Bestuursvoorzitter COA: Spreidingswet moet er komen
Een meerderheid van de Tweede Kamer wil de politiek omstreden spreidingswet vanwege de val van het kabinet later deze week controversieel verklaren. De wet moet ervoor zorgen dat asielzoekerscentra (azc) eerlijk over het land worden verdeeld. Maar Milo Schoenmaker, bestuursvoorzitter van opvangorganisatie COA, waarschuwt in een interview met het AD dat de wet ronduit „noodzakelijk” is.
Schoenmaker doet in de krant een dringende oproep aan de Kamer om de behandeling van de spreidingswet, ondanks de val van het kabinet, niet uit te stellen tot na de verkiezingen. „Als die wet voorlopig in de koelkast gaat, dan blijven we vreselijk hangen in de situatie waarin we nu zitten”, zegt hij in het AD. „Dan blijven we nog lang noodopvang nodig hebben, die veel duurder is dan reguliere opvang en houden we locaties waarvan we weten dat de omstandigheden voor de bewoners beter kunnen.”
Hij rekent voor: „Van de 55.000 mensen die bij ons verblijven, zitten er nu 25.000 in (crisis)noodopvanglocaties: in grote hallen, op boten, in hotels. Dat is niet vol te houden. Daarbij: een plek in de noodopvang is twee tot drie keer duurder dan een opvangplek in een regulier azc, dus dat gaat om forse bedragen.”
De spreidingswet moet ervoor zorgen dat er voor een langere periode voldoende bedden voor asielzoekers zijn. In het uiterste geval zou een gemeente dan kunnen worden gedwongen om asielzoekers op te vangen. „Alleen de aankondiging van die wet had al effect”, zegt Schoenmaker. „We zijn toen met heel wat gemeenten in gesprek geraakt.”
Maar nu het kabinet is gevallen, merkt het COA dat ook meteen. Een paar gemeenten belden Schoenmaker volgens het AD al met de boodschap: dat gesprek over asielopvang gaan we nu toch even uitstellen.