Eetbare stad biedt geen vrijheid
In een tijd vol crises zoeken we naar hoop. Maar is de werkelijkheid wel zo kneedbaar als we hopen? En is het loslaten van allerlei beknellende regels wel echte vrijheid? Of ligt die toch elders?
Tijdens de afgelopen zomervakantie was in de Kunsthal in Rotterdam een tentoonstelling te zien met de titel ”Mind Expanders” (Geestverruimers). Deze tentoonstelling was gebaseerd op het werk van het ontwerperscollectief Haus-Rucker-Co, dat in 1967 werd opgericht door kunstenaars en architecten Günter Zamp Kelp, Laurids Ortner en Klaus Pinter in Oostenrijk. Ze werden vooral bekend door grote opblaasbare objecten en helmen waardoor je de dingen heel anders ging zien. ”Heel anders zien” is het doel van hun hele werk. Het was een reactie op de misère van de jaren 1960, waarin een gevoel van bedreiging door de technologie en de eerste signalen van milieuproblemen opkwamen. Tegen het pessimisme van die tijd pleitte Haus-Rucker-Co voor fantasie en optimisme. De tentoonstelling biedt een mooi voorbeeld van de indringende manier waarop kunst vaak maatschappelijke ontwikkelingen kan weergeven.
Nieuwe ogen
Het geneesmiddel voor pessimisme dat Haus-Ruckert-Co biedt is de creativiteit die in ieder mens zit. Hun kunstwerken zijn er voortdurend op gericht die creativiteit los te maken. „Stel je voor dat…” is de onuitgesproken vraag die om antwoord vraagt als je de kunstwerken ”beleeft”.
Stel je voor dat de stad helemaal van eetbare materialen gemaakt was? Verstedelijking was in de jaren 1960 een van die beklemmende ontwikkelingen. Maar als alles eetbaar is, kun je lelijke gebouwen gewoon opeten en er andere –mooiere– voor in de plaats zetten. In de Kunsthal was een filmpje te zien uit de tijd dat de opstelling van een eetbare miniatuurstad voor het eerst te zien was. Het is een van de kunstwerken die werden opgenomen in het flyertje voor kinderen dat bij de tentoonstelling hoort. Kinderen worden daarin uitgedaagd om zelf na te denken over hoe hun ideale stad er uit zou zien.
Om vrij te kunnen fantaseren over de werkelijkheid moet je blik soms verbreed worden. Dat is ook het doel van de Mind Expanders van het Oostenrijkse ontwerperscollectief. Allerlei maskers, brillen en helmen vervormen wat je ziet zo dat de hele werkelijkheid er anders uit komt te zien. De boodschap: het hoeft niet allemaal te zijn zoals het is. Het kan er ook heel anders uitzien. Oorspronkelijk pasten de activiteiten van de ontwerpers goed in de hippietijd waarin vooral drugs gebruikt werden als geestverruimers. Bij Haus-Ruckert-Co zijn het vooral technische middelen die de blik verruimen. Deze blikverbreding heeft overigens een serieuze ondertoon: het is een vereiste voor alle ontwerpers om de dingen met nieuwe ogen te bekijken. Ontwerpersopleidingen besteden daar ook aandacht aan. Als je niet eerst los komt van bestaande ontwerpen, komt er nooit iets origineels uit je handen.
De tentoonstelling had een Nederlandse primeur met nog een interessant aspect van het werk van Haus-Ruckert-Co: het vervallen van regels. Het ”Giant Billiard” (Gigantisch biljartspel), een groot opblaasbaar wit springkussen van 14 bij 14 meter, was prominent aanwezig in de tentoonstellingsruimte. Er lagen drie enorme biljartballen van drie meter doorsnede op waarmee de bezoekers konden spelen. Volgens de informatie waren er geen spelregels en de deelnemers mochten zelf bedenken hoe het spel moest verlopen. Ook de kinderen werden in de flyer uitgenodigd om zelf spelregels voor het biljartspel te bedenken. Spelregels stellen grenzen en werken daarom beknellend, is de filosofie van de kunstenaars. Laat je die weg, dan wordt alles mogelijk. Je moet dan wel bedenken dat regels die voortdurend kunnen veranderen nog steeds regels zijn. Zonder regels is er geen spel.
Het is natuurlijk niet toevallig dat deze kunstwerken uit vervlogen tijden anno 2023 weer tevoorschijn gehaald worden. We leven opnieuw in een tijd waarin zich crisis op crisis stapelt en mensen behoefte hebben aan iets dat hoopt geeft. Dat is duidelijk te zien in de politiek. Een nieuwe partij die hoop geeft aan de boeren of aan mensen die het helemaal gehad hebben met het overheidshandelen waar geen vat op te krijgen is, doet het geweldig in de peilingen. Wat Omtzigt doet is bijna niet anders dan Mind Expanders aanbieden: het kan ook allemaal anders als we dat met z’n allen willen. Andere partijen proberen het te gooien op het uitroeien van beknellende regels en dan vooral die regels die afkomstig zijn uit die ‘vreselijke’ tijd waarin het christelijk geloof overheerste. We bepalen de spelregels voortaan zelf en laten ons daarbij niet remmen door tradities, zeker geen religieuze.
Gods spelregels
Een ding lijkt echter nog steeds behouden te blijven in al deze geestverruimende denkwijzen. Dat is het beheersingsdenken. Daar zit ook Haus-Ruckerts-Co helemaal in vast, ondanks alle claims van vrijheid. De eetbaarheid van de stad stelt niet anders dan de maakbaarheid van de samenleving voor.
De ironie in de tentoonstelling is dat de oorspronkelijke helmen en maskers te kwetsbaar geworden zijn om door de bezoekers gebruikt te kunnen worden. In plaats daarvan zijn er filmpjes te zien van wat je zou zien als je de Kunsthal door zo’n helm of masker zou bekijken. Blijkbaar valt het met de maakbaarheid van de werkelijkheid toch tegen. Immers, de middelen die deze maakbaarheid mogelijk maken zijn maar tijdelijk bruikbaar. Zou dat niet een signaal zijn dat dit geen begaanbare weg is? Is het niet een vlucht uit de werkelijkheid in plaats van een eerlijke confrontatie met die werkelijkheid?
Ik zou graag een andere geestverruimer willen suggereren en wel die van de afhankelijkheid ofwel ontvankelijkheid. Zet de geestverruimende helm van de Bijbel op en je ziet ineens dat God alles regeert en dat wij maar kleine en zondige mensjes zijn, die zich heel wat verbeelden maar niet veel kunnen. Laten we Zijn zogenaamd beknellende ‘spelregels’ eens heel anders gaan bekijken en er de blijken van Zijn liefde en genade in zien. Dan komt de hele werkelijkheid er anders uit te zien! Dan word je pas werkelijk bevrijd van pessimisme en krijg je gegronde hoop. Idee voor een volgende tentoonstelling?
De auteur is hoogleraar christelijke filosofie aan de Technische Universiteit Delft.