Had u nog iets anders gewild?
Deze tekst is aan de overkant van de oceaan geschreven. In Canada. Het tweetalige land waar Engelssprekenden elkaar vaak als volgt begroeten.
Dieren blaffen, piepen, kakelen, burlen, tjirpen, fluiten. Prachtig allemaal. Maar mensen kunnen nog iets veel mooiers: praten. En gesproken woorden begrijpen. Schrijven. En geschreven tekst lezen. Die intermenselijke communicatie blijft fascinerend. Redacteur Chris Klaasse mijmert er tweewekelijks over in RDMagazine.
Deze tekst is aan de overkant van de oceaan geschreven. In Canada. Het tweetalige land waar Engelssprekenden elkaar vaak als volgt begroeten.
„Een kind dat zich presenteert op de spoedeisende hulp plaatsen we soms over naar een ander ziekenhuis”, vertelde de voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde onlangs op NPO Radio 1.
Wie voor zijn beroep mag schrijven, wil weleens meer dan het woordenboek. Om qua begrijpelijkheid niet helemaal uit de bocht te vliegen, is het goed om af en toe te controleren of een woord dat je typt ook in de rest van het land wordt erkend.
„Mensen denken dat een elektrische kachel goedkoper is dan verwarmen op gas, maar niets is minder waar”, stelde een energie-expert van Milieu Centraal.
Een kaaskop die over taal schrijft, ontkomt er niet aan een keer bij verkleinwoordjes stil te staan. Het Nederlands is namelijk kampioen verkleinwoorden. De manieren waarop ze ingezet worden zijn talrijk. Vaak heel vernuftig. Volgens mij ook weleens onbewust.
Douwe Egberts presenteerde in 2004 een reclamespotje dat zo populair werd dat het ruim tien jaar geleden zelfs de beamer van mijn docent Nederlands haalde. In het fragment is te zien hoe een oude vrouw bij een andere oude vrouw op de koffie gaat. Omdat ze Douwe Egberts drinken, praten ze iets eigentijdser –en onbeschofter– dan de gemiddelde 80-plusser doet.
In het magazine over lezen dat in september bij het RD verscheen, stond een licht chaotisch schema dat de lezer duidelijk had moeten maken welk leesniveau hij had. Wie aangaf lezen saai te vinden, werd naar een vakje gestuurd met daarin de zinnetjes ”Lezen past gewoon (nog) niet zo goed bij jou. Is oké.”
Kun je uitvogelen waar het woord ”onwijs” vandaan komt? vroeg een lezer me onlangs.
Het is na een lange zomer weer tijd voor een stukje over taal. De woordcombinatie ”een stukje” gebruiken journalisten volgens mij bijna uitsluitend als synoniem voor artikelen.
Schrijf een keer over de opkomst van de afkorting, zei een collega onlangs. Volgens hem wemelt het in de Nederlandse taal tegenwoordig van de afkortingen, „meer dan toen ik een jochie was.” Toen ik mijn afkortingenantenne aanzette, ontdekte ik dat hij zomaar gelijk zou kunnen hebben.