Opinie

Van zekerheid naar trouw

Postmoderne gereformeerden proberen het levensgevoel van onze tijd te peilen, maar zijn daar óók kritisch op, aldus dr. Herman Paul zaterdagmorgen op het lustrumcongres van het CSFR-dispuut Ichthus in Rotterdam. Een samenvatting van zijn lezing.

Paul H. J. (Herman)
17 October 2009 16:06Gewijzigd op 14 November 2020 08:55Leestijd 8 minuten
„Postmodern gereformeerd-zijn is geen zaak van concessies. Ik ben de laatste om te zeggen: „We moeten ons aanpassen aan het postmoderne levensgevoel omdat anders de jeugd de kerk verlaat.” Christenen worden geroepen het Woord toe te passen op de situatie
„Postmodern gereformeerd-zijn is geen zaak van concessies. Ik ben de laatste om te zeggen: „We moeten ons aanpassen aan het postmoderne levensgevoel omdat anders de jeugd de kerk verlaat.” Christenen worden geroepen het Woord toe te passen op de situatie

Als we het over postmodernisme hebben, hebben we het wat mij betreft over een term die uiting geeft aan een knagend gevoel van verandering. Daarmee maak ik een belangrijke keuze. Vaak wordt postmodernisme gebruikt als vijandbeeld, als synoniem voor relativisme en nihilisme.Maar daarmee zouden we het ons te gemakkelijk maken. Postmodernisme is niet de een of andere gevaarlijke filosofische stroming, maar het levensbesef van mensen die zich verlegen voelen met de manier waarop hun ouders en grootouders over geloof en kerk hebben gesproken.

De vraag naar geloof en postmodernisme wordt daarmee heel concreet. Hij vraagt hoe wij kerk kunnen zijn in een samenleving die anders is dan vijftig of honderd jaar geleden. Wat maakt die postmoderne context uit voor hoe wij het Evangelie verwoorden?

In alle tijden hebben christenen deze vraag naar contextualisering gesteld. Toen Augustinus zijn Belijdenissen schreef, ging hij in gesprek met het Griekse denken van zijn tijd. In Calvijns Institutie klinkt het humanisme van de renaissance door. En de gereformeerde ambtsleer van Calvijn en Beza is toegespitst op vroegmodern Europa (een samenleving waarin vrijwel geen buitenkerkelijken bestonden).

Met onze vraag naar christelijk geloof in postmoderne tijden bevinden we ons dus in goed gezelschap. Altijd hebben christenen gezocht naar een contextuele vertolking van het Evangelie.

Verlichting

Waarom is het dan nu, in de overgang naar een postmoderne tijd, toch zo lastig om een nieuwe uitdrukkingsvorm te vinden? Het probleem is dat de verlichting ons de middelen voor zo’n contextualisering uit handen heeft geslagen. Kenmerkend voor de verlichting was haar alles-of-niets­logica. Ze zadelde ons op met een tegenstelling tussen tijdloze (onveranderlijke) en historisch bepaalde (veranderlijke) waarheden.

Omdat ze alleen het onveranderlijke belangrijk vond –en geloofde dat haar eigen ideeën universeel geldig waren– verwierp de verlichting alles wat riekte naar historische aanpassing of toespitsing op een specifieke situatie.

Opnieuw: denk niet dat deze gedachte alleen bij filosofen als Kant of Lessing voorkwam. In kerk- en dagbladen kom ik deze gedachtegang nog bijna wekelijks tegen. Historische verandering wordt direct geassocieerd met relativisme. In sommige kringen komt daar het gewoonterecht van een bepaalde Bijbeluitleg en -toepassing nog bij. Iedereen die van deze standaard afwijkt, is bij voorbaat verdacht.

Daarom klemt de vraag: Hoe kunnen we deze ban van de verlichting breken? Hoe kunnen we onze postmoderne situatie aanvaarden, niet als een noodlot, niet als een bedreiging van tijdloze waarheden, maar als een context waarin God ons heeft geplaatst? Als een omgeving waarin God ons roept het Evangelie uit te leven?

Eén hulpmiddel zou de missiologie (de zendingsleer) kunnen zijn. Missiologen denken al jaren na over inculturatie van het Evangelie. Hoe kun je spreken over het Lam van God in een cultuur die geen schapen kent? Of hoe kun je het lichaam van Christus uitleggen aan mensen die meer individueel dan collectief denken? Je kunt de Bijbel alleen vertolken als je oog hebt voor de gedachtewereld van je doelgroep.

Daarom zijn (gereformeerde) missiologen al lang geleden tot de conclusie gekomen dat het Evangelie altijd contextualisering nodig heeft. Dat zo’n contextualisering niet een concessie, maar een roeping is. En, niet te vergeten, dat ook het christendom dat blanke zendelingen van huis uit kenden een westerse contextualisering van het Evangelie was.

Denkwereld

Kunnen we dit missiologische inzicht ook in Nederland toepassen? Kunnen we zeggen dat verschillende generaties elk hun eigen denkwereld hebben? Dat het Evangelie in elk van die denkwerelden opnieuw gecontextualiseerd moet worden?

Als het waar is dat het Evangelie altijd gecontextualiseerd moet worden, in Nederland net zo goed als op Paaseiland, komt het erop aan onze culturele context te peilen. Niet om daar vervolgens klakkeloos in op te gaan, maar om te zien hoe geloof en kerk in deze situatie, tegen deze achtergrond, in de taal van deze tijd gestalte kunnen krijgen.

