SGP: Overheid moet gesprek aangaan over minaretten
De SGP ziet het liefst zo min mogelijk minaretten in Nederland. Maar de partij pleit niet voor een referendum, zoals in Zwitserland.
SGP-Tweede Kamerlid Van der Staaij vond dat hij het nog wel zo „voorzichtig” had geformuleerd. Vorige week, tijdens een debat over integratie, riep hij de overheid in een motie op om in gesprekken met migrantenorganisaties „te bevorderen dat wijze terughoudendheid in acht wordt genomen” ten aanzien van de plaatsing van opvallende schotelantennes en de bouw van grote moskeeën en minaretten.Zo, dat is een formulering waar niemand zich aan zal stoten, dachten ze nog bij de SGP. Maar nu, nadat de Zwitsers zich hebben uitgesproken voor een verbod op minaretten, krijgt de motie veel aandacht. En weerstand.
„Het zegt iets over hoe snel bestuurders in de gelijkheidsreflex schieten”, zegt Van der Staaij. „Als je een dakkappel bouwt, moet je aan allerlei voorschriften voldoen. Maar in Nederland kunnen er wel, vanuit het gelijkheidsbeginsel, ongestoord allerlei grote minaretten worden gebouwd.”
Waarom die motie?
„Het debat wordt vaak alleen maar vanuit de vrijheden gevoerd, vanuit wat juridisch de norm is. Maar er leven veel gevoelens van onvrede over grote minaretten. Mijn stelling is dat het juist goed zou zijn om die gevoelens serieus te nemen. Je moet je afvragen of het wel zo verstandig is om altijd maar het onderste uit de kan van de vrijheden te willen hebben. Goed samenleven betekent soms ook zelfbeperking.”
Zou u voor een referendum over een minarettenverbod zijn?
„Nee, wij zijn überhaupt tegen referenda. Ik ben bepaald niet tegen een verbod. Maar het gaat mij er nu om dat we het onbehagen onder de bevolking serieus nemen. Minaretten staan voor velen symbool voor een gewelddadige islam. Bovendien passen ze helemaal niet in de Nederlandse historische identiteit en bouwstijl.”
Volgens het kabinet zou een minarettenverbod in strijd kunnen zijn met de vrijheid van godsdienst.
„Dat zou inderdaad kunnen. Zodra je over een verbod spreekt, komt je in een juridisch wespennest terecht en gebeurt er niets. Daarom zou het beter zijn als de overheid in gesprek gaat met organisaties en bestuurders.”