Het is hem een doorn in het oog dat mensen „tot hun dertigste gedwongen bij hun ouders moeten blijven wonen”. VVD, BBB, GroenLinks en PvdA hebben in hun coalitieakkoord afgesproken dat er tot 2030 184.000 woningen bij moeten komen in de provincie. Dat kan alleen als met de rijksoverheid oplossingen worden gevonden voor het stikstofprobleem en gemeenten, woningcorporaties en marktpartijen hun bijdrage leveren, schrijft hij.

Beemsterboer, voormalig CDA-wethouder van Schagen, heeft deze week alle woonwethouders in Noord-Holland per e-mail gevraagd wat hij kan doen om obstakels voor woningbouw weg te nemen, waaronder „belemmerende regelgeving”. Hij schuift de komende tijd aan bij allerlei overleggen om de woningnood op te lossen. Ook is extra menskracht en ambtelijke ondersteuning beschikbaar voor gemeenten.

Alle beschikbare locaties binnen steden en bij ov-knooppunten moeten worden benut, aldus Beemsterboer. En woningbouw „aan de randen van dorpen en kernen” moet ervoor zorgen dat jongeren makkelijker in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen.

De gedeputeerde ziet mogelijkheden in bijvoorbeeld de Bloemendalerpolder bij Weesp en Lisserbroek in Haarlemmermeer. Bij woningbouwprojecten moet 30 procent als sociale huur worden bestemd en geldt „voldoende betaalbare huur- en koopwoningen” als uitgangspunt. De provincie belooft ook meer mogelijkheden voor flexwoningen en tijdelijke huizen voor starters en spoedzoekers. Zo lopen gemeenten in Noord-Holland ver achter in de huisvesting van statushouders, er moeten nog meer dan 4500 plekken worden geregeld.

Al met al ziet Beemsterboer veel kansen om de 184.000 woningen te gaan bouwen. „We hebben geen keuze, we moeten dit doen voor al die mensen die wachten op een huis.” Bij de bespreking van het coalitieakkoord in juli was er in Provinciale Staten kritiek op het gebrek aan concrete woningbouwlocaties. Daarnaast kunnen plannen in strijd zijn met natuurdoelen, voerde het CDA aan.