Zo tekenen de eerste contouren van postmodern gereformeerd-zijn zich af. Twee dingen zijn inmiddels duidelijk geworden. Allereerst dat postmodern gereformeerd niet een alternatief voor tijdloos gereformeerd is. Want tijdloos gereformeerd bestaat niet. Postmodern gereformeerd is alleen een nieuwe contextualisering, net zoals het moderne gereformeerd-zijn dat voor eerdere generaties was. Het gaat dus om een overgang van modern naar postmodern gereformeerd-zijn.

Ook is duidelijk dat post­modern gereformeerd geen zaak van concessies is. Ik ben de laatste om te zeggen: „We moeten ons aanpassen aan het postmoderne levensgevoel omdat anders de jeugd de kerk verlaat.” Christenen worden niet geroepen zich aan te passen. Ze worden geroepen het Woord toe te passen op de situatie waarin ze leven.

Aan de ene kant betekent dit dat postmoderne gereformeerden, vanuit het levensbesef van hun tijd, vragen zullen stellen aan de Bijbel waarover moderne gereformeerden nooit hebben nagedacht. Maar omgekeerd zullen ze, met de Bijbel in de hand, de postmoderne cultuur tegen de haren willen instrijken. Postmoderne gereformeerden zijn ook kritisch op het postmoderne levensgevoel.

Wat zou dit alles concreet kunnen inhouden? Waar staan postmoderne gereformeerden voor?

Om te beginnen: postmoderne gereformeerden nemen afscheid van veel zekerheden. Ze ervaren de moderne periode als één lange zoektocht naar zekerheden, in het verstand (wetenschap) of in het gevoel (ervaring). Maar de zekerheden van het geloof, menen postmoderne gereformeerden, zijn andere zekerheden dan die van wetenschap of ervaring.

Trouw

Denken postmoderne gereformeerden dan dat zij met onzekerheden kunnen leven? Nee, want onzekerheid is slechts een keerzijde van de moderne medaille. Een alternatief voor zekerheid is trouw. Daarmee bedoel ik –net als Nicholas Wolterstorff, in zijn boek ”Van zekerheid naar trouw”– dat postmoderne gereformeerden hun contextualisering onophoudelijk willen laten corrigeren door Gods Woord.

Onophoudelijk, omdat dit proces van toetsing nooit is afgelopen. De Bijbel is immers veel rijker dan een formule waarmee je kerk en theologie kunt beoordelen. Ons verstaan van de Bijbel blijft voortdurend in beweging. Daarom komt het aan op trouw. Trouw om niet te roepen: „Nu wil ik een definitief antwoord!” maar om de beweging van Bijbel naar postmoderne tijd telkens opnieuw te maken.

Vervolgens: voor postmoderne gereformeerden zijn ethiek en kerk centrale thema’s. Ethiek omdat de contextualisering van Gods Woord bij uitstek zichtbaar wordt in het leven van alledag (in een christelijke levensstijl).

En de kerk omdat zij de gemeenschap is waarin ethische bezinning en morele vorming behoren plaats te vinden.

Over de kerk denken moderne en postmoderne gereformeerden nogal verschillend. Zo gaan postmoderne gereformeerden na wat een missionaire focus (ook in de prediking) inhoudt, hoe een gereformeerde kerk multicultureel kan worden, of wat dit alles betekent voor de klassieke ambtenstructuur. Zulke experimenten kunnen wantrouwen oproepen, vooral onder mensen die zich meer thuis voelen bij een moderne dan bij een postmoderne contextualisering.

Postmodern gereformeerd-zijn is daarom ook een kwestie van vertrouwen. Vertrouwen dat Gods Geest niet gestopt is in de moderne tijd. Vertrouwen dat God Zijn kerk ook in een postmoderne context leidt. En vertrouwen in mensen die de moed hebben biddend te pionieren.

Postmoderne gereformeerden snijden ook in eigen vlees. Want contextualisering kan ook betekenen dat het Woord een cultuur tegen de haren instrijkt. In onze situatie denk ik dan aan individualiteit en authenticiteit.

Onder individualiteit versta ik het idee dat mensen in de eerste plaats individuen zijn en alleen op eigen initiatief ergens bij horen. Met authenticiteit bedoel ik de behoefte het eigen geweten, of het eigen gevoel, als scheidsrechter te laten fungeren, bijvoorbeeld in morele kwesties. Beide ideeën zijn diep ingesleten in het postmoderne levensbesef.

Gemeenschap

Maar ze zijn zó slecht te rijmen met de Bijbel dat postmoderne gereformeerde kerken op dit punt wellicht ”counter-cultural communities” moeten worden. Ik denk dat postmoderne gereformeerden elkaar en anderen moeten voorhouden dat identiteit niet uit jezelf opkomt, maar door God wordt geschonken. Daarnaast zullen ze moeten beklemtonen, in woord en daad, dat de kerk een gemeenschap is.

Wie zijn individualiteit belangrijk vindt, heeft moeite met gemeenschappen. Daarom is postmodern gereformeerd-zijn, ten slotte, een oefening in toevertrouwen. Eerst aan God, vervolgens aan de gemeenschap van de kerk. Dit laatste, moet ik zeggen, vind ik zelf het lastigst. Het valt niet mee mijn eigen ik te verloochenen, mijn eigen ideeën ondergeschikt te maken aan die van mijn kerkelijke gemeente.

Misschien is daarom dit de lakmoesproef voor een postmoderne gereformeerde kerk: of haar leden niet alleen trouw zijn en vertrouwen hebben, maar zich ook concreet durven toevertrouwen aan het lichaam waarvan Christus het Hoofd is.

De auteur is universitair docent geschiedfilosofie aan de Universiteit Leiden.

Vond je dit artikel nuttig?

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer