Meditatie: Hartroerend
Jesaja 54:10
„Want bergen zullen wijken, en heuvelen wankelen, maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken en het verbond Mijns vredes zal niet wankelen, zegt de Heere, uw Ontfermer.”
In een duistere wolk van verschrikkelijke bedreigingen zien we vaak plotseling de zon in de liefelijkste beloften doorbreken, en in de wolken de veelkleurige regenboog der onveranderlijke trouw, zoals in dat woord: „Indien de hemelen daarboven gemeten en de fondamenten der aarde beneden doorgrond kunnen worden, zo zal Ik ook het ganse zaad Israëls verwerpen, om alles wat zij gedaan hebben, spreekt de Heere.” Maar: „Bergen zullen wijken en heuvelen wankelen; maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken, en het verbond Mijns vredes zal niet wankelen, zegt de Heere, uw Ontfermer.” God is als een Vader, Die op Zijn kinderen toornt, maar Die hen ook spoedig weer vriendelijk omarmt, alsof Hij hun vertrouwen en hun liefde volstrekt niet missen kon.
Hartroerend is het alleszins, als Jezus ons het liefhebbend hart van God tekent in het beeld van een werkzame vrouw, die in de ene hand het licht en in de andere de bezem het ganse huis doorzoekt, om een verloren penning terug te vinden. Van een herder, die vervuld met blijdschap zijn teruggevonden schaap op de schouders naar huis draagt; van een vader, die zijn afgedwaalde zoon tegemoet snelt, hem kust en versiert. Hartroerend is het, als Hij een diep gevallen Petrus laat groeten, ginds een bekommerde zondaar Zijn zoon noemt, hem beveelt getroost en goedsmoeds te zijn en hem verzekert: „Uw zonden zijn u vergeven.”
G.D. Krummacher, predikant te Elberfeld
(”De wandelingen Israëls”, deel 1; 1837)