Steeds meer vrouwen werken in de techniek
Steeds meer vrouwen werken als monteur, data-analist of servicetechnicus. In 2020 waren 15.406 vrouwen werkzaam in de technieksector, nu zijn dat er 17.169. Dit meldt brancheorganisatie Techniek Nederland op basis van eigen onderzoek in aanloop naar Girls’ Day, een initiatief om meisjes te enthousiasmeren voor technische opleidingen en beroepen.
„Vrouwen kunnen in de techniek snel carrière maken”, zegt voorzitter Doekle Terpstra. „En de branche biedt geweldige mogelijkheden om door te groeien.” Dit is volgens hem van groot belang voor meiden die nadenken over hun opleiding.
Volgens Terpstra is er veel werk voor zowel praktisch als theoretisch geschoolde meiden. Ook kunnen vrouwen in de technieksector bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken, zoals de energietransitie. „Als meer meisjes kiezen voor techniek, komt het behalen van de klimaatdoelen snel binnen handbereik”, denkt Terpstra.
Directeur Sahar Yadegari van VHTO, een expertisecentrum op het gebied van genderdiversiteit in bèta, techniek en IT, vindt dat de toename van vrouwen in de technieksector veel te langzaam gaat. De afgelopen jaren steeg het aandeel vrouwen gemiddeld met enkele procentpunten per jaar. In dat tempo duurt het nog tientallen jaren voordat het aandeel vrouwen 30 procent bereikt. „Met 30 procent kun je als minderheid invloed uitoefenen op de sfeer en cultuur in een organisatie”, legt ze uit.
Tegelijkertijd verlaten veel vrouwen de techniekbranche, zegt zij. 65 procent van de vrouwen gaat uiteindelijk toch weer wat anders doen. „Juist in tijden van tekorten moeten bedrijven talent niet zomaar de deur uit laten lopen”, aldus Yadegari.
Volgens Techniek Nederland waarderen vrouwen in de techniek hun baan meer dan hun mannelijke collega’s. Mannen beoordelen hun werk gemiddeld met een 8,1 en vrouwen met een 8,3. Vrouwen vinden het werk uitdagend en geven aan dat ze nooit uitgeleerd zijn, aldus Techniek Nederland.