spreken over God in het dogma gegrond is in het zwijgen over God, zijn oosters-orthodoxe theologen ook veel vrijer om allerlei poëzie en beelden te gebruiken, aldus prof. Louth.

De veertiende-eeuwse Gregorius van Palma gaat op deze lijn door en stelt dat er eerst ”bekering” moet plaatsvinden. „We moeten onze denkbeelden en manieren om in het leven te staan loslaten. Wij hoeven niet iets van God te maken; we moeten toestaan dat God iets van ons maakt.”

Dit ”zwijgen” van de negatieve theologie is het mystieke hart van de Oosters-Orthodoxe Kerk, aldus prof. Louth. „Dat betekent dus iets anders dan in de westerse kerken. Het richt zich op de sacramenten en op het dogma en is daardoor niet individualistisch en antidogmatisch. Mystiek en theologie horen bij elkaar.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